In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Wat hebben jullie meegenomen van de vorige les?
Slide 1 - Tekstslide
PLAATSBELEID
Slide 2 - Woordweb
Wat is de meeste verregaand vorm van samenwerking tussen verkoopkanalen?
A
Monochannel
B
Multi channel
C
Cross channel
D
Omnichannel
Slide 3 - Quizvraag
Wat is geen onderdeel van de plaats?
A
Verkoopplaats
B
Plaatskanaal
C
Distributiekanaal
D
Verkoopkanaal
Slide 4 - Quizvraag
Een industrieel bedrijf komt met een nieuw product op de markt. Door middel van een uitgebreide advertentiecampagne in enkele vakbladen probeert men de unieke eigenschappen van het product en verkoopmogelijkheden onder de aandacht te brengen. het grootste deel van de detaillisten is op deze vakbladen geabonneerd. dit is een voorbeeld van:
A
pull strategie
B
push strategie
Slide 5 - Quizvraag
Jumbo maakt gebruik van:
A
intensieve distributie
B
selectieve distributie
C
exclusieve distributie
Slide 6 - Quizvraag
Hoe heet het als je je assortiment uitbreidt?
A
differentiatie
B
intergratie
C
parallellisatie
D
specialisatie
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
Planning
Presentatie
Personeel
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Waar denk je aan bij het begrip 'huisstijl'.
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Tekstslide
wat is er met de huisstijl van Mc Donalds gebeurt?
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Wat staat centraal bij de P van presentatie in de marketingmix?
A
uitstraling van de medewerkers
B
de uitstraling van het bedrijfspand
C
het demonstreren van het product
D
het geven van interview op tv
Slide 24 - Quizvraag
De presenatie van het interieur van de winkel moet passen bij de winkelformule. Welke presentatie past bij een goedkope winkel?
A
op een groot deel van het vloeroppervlak staan schappen met artikelen.
B
E ris veel sfeerverlichting
C
artikelen liggen voorverpakt in dozen of schappen
D
kleding wordt gepresenteerd met modepoppen
Slide 25 - Quizvraag
Pasta en pastasauzen staan op dezelfde plek in de supermarkt. Waarvan is heir sprake?
A
consumptieverwantschap
B
koopverwantschap
C
product verwantschap
Slide 26 - Quizvraag
Alle wijnen uit Frankrijk staan bij elkaar in de supermarkt. waarvan is hier sprake?
A
Consumptieverwantschap
B
koopverwantschap
C
product verwantschap
Slide 27 - Quizvraag
In een winkel worden artikelen van hetzelfde materiaal bij elkaar gezet. Van welk soort verwantschap wordt hier gebruikgemaakt?