H4.3 - Arbeidsmarkt 06-12

Economie - De arbeidsmarkt 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Economie - De arbeidsmarkt 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag
  • Opening
  • Nakijken
  • De arbeidsmarkt
  • Aan de slag!

  • Aan het eind van de les weet je waaruit de arbeidsmarkt bestaat en welke productiesectoren er zijn 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Arbeidsparticipatie is
A
Het percentage van de mensen die werkt
B
Het aandeel die mensen hebben in bedrijven
C
De hoeveelheid mensen die vrijwilligerswerk doen
D
Het percentage dat tot de beroepsbevolking behoort

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Volksverzekeringen
Werknemersverzekeringen
AOW
WIA
ANW
WW

Slide 4 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Nakijken 
Opdracht 18 
Algemene Wet Gelijke Behandeling -> Er is geen discriminatie op de werkvloer..
Arbowet -> iedereen heeft recht op een veilige en gezonde werkomgeving.

Opdracht 19 
het wordt makkelijker om voor kinderopvang te zorgen zodat de vrouw buitenshuis kan gaan werken.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nakijken 
Opdracht 20 
C

Opdracht 21
18% ( 3% + 15%)

Opdracht 22
Deze uitkeringen zijn bedoeld voor werknemers en zzp’ers zijn dat niet.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nakijken 
Opdracht 23
a. Eerste tien jaar: 
     1/6 × € 2.840 = € 473,33
x 20 = € 9.466,67 
     Laatste zes jaar:
     1/4 × € 2.840 = € 710
x 12 = € 8.520 
     Totaal = € 9.466,67 + € 8.520 = € 17.986,67.
b. Verhoudingstabel -> € 2.840 : 100 x 75 = € 2.130.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nakijken 
Opdracht 25
a.  Jaarloon -> € 3.040 × 12 = € 36.480
      vakantiegeld -> € 36.480 : 100 x 8 = € 2.918,40
       totaal -> € 36.480 + € 2.918,40 = € 39.398,40
       € 39.398,40 : 100 x 15,64 = € 6.161,91
       Totale kosten -> € 39.398,40 + € 6.161,91 = € 45.560,31.
b.  Het nettoloon is flink lager dan de totale kosten voor de werkgever. 


b. Verhoudingstabel -> € 2.840 : 100 x 75 = € 2.130.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel vragen van de 10 gemaakte opdrachten had je goed?
010

Slide 9 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

H4.3 - De arbeidsmarkt

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Productiesectoren   

Slide 11 - Tekstslide

De ondernemingen waarbij je kunt werken, zijn verdeeld in vier productiesectoren.

De primaire sector: hier horen bedrijven bij die grondstoffen maken zoals boeren, vissers, de houtkap en mijnbedrijven.

De secundaire sector: hier horen bedrijven bij die de grondstoffen van de primaire sector nemen en verwerken tot iets anders. Fabrieken, bouwbedrijven, pottenbakkers en soortgelijke bedrijven.

De tertiaire sector: hierin vind je alle bedrijven die een dienst leveren (en dus niet een goed maken!) en deze met winst proberen te verkopen. Alle winkels horen hierbij, maar ook de bank, de NS, de kapper en klusbedrijven,

De quartaire sector: hier vallen alle bedrijven onder die een dienst leveren en deze niet met winst proberen te verkopen. De diensten die in de quartaire sector worden geleverd zijn grotendeels openbaar. Hieronder vallen de politie, brandweer en het onderwijs.
Wat is arbeidsmarkt?
A
Alle vraag en aanbod van arbeid.
B
Alle mensen die werk zoeken.
C
Mensen van 15 jaar tot pensioen die werken.
D
Alle vacatures bij werkgevers.

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke productiesector horen deze bedrijven? 






Primaire sector
Secundaire sector
Tertiaire sector
Quartaire sector
Metaalbewerkingsbedrijf
ING Bank
Ziggo
Mosselvisser
School voor voortgezet onderwijs

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
  • Maak opdracht 26 tot en met opdracht 31 van H4.3
  • Vragen? steek je hand op!
  • Je mag fluisterend overleggen tenzij de Z op het bord staat. 
  • Klaar? Ga verder met  H4.3 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik weet uit welke onderdelen de beroepsbevolking bestaat
😒🙁😐🙂😃

Slide 15 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Ik ken de verschillende productiesectoren
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll

Deze slide heeft geen instructies