3. De stengel

STENGEL §5.1 en §5.2: PLANTEN
1. Introductie 
2. De wortel
3. De stengel
4. Het blad
5. De bloem
Duur van de les: ±10 minuten
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

STENGEL §5.1 en §5.2: PLANTEN
1. Introductie 
2. De wortel
3. De stengel
4. Het blad
5. De bloem
Duur van de les: ±10 minuten

Slide 1 - Tekstslide

In deze les leer je....
  •  Wat de twee functies van stengels zijn
  • Waar de bastvaten/houtvaten(cambium) voor zijn
  • In een afbeelding de jaarringen aan te wijzen
  • Aan te geven waar de jongste en oudste jaarringen liggen
  • Aan te geven of omgevingsfactoren gunstig of ongunstig waren

Tip: schrijf vragen op om te stellen bij de meet!

Slide 2 - Tekstslide

Twee functies van de stengel
- het dragen van de bloemen

- de transport van water en andere stoffen door de vaatbundels 

Slide 3 - Tekstslide

Het dragen van de bloemen
Zoals op de plaatjes hier rechts te zien is 'draagt de stengel de bloem'. 
De bloem is enorm belangrijk voor de plant omdat deze voor de voortplanting zorgt! Meer hierover in de les over bloemen...

Slide 4 - Tekstslide

Transport van water en andere stoffen door de vaatbundels

Als je een stengel bleekselderij overdwars doorsnijdt, zie je donkergroene stippen. Dat zijn de vaatbundels!

Slide 5 - Tekstslide

Aan de uiteinden van de wortels van een plant zitten wortelharen. Hiermee neemt de plant water en mineralen uit de bodem op. Het water met de mineralen gaat via vaten in de wortels en de stengels naar de bladeren. Vaten zijn dunne buisjes. De vaten beginnen in de wortels en lopen door tot in de bladnerven van de bladeren. (Zie links). Er zijn twee soorten vaten. Houtvaten en bastvaten. 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Wat vervoeren de houtvaten en in welke richting?
A
Omhoog, water en mineralen
B
Beneden, water en mineralen
C
Omhoog, water met voedingsstoffen
D
Beneden, water met voedingsstoffen

Slide 9 - Quizvraag

Wat vervoeren de bastvaten en in welke richting?
A
Omhoog, water en mineralen
B
Beneden, water en mineralen
C
Omhoog, water met voedingsstoffen
D
Beneden, water met voedingsstoffen

Slide 10 - Quizvraag

Jaarringen
Als je een boom doorzaagt en vanaf boven op de stam kijkt dan zie je een afbeelding zoals hier rechts. Je ziet hierin allemaal ringen. Deze worden jaarringen genoemd. 

Slide 11 - Tekstslide

Jaarring
Jaarring
Jaarring
Jaarring
Je ziet dat een jaarring bestaat uit een 'donkere ring en een lichtere ring'

Slide 12 - Tekstslide

Jaarringen
Een jaarring geeft dus in feite aan hoe veel hout er is bijgekomen in een jaar. Een jonge boom is dunner dan een oude boom, dus de jaarringen binnenin zijn ouder dan de jaarringen aan de buitenkant.

Slide 13 - Tekstslide

Waar liggen de
nieuwste jaarringen?
1
2
A
Op locatie 1, aan de binnenkant van de stam
B
Op locatie 2, aan de buitenkant van de stam

Slide 14 - Quizvraag

Aan de jaarringen kun je zien of de omgevingsfactoren van de boom gunstig of ongunstig waren

We hebben geleerd dat een jaarring de hoeveelheid hout is die er per jaar bijgekomen is. Hoe veel de boom gegroeid is. 



Slide 15 - Tekstslide

Als de boom bijvoorbeeld veel zon en water heeft gehad heeft deze veel kunnen groeien en zal de jaaring dik zijn. 
Als de boom weinig zon of water heeft gehad of bijvoorbeeld een brand heeft meegemaakt groeit de boom weinig dat jaar, de jaarring zal dun zijn. 

Slide 16 - Tekstslide

Welke uitspraak is
correct?
A
In jaar 3 waren de omgevingsfactoren gunstiger dan in jaar 4
B
In jaar 1 waren de omgevingsfactoren gunstiger dan in jaar 3
C
In jaar 2 waren de omgevingsfactoren gunstiger dan in jaar 3
D
Er is zeker in jaar 3 een brand geweest

Slide 17 - Quizvraag

EVEN HERHALEN...

Slide 18 - Tekstslide

Wat vervoeren de bastvaten en in welke richting?
A
Omhoog, water en mineralen
B
Beneden, water en mineralen
C
Omhoog, water met voedingsstoffen
D
Beneden, water met voedingsstoffen

Slide 19 - Quizvraag

Wat vervoeren de houtvaten en in welke richting?
A
Omhoog, water en mineralen
B
Beneden, water en mineralen
C
Omhoog, water met voedingsstoffen
D
Beneden, water met voedingsstoffen

Slide 20 - Quizvraag

Waar liggen de
nieuwste jaarringen?
1
2
A
Op locatie 1, aan de binnenkant van de stam
B
Op locatie 2, aan de buitenkant van de stam

Slide 21 - Quizvraag

Welke uitspraak is
correct?
A
In jaar 3 waren de omgevingsfactoren gunstiger dan in jaar 4
B
In jaar 1 waren de omgevingsfactoren gunstiger dan in jaar 3
C
In jaar 2 waren de omgevingsfactoren gunstiger dan in jaar 3
D
Er is zeker in jaar 3 een brand geweest

Slide 22 - Quizvraag

Nu weet je....
  •  Wat de twee functies van stengels zijn
  • Waar de bastvaten/houtvaten(cambium) voor zijn
  • In een afbeelding de jaarringen aan te wijzen
  • Aan te geven waar de jongste en oudste jaarringen liggen
  • Aan te geven of omgevingsfactoren gunstig of ongunstig waren

Slide 23 - Tekstslide

Volgende les:
1. Introductie
2. De wortel
3. De stengel
4. Het blad
5. De bloem

Heb je nog vragen? Stel ze bij de meet!

Slide 24 - Tekstslide