5.2 Planten groeien

Welkom allemaal!
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom allemaal!

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen deze les?
  • Herhaling §5.1
  • Bespreken §5.2 
  • Opdrachten maken §5.2

Slide 2 - Tekstslide

§5.1 Planten

Slide 3 - Woordweb

Uit welke 4 onderdelen bestaat een plant?

Slide 4 - Open vraag

Welk onderdeel zorgt voor de opname van water en mineralen?
A
Wortel
B
Bloem
C
Bladeren
D
Stengel

Slide 5 - Quizvraag

Welke onderdeel vervoerd water en voedingsstoffen, door middel van vaatbundels?
A
Wortel
B
Bloem
C
Stengel
D
Bladeren

Slide 6 - Quizvraag

Waar in de bladeren worden de voedingsstoffen voor de hele plant gemaakt?
A
Bladmoes
B
Nerven

Slide 7 - Quizvraag

Waar zorgt de bloem voor?
A
Versiering voor de plant
B
Voortplanting
C
Geen functie
D
Insecten wegjagen

Slide 8 - Quizvraag

Noem alle onderdelen van een plantencel.

Slide 9 - Open vraag

Hoe noem je planten die stevig zijn door houtcellen?
A
Houtachtige planten
B
Kruidachtige planten

Slide 10 - Quizvraag

Hoe noem je planten die stevig blijven door water?
A
Houtachtige planten
B
Kruidachtige planten

Slide 11 - Quizvraag

Waarmee zuigt de plant water op?
A
Wortelharen die aan de hoofdwortel vast zitten
B
De hoofdwortel
C
De zijwortels

Slide 12 - Quizvraag

Hoe komen bladeren aan hun water?
A
Via de cellen aan de buitenkant
B
Via de vaatbundels en de nerven
C
Via de huidmondjes
D
Ze maken zelf water

Slide 13 - Quizvraag

§5.2 Planten groeien

Slide 14 - Tekstslide

Hoe komt een plant uit een zaadje?
  • Nadat planten hebben gebloeid, veranderen de bloemen in vruchten. 
  • In de vrucht zitten de zaden.
  • De zaden bestaan uit 2 zaadlobben. Daartussen zit de kiem. Om de 2 zaadlobben zit een zaadhuid.

Slide 15 - Tekstslide

Hoe komt een plant uit een zaadje?
  • Als er een nieuw plantje uit een zaadje groeit, dan noem je dat ontkiemen. 
  • De kiem, is eigenlijk een mini-plantje. 
  • In de zaadlobben zit heel veel reservervoedsel waardoor de kiem goed kan groeien na de ontkieming.

Slide 16 - Tekstslide

Hoe groeit een plantje verder?
  • Als de kiem plantjes steeds groter en zwaarder worden, dan noem je dat groei. 
  • Door lengtegroei vanuit de uiterste topjes, worden de stengels en wortels steeds langer.
  • Als een plant nieuwe delen krijgt, dan noem je dat ontwikkeling.

Slide 17 - Tekstslide

Hoe groeien bomen?
  • Uit de eindknoop groeit de tak verder in de lengte, dit noem je uitlopen.
  • Uit de zijknopen groeien nieuwe zijtakken. 
  • Om de knop zitten knopschubben. Deze schubben beschremen de knop tegen kou en tegen insecten.

Slide 18 - Tekstslide

Hoe groeien bomen?
  • Als er een nieuw stuk tak groeit vormt er zich een ringlitteken. Na elk jaar vormt er zich weer een nieuw litteken. Het deel van een tak precies tussen 2 littekens is dus precies jaar oud.  

Slide 19 - Tekstslide

Hoe groeien bomen?
  • Door middel van diktegroei worden de takken en de stam steeds dikker. 
  • In de stam zit een groeilaagje, uit deze groeilaag ontstaan nieuwe houtcellen.
  • Het laagje houdcellen dat in een jaar wordt gevormt, noem je een jaarring. 

Slide 20 - Tekstslide

Vragen?

Slide 21 - Tekstslide

Huiswerk
Maken opdrachten §5.2

Slide 22 - Tekstslide