Inversie les 1

Zinnen schrijven
Begrijp jij er iets van?
??
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2MBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Zinnen schrijven
Begrijp jij er iets van?
??

Slide 1 - Tekstslide

Doel

  • Ik kan zinnen maken die beginnen met een tijd of een plaats.
  • Ik weet wat inversie is.


Slide 2 - Tekstslide

Een gewone zin:
 


            Ik               koop       elke dag      brood        bij de supermarkt                     





Slide 3 - Tekstslide

Een zin met inversie.



  Elke dag               koop                  ik                      brood         bij de supermarkt    
  Brood                    koop                  ik                      elke dag    bij de supermarkt.

Bij inversie gaat wanneer of wat of waar naar 1 en wie/wat naar 3.

Slide 4 - Tekstslide

Wanneer doe je inversie?

Als niet de wie/wat op 1 staat:
- Morgen ga ik naar de dokter.
- Brood koop ik bij de bakker.



Bij een vraag:
Kan jij morgen afspreken?
-  Gaan wij morgen naar de  film?

Slide 5 - Tekstslide

Even proberen...
Ivan fietst elke dag naar school.
Elke dag ____________________________________________________

Haneen woont met haar familie in Kampen.
Met haar familie_____________________________________________

Slide 6 - Tekstslide

Morgen gaat hij naar Limburg.
A
goed
B
fout

Slide 7 - Quizvraag

Morgen Abdusemed moet voetballen.
A
goed
B
fout

Slide 8 - Quizvraag

Gaat hij op zondag wel naar de kerk?
A
goed
B
fout

Slide 9 - Quizvraag

Elke zondag hij gaat naar de kerk.
A
goed
B
fout

Slide 10 - Quizvraag

Maak jij morgen de opdracht af?
A
goed
B
fout

Slide 11 - Quizvraag

Thuis hij is altijd rustig.
A
goed
B
fout

Slide 12 - Quizvraag

Uit Oekraïne Alyona, Sofiia en Marina komen.
A
goed
B
fout

Slide 13 - Quizvraag

Om 10:00 had Amer een afspraak.
A
goed
B
fout

Slide 14 - Quizvraag

Elke dag komt Leyan met de bus naar school.
A
goed
B
fout

Slide 15 - Quizvraag

Zet de volgende zinnen in de goede volgorde.

Begin met het dikgedrukte woord.

Slide 16 - Tekstslide

krant
de
ligt
Op tafel

Slide 17 - Sleepvraag

olifanten
veel
leven
In Afrika

Slide 18 - Sleepvraag

les
hij
heeft
Op school

Slide 19 - Sleepvraag

Vanavond
hij
de
leest
krant

Slide 20 - Sleepvraag

om 3 uur
les

ik
heb
Maandag

Slide 21 - Sleepvraag

Maak de zin af.
Ik drink elke dag een kop koffie.
Elke dag _______________________________

Slide 22 - Tekstslide

Jullie hadden een toets vandaag.
Vandaag ______________

Slide 23 - Open vraag

Wij vieren elk jaar in Nederland Koningsdag.
In Nederland_______________

Slide 24 - Open vraag

Wat gaan we nu doen?
  1. Maak de opdracht.
  2. Klaar? Ga verder met DISK of LOWAN of PowerPoint cultuur.
  3. 12:10 > Kahoot

Slide 25 - Tekstslide