Bij woorden die eindigen op ng, komt soms etje.
krakeling → krakelingetje
Bij woorden die eindigen op ng wordt soms de g een k.
verrassing → verrassinkje
Bij woorden die eindigen op de klinkers a, o en u wordt de klinker verdubbeld.
loempia → loempiaatje
mango → mangootje
menu → menuutje
Bij woorden die eindigen op i verandert de i in ie.
tosti → tostietje
Bij afkortingen gebruik je een apostrof.
A4 → A4’tje
Korte klanken worden soms lang.
glas → glaasje