2.3 De stad verandert 171123

Welkom bij paragraaf 2.3 
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij paragraaf 2.3 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

lesplanning
 11.35- 11.40 Welkom
11.40 - 11.45 Leerdoelen en topografie
11.45 - 12.00 Lezing paragraaf 2.3+ filmpje
12.00 -12.40 Leerdoelopdrachten SW / Topografie
12.40 - 12.52 Kahoot wereldtopografie

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beoordelingen 
-Topografie Wereld week 48 (TB)
- Check week 50 paragraaf 2.1 t/m 2.3 (TB)
- Werkdoelopdrachten H 2  ( inzet opm.)
- Eindcheck toets begin januari 2024

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
H/V leerdoelen paragraaf 2.3



Je weet hoe een westerse en een niet-westerse stad is opgebouwd.
Je begrijpt dat verstedelijking steeds vaker plaatsvindt in de randzone van de stad.
Je kunt met een kaart of model de opbouw van een Amerikaanse stad beschrijven.


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een stad heeft 4 kenmerken welke is er geen:
A
Een bepaald, per land verschillend, aantal inwoners.
B
Een hoge bevolkings- en bebouwingsdichtheid vaak met hoogbouw.
C
Een beroepsbevolking die werkt in de primaire sector.
D
Groot aantal voorzieningen

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een stad met 14-16 miljoen inwoners en niet belangrijk is voor de rest van de wereld is
A
Hoofstad
B
Megastad
C
Wereldstad

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke factoren beïnvloeden de ligging van steden?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

In rijke landen is het verstedelijkingstempo
A
Hoog
B
Laag

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

2.2
Verschillen tussen de medina en westerse stad zijn: 
  • Medina is ommuurd.
  • Westerse stad grenst aan de haven.
  • Verschil in wegenpatroon/breedte

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verstedelijkingsgraad: het percentage van de bevolking dat in steden woont. -> In rijke landen hoog.

Verstedelijkingstempo: percentage waarmee de verstedelijkingsgraad jaarlijks toeneemt. -> In rijke landen er laag.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stedengroei in ontwikkelingslanden
Wanneer? Vanaf 1970: mensen trekken van het platteland naar de stad   -> verstedelijking.
Wie? Jonge mensen
Wat gebeurt er? Vestigingsoverschot & natuurlijke bevolkingsgroei.
Gevolg: groei van de stadsbevolking, stad




Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.3 De grens tussen stad en platteland vervaagt
  • De grens tussen stad en platteland is tegenwoordig minder scherp  dan vroeger.
  • Vanaf 1960 gingen stedelingen in ruim opgezette voorsteden wonen. Dit proces heet
    suburbanisatie
  • Nieuw is het ontstaan van steden langs kruispunten van wegen: de Randstad, Edge city

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De westerse stad verandert
Stel, je rijdt van buiten de Amerikaanse stad naar het centrum dan passeer je in deze volgorde de volgende wijken: 

1 Vanuit de suburbs: hier wonen de rijke mensen. 
2 Via woonwijken met een hoge dichtheid en een laag inkomen
(soms ghetto's) 
3  naar de binnenstad met het CBD

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Suburbanisatie: Vanaf 1960 rondom steden wonen
Suburbanisatie: Vanaf 1960 rondom steden wonen
Suburbanisatie: Vanaf 1960 rondom steden wonen
randstad

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Europese stad

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De Europese stad 
Heeft een historisch centrum. 

Amerikaanse steden hebben dat niet. 

Denk aan kastelen, oude gebouwen, grachten, pakhuizen

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gentrification
Oude delen van steden worden opgeknapt. Pakhuizen en leegstaande fabriekspanden worden omgebouwd tot woningen.
Waar? Dichtbij het centrum
Wie gaat er wonen? Rijke stedelingen
 

Dit proces heet Gentrification



Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opbouw van de niet-westerse stad
1 Één of meer zakencentra (CBD)
2 Verspreid liggende industrieterreinen
3 Woonwijken voor de rijken, achter hoge hekken
4 Krottenwijken. Vaak op gevaarlijke plekken. (langs spoorlijn, vuilnisbelt, steile helling, fabriek. 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In niet-westerse landen zijn steden snel gegroeid.
 
Wat is het gevolg? 
  • Krottenwijken en verdere verdichting van de stad

Steden gaan steeds meer op westerse steden lijken. Hoe noem je het deel met hoogbouw?
  •  CBD


Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Arm en rijk
Welke terreinen zijn nog in de buurt van het centrum te vinden in niet-westerse steden?
  • industrieterreinen
 


Sommige woonwijken zijn door hoge hekken omringt. Wie wonen hier?

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen check
  • Je weet hoe een westerse en een niet-westerse stad is opgebouwd.
  • Je kunt met een kaart of model de opbouw van een Amerikaanse stad beschrijven.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.4 Wonen in een megastad in een arm land
- 1990 2,3 miljard mensen
in steden --> nu ruim 4 miljard 
- Gevolg snelle groei?
Meer dan de helft van                                               deze stedelijke bevolking woont in slums. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ligt het verstedelijkingstempo in Afrika hoog of laag?
A
Hoog
B
Laag

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

GB 257C

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

GB 257D

Slide 26 - Tekstslide

Hoe zou het komen dat in de groene landen een afname is?
Vertrekoverschot, door de lage lonen vertrekken veel jongeren uit deze steden om in andere landen (EU) te gaan werken.
 

Werken in een megastad in ontwikkelingsland
  • Tussen 1850-1950: plattelanders trekken naar de stad door opkomende industrie.
  • In arme landen op het platteland --> formele sector geen optie.
  • Laag geschoold --> geen werk --> ontstaan scharreleconomie, ofwel: informele sector.
  • Veel concurrentie --> (Nieuwkomers) afval sorteren, voedsel verkopen, drugshandel, sjouwer op de bouw..
  • Kinderen in de stad krijgen onderwijs --> leren een vak en vinden wel werk --> Lima, Kinshasa, Meddelin --> toekomst verbetert. 

Slide 27 - Tekstslide

Waarvan is Kinshasa de hoofdstad?
Congo
Welke problemen kent de megastad in de niet-westerse wereld?
Wonen
Infrastructuur overbelast
Vervuiling
Werken

Slide 28 - Tekstslide

Oorzaak van deze problemen:                        De economische groei staat voorop. 
Metropool
Een andere naam voor grote steden is: metropool 

Voorbeelden van metropolen in de westerse wereld zijn:
  • Londen
  • Parijs
  • New York 

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beoordelingen 
-Topografie Wereld week 48 (TB)
- Check week 50 paragraaf 2.1 t/m 2.3 (TB)
- Werkdoelopdrachten H 2  ( inzet opm.)
- Eindcheck toets begin januari 2024

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkdoelen deze les!
  • Afronden paragraaf 2.1 + 2.2 
  • Maken paragraaf 2.3 
  • Topografie v.d wereld leren (spel)

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies