Sint Jan + Christendom
1 / 20
Lesduur is: 40 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat was er allemaal te zien in de Sint Jan?
Slide 2 - Woordweb
De bouwstijl van de Sint Jan was...
A
Vooral romaans
B
Vooral gotisch
Slide 3 - Quizvraag
Wat is het voordeel van een gotische bouwstijl?
Slide 4 - Open vraag
Bij welke stroming in het Christendom past de Sint Jan?
A
Protestants
B
Rooms-Katholiek
C
Oosters-Orthodox
Slide 5 - Quizvraag
Slide 6 - Tekstslide
Wat was er te doen in de kerk?
Slide 7 - Open vraag
Waar staat het doopsel symbool voor?
A
Als je geboren wordt duik je het leven in
B
Als herinnering dat er in het leven veel 'regen' (narigheid) is
C
Het wegwassen van de erfzonde
D
Het staat voor het laatste avondmaal dat Jezus met zijn leerlingen had
Slide 8 - Quizvraag
In de Sint Jan heb je ook een biechtstoel gezien. Waarom past een biechtstoel echt bij het katholieke geloof?
A
Op de biechtstoel staan allerlei heiligen afgebeeld.
B
De biechtstoel past goed bij het verhaal over Maria.
C
Tijdens het biechten onderhandelt de priester tussen de mens en god.
D
De biechtstoel is de stoel waarop de paus zit als hij op bezoek komt.
Slide 9 - Quizvraag
Welk woord wordt er gebruikt voor het ritueel waarbij er een hostie gegeten wordt en wijn wordt gedronken?
A
De eucharistie
B
De ceremonie
C
De patriarch
D
De basiliek
Slide 10 - Quizvraag
Welke stelling over het Christendom is waar?
A
Hun god heet Jezus.
B
Christenen hebben een andere god dan joden.
C
Christenen zijn atheïsten.
D
God is een drie-eenheid.
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Het oog in de koepel staat symbool voor...
A
De vader
B
De zoon
C
De heilige geest
Slide 14 - Quizvraag
Waarom is Jezus zo'n belangrijk persoon in het Christendom? Dit komt door...
A
zijn vrienden en familie
B
zijn leven en sterven
C
zijn lezen en schrijven
D
zijn verleden en toekomst
Slide 15 - Quizvraag
Jezus wordt gezien als een Messias. Wat is dat?
A
Een soort joodse leraar
B
Een profeet
C
Een soort redder/verlosser
D
Een heilige
Slide 16 - Quizvraag
Welk symbool wordt er meestal voor de heilige geest gebruikt?
A
Een lammetje
B
Een vlinder
C
Een leeuw
D
Een duif
Slide 17 - Quizvraag
Wat is precies een kathedraal?
A
Een kerk waar een wonder is gebeurd.
B
Een kerk die gewoon heel erg groot is.
C
Een kerk waar een bisschop zetelt.
D
Er is geen verschil tussen een gewone kerk en een kathedraal.
Slide 18 - Quizvraag
Wat weet je nog over het begraven van rijke mensen in de kerk?
Slide 19 - Open vraag
Wat is jouw algemene indruk van de Sint Jan? Vat samen in 3 tot 5 woorden.
