Par. 10.1 goed geregeld

• Biologie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Hoofdstuk 10 

10.1 goed geregeld

Opnemen en uitscheiden 

Leerdoelen

Aan het einde van deze les heb je een aantal dingen geleerd:

1. Je kan uitleggen waarom je lichaam graag van binnen zo constant mogelijk wil blijven, en hoe je lichaam dit doet.

2. Hoe je lichaam de hoeveelheid glucose in je bloed controleert.

3. Hoe je afvalstoffen en overbodige stoffen uit je lichaam haalt.

4. Welke organen er gebruikt worden voor uitscheiding.

Homeostase

Dit woord betekent dat je lichaam alles zo gelijk(constant) mogelijk wilt houden.

Dit doet je lichaam om te voorkomen dat je ineens flauwvalt door te veel of te weing van een bepaalde stof.

In de volgende slide zie je per stof hoe je lichaam deze opslaat, uitscheidt of gebruikt

Homeostase

Water

Water kan je lichaam niet opslaan.

Als je er teveel van hebt wordt het uitgescheiden anders wordt je bloeddruk te hoog.

Je lichaam raakt water kwijt via:

•  de huid(zweet)
• De longen(waterdamp uitademen)
• De nieren(uitplassen)

Homeostase

Koolstofdioxide 

Koolstofdioxide kan je lichaam niet opslaan.

Als je er teveel van hebt wordt het uitgescheiden anders wordj je bloed te zuur en val je flauw 

Het word uitgescheden via:

• De longen(uitademen)

Homeostase

Zuurstof

Zuurstof kan je lichaam niet opslaan.

Maar je moet het wel opnemen dat wordt gedaan in de longen, als je te weinig heb stik je.

Word opgenomen in de:

• Longen 

Homeostase

Glucose

 Je lichaam heeft glucose nodig als brandstof. Glucose geeft energie.

Als je er teveel van hebt word het opgeslagen of uitgescheden anders word je bloeddruk te hoog.

Het word opgeslagen in de:

•  Spieren (glycogeen)
• Lever (glycogeen)

Het word uitgescheden door de:

• Nieren(als je suikerziekte hebt, dit is niet als je gezond bent)

Homeostase

Afvalstoffen 

Afvalstoffen wil je lichaam niet opslaan.

Als je er teveel hebt kan je jezelf vergiftigen en dood gaan.

Het word gemaakt door de:

•  spieren (afvalstoffen van verbranding)
• lever (afvalstoffen van speciale processen)

Het word uitgescheden door de:

• Nieren(plassen)

Waar slaat je lichaam glucose op als je er teveel van hebt?

1. De longen
2. De nieren
3. De lever
4. Je grote teen

Wat gebeurt er met je lichaam als je teveel Koolstofdioxide in je hebt

1. Je word heel druk
2. Je word heel moe
3. Je valt flauw
4. Er is niks aan de hand

Waarom wil je lichaam zo graag alles constant houden in je lichaam?

1. Dan kan je het langste leven
2. Dan werken alle processen goed in je lichaam
3. Dan is je humeur altijd hetzelfde

Regeling van glucosegehalte

1. je eet een boterham en er komt veel gucose in je bloed.

De glucose word omgezet in Glycogeen en opgeslagen in je lever en spieren.

(de glucose zijn de blauwe bolletjes, de glucagon de blauwe kettingkjes.)

2. Je gaat sporten en heb glucose nodig in je bloed.

De Glycogeen word omgezet in glucose en terug je bloed in gestopt 

Extra!
Door welke stof word glucose omgezet in glycogeen

1. Suiker
2. Insuline
3. glucagon
4. Glycogeen

Hoe heet het bloedvat dat naar de nieren toe gaat?

1. Aorta
2. Nierader
3. Nierslagader
4. Poortader

Wat wordt er in de nieren uit het bloed gehaald

1. Zuurstof
2. Koolstofdioxide
3. Voedingstoffen
4. Afvalstoffen

Opdrachten maken 

Lees par. 10.1 op blz. 79 t/m 81.

Maak opdracht 1 t/m 16 op blz. 109 t/m 112

Kijk ook zelf na! Antwoorden staan op it's learning