Engels thema 3 lesson 2

Vertaal de volgende woorden in het nederlands: diary, to wake up, to be early, talent show, to yawn
1 / 11
volgende
Slide 1: Open vraag
BasisschoolGroep 8

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Vertaal de volgende woorden in het nederlands: diary, to wake up, to be early, talent show, to yawn

Slide 1 - Open vraag

Vertaal de volgende woorden in het engels: toneel, tijdsverspilling, schema, tweede, mijn tanden poetsen

Slide 2 - Open vraag

Phrases to know

1e= first

2e= second

3e= third

4e (en verder) = getal +th fourth


1 januari= the first of Januari

26 december= the twenty-sixth of December

Slide 3 - Tekstslide

26 maart
A
March twenty-six
B
the March of twenty-six
C
the twenty-sixth of March
D
March 26e

Slide 4 - Quizvraag

16e
A
twentieth
B
sixtieth
C
twelfth
D
sixteenth

Slide 5 - Quizvraag

Welke is goed?
A
an bike
B
a fish
C
a apple
D
a hour

Slide 6 - Quizvraag

Welke is goed?
A
an appointment
B
an clock
C
an drama
D
an schedule

Slide 7 - Quizvraag

7:00 am is....
A
In de middag
B
In de nacht
C
In de avond
D
In de ochtend

Slide 8 - Quizvraag

Welke woorden horen bij elkaar?
A
hour- home
B
yawn- sock
C
rafting- diary
D
wake up- bed

Slide 9 - Quizvraag

Noem alle rangtelwoorden tot 10

Slide 10 - Woordweb

What to do next?

* exercise or

** exercise


And read the chant on page 60!

Slide 11 - Tekstslide