Veiligheid, aftekenen, meten, theorie kapstokhaak

Veiligheid, aftekenen, gereedschap
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
TechniekMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Veiligheid, aftekenen, gereedschap

Slide 1 - Tekstslide

Veiligheid in een technieklokaal

Slide 2 - Tekstslide

Wanneer gebruik je de noodstop?
A
Als er een onveilige situatie ziet en je wilt direct de apparaten stopzetten.
B
Als je zelf een ongeluk hebt gekregen met een apparaat.
C
Als je niet weet hoe een machine werkt.
D
Als je de machine aan wilt zetten.

Slide 3 - Quizvraag

Als je een kolomboor gebruikt zet je een veiligheidsbril op.
A
Soms
B
Altijd
C
Niet nodig
D
Alleen als je zelf geen bril draagt

Slide 4 - Quizvraag

Wat gebruik je om veilig met een kolomboor te werken?
A
Machineklem
B
Bankschroef
C
combinatietang
D
Griptang

Slide 5 - Quizvraag

Waar moet je aan denken bij het veilig gebruiken van een machine, behalve een veiligheidsbril?
A
Lange haren vast
B
Veiligheidsbril
C
Geen loshangende kleding
D
alle 3

Slide 6 - Quizvraag

Wat gebeurt er als je op de noodstop drukt?

Slide 7 - Open vraag

Waarom mag je niet voor de ‘gein’ op de noodstop drukken?
A
Dan gaan de machines stuk
B
Daar word de leraar moe van
C
Dan gaat het licht ook uit in het lokaal
D
Dan kan een leerling schrikken

Slide 8 - Quizvraag

Met hoeveel personen (cijfer) mag je bij de kolom boormachine staan?

Slide 9 - Open vraag

Lezen werktekening

Slide 10 - Tekstslide

Vanaf welk punt start je met meten?
A
Vanaf het begin van de liniaal
B
Vanaf de 0
C
Vanaf de 0,5
D
Vanaf de 1

Slide 11 - Quizvraag


Wat heb je NIET nodig bij het aftekenen?
A
Gum
B
Potlood
C
Pen
D
Tekenhaak/winkelhaak

Slide 12 - Quizvraag

Hoe heet dit gereedschap?
A
Centimeter
B
Tekenhaak
C
Waterpas
D
Meetlat

Slide 13 - Quizvraag

Welk meetgereedschap gebruik je wanneer je de lengte van een auto wilt meten?
A
B
C
D

Slide 14 - Quizvraag

Wat zie je in de afbeelding?
A
aanzichten
B
een doorsnede
C
een exploded view
D
een werktekening

Slide 15 - Quizvraag


Wat kan je meten met de schuifmaat?
A
een hoek van 90 graden
B
buitenmaat en dikte
C
buitenmaat, binnenmaat, dikte en diepte
D
dikte en diepte

Slide 16 - Quizvraag

Met welk meetinstrument meet je de hoogte en lengte van je werktafel op?
A
liniaal
B
rolmaat
C
schuifmaat

Slide 17 - Quizvraag

Welke soort tekening zie je hier?
A
Zijaanzicht
B
Werktekening
C
Bovenaanzicht
D
Vooraanzicht

Slide 18 - Quizvraag

Welke soort tekening zie je hier?
A
Exploded view
B
Werktekening
C
Doorsnede
D
Schets

Slide 19 - Quizvraag

Hoe heet het gereedschap waarmee je haakse hoeken aftekent?
A
liniaal
B
tekenhaak/winkelhaak
C
geodriehoek
D
passer

Slide 20 - Quizvraag

Waar moet je op letten als je 4 even lange stukjes van een lat af moet zagen?
A
De zaagsnede. 1 stukje per keer tekenen
B
Tekenen met pen
C
Haaks aftekenen van de maatstreep
D
Zagen ná de maatstreep

Slide 21 - Quizvraag

Lees de maten af in de tekening.
Hoe lang is de plank?
(Alleen getal invullen)

Slide 22 - Open vraag

Je ziet hier een plattegrond. Alle maten staan in mm.
Hoe groot is maat Y (in mm)?

Slide 23 - Open vraag

Je ziet hier een plattegrond. Alle maten staan in mm.
Hoe groot is maat X (in mm)?

Slide 24 - Open vraag

Welke maat geeft de schuifmaat aan (in mm)?

Slide 25 - Open vraag

Gereedschap

Slide 26 - Tekstslide

Sleep de afbeelding naar de juiste naam je houd vier woorden over
Figuurzaagmachine

Platte (fijne) vijl
Boortje
Bril
Fretboortje
schuurpapier
bankschroef
Rondevijl
vingerzetbank

Slide 27 - Sleepvraag

Sleep de afbeelding naar de juiste naam je houd vier woorden over
ijzerzaag
Platte schroevendraaier
Centerpunt


Kruiskop schroevendraaier
Beitel
Bril
vijlen
Kraspen
verzinkboor
Rondevijl
griptang
bankhamer
Gasbrander

Slide 28 - Sleepvraag