27 september - tekstverbanden en signaalwoorden

Grammatica en lezen
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Grammatica en lezen

Slide 1 - Tekstslide

Voorzetselvoorwerp
Een voorzetselvoorwerp is een zinsdeel dat begint met een voorzetsel. Dat voorzetsel hoort bij het gezegde van de zin. Voorbeelden zijn: zorgen voor, geloven in, denken aan, verlangen naar, zich verheugen op.

Slide 2 - Tekstslide

Jan struikelt over het speelgoedautootje.
• ‘Struikelen over’ is een vaste combinatie. Het zinsdeel ‘over het speelgoedautootje’ is hier het voorzetselvoorwerp.

Slide 3 - Tekstslide

Ontleden en lezen

Slide 4 - Tekstslide

Bespreken opdrachten H2 Grammatica opdracht 1 t/m4

Slide 5 - Tekstslide

TEKSTVERBANDEN

Zorgen ervoor dat

woorden, zinnen en alinea's

met elkaar samenhangen.

Slide 6 - Tekstslide

SIGNAALWOORDEN

Aan een

signaalwoord

zie je met

welk tekstverband

je te maken hebt.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Maak één zin per tekstverband
(Blz. 248-249, Blz. 44-45)
Chronologisch
opsommend
tegenstellend
toelichtend
concluderend
Redengevend
Oorzakelijk
Vergelijkend

Slide 22 - Tekstslide

Maken opdracht 1, 2, 4 en 5 H2 Lezen

Extra informatie vind je op blz. 249

Slide 23 - Tekstslide

onderwerp en hoofdgedachte
Een tekst heeft natuurlijk altijd een ONDERWERP.
Daarnaast heeft elke tekst een HOOFDGEDACHTE.



De hoofdgedachte van een tekst vertelt in één zin de belangrijkste boodschap van de tekst.

Slide 24 - Tekstslide

Bespreken opdracht 1 t/m 5 lezen H2
Extra theorie op bladzijde 249

Slide 25 - Tekstslide

Maken opdrachten Cambiumned
Cambiumnet > oefenen > Lezen, schrijven en spreken > Opdracht 1, 2, 3, 4 verbindingswoorden

Gebruik je theorie uit het boek!

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Link