2.3 Burgers aan de macht


2.2  Bespreken huiswerk
Neem voor je:
- Memo boek blz. 79-80
- Huiswerkopdrachten

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


2.2  Bespreken huiswerk
Neem voor je:
- Memo boek blz. 79-80
- Huiswerkopdrachten

Slide 1 - Tekstslide

Bespreken huiswerk
Bladzijde: 77
Opdracht: 9, 10, 11, 12     

Slide 2 - Tekstslide

10) Welke wetenschappelijke ontdekking heeft Antoni van Leeuwenhoek gedaan?
A
Bewegingswetten
B
Bijbel is mensenwerk
C
Lichtgolven
D
Rode bloedcellen

Slide 3 - Quizvraag

10) Welke ontdekking heeft Spinoza gedaan?
A
Bewegingswetten
B
Bijbel is mensenwerk
C
Lichtgolven
D
Rode bloedcellen

Slide 4 - Quizvraag

10) Welke wetenschappelijke ontdekking heeft Christiaan Huygens gedaan?
A
Bewegingswetten
B
Bijbel is mensenwerk
C
Lichtgolven
D
Rode bloedcellen

Slide 5 - Quizvraag

10) Welke wetenschappelijke ontdekking heeft Newton gedaan gedaan?
A
Bewegingswetten
B
Bijbel is mensenwerk
C
Lichtgolven
D
Rode bloedcellen

Slide 6 - Quizvraag

11) Welke stelling over de Republiek is juist?
A
De overheid trok geen enkel geloof voor
B
De wetenschappelijke revolutie was alleen in de Republiek
C
In de Republiek liepen rijke mensen niet met hun rijkdom te koop
D
Rijke mensen hielpen de armen

Slide 7 - Quizvraag

Paragraaf 3
'Burgers aan de macht'
Neem voor je: blz. 79

Slide 8 - Tekstslide

2.3 Burgers aan de macht
Leerdoelen
- Hoe werd de Republiek bestuurd en wat was daar bijzonder aan?
- Wat voor verschillende belangen hadden de stadhouder en de regenten?


Slide 9 - Tekstslide

Hoe werd de Republiek bestuurd?
Het bestuur was anders dan in andere landen in Europa. 
Twee voorbeelden: 

1. Kleine groep, vaak rijke mannen, de regenten, bestuurden de steden en gewesten. Macht bleef in deze groep. 
2. Weinig centraal bestuur, alleen de Staten Generaal waren landelijk voor Buitenlandse Zaken, leger en koloniën. 

Slide 10 - Tekstslide


De Staten-Generaal
  • Elk gewest had een eigen bestuur: de gewestelijke staten
  • Zij namen vooral beslissingen die voor hun eigen gewest belangrijk waren. 
  • Buitenlandse zaken, leger en vloot werd in de Staten-Generaal besloten: de vergadering van alle gewestelijke staten bij elkaar
  • De voorzitter van de Staten-Generaal was de raadspensionaris



Hoe zat het ook alweer? 

Slide 11 - Tekstslide

Hoe heet het bestuur van een gewest
A
Staten-Generaal
B
Gewestelijke Staten

Slide 12 - Quizvraag

Belangrijke personen

Raadspensionaris van Holland: Belangrijkste persoon in gewest Holland. Adviseren van Staten Generaal over buitenlandse zaken. 
 Vloot is belangrijk, landleger niet.

Stadhouder: Leider van leger en vloot. 

Van Oldenbarnevelt vs. Maurits van Oranje 

Slide 13 - Tekstslide

Waarom zou het gewest Holland de vloot belangrijker vinden dan het landleger?

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Video


Ruzie tussen machtige mannen
  • Raadspensionaris Johan van Oldenbarnevelt wilde bezuinigen op het leger. Stadhouder Prins Maurits wilde dat niet. 
  • De ruzie loopt volledig uit de hand en in 1618 liet Maurits, de raadspensionaris gevangen zetten.
  • Een jaar later liet Maurits de raadspensionaris onthoofden.





Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

De stadhouder ...
A
Gaf advies aan de Staten Generaal
B
Was de burgermeester van Amsterdam
C
Was leider van leger en vloot
D
Wilde bezuinigen op het leger.

Slide 18 - Quizvraag

De raadspensionaris ...
A
Gaf advies aan de Staten Generaal
B
Was de burgermeester van Amsterdam
C
Was leider van leger en vloot
D
Wilde oorlog voeren

Slide 19 - Quizvraag

Stadhouder
Raadspensionaris (landsadvocaat)
  • Leider van het leger en de marine.
  • In dienst van de gewestelijke staten.
  • Erfelijk 
  • Hoogste ambtenaar van het gewest Holland.
  • Adviseerde de Staten-Generaal over de buitenlandse politiek van de Republiek 
  • Onderhield contacten met andere landen

Slide 20 - Tekstslide

De stadhouder wilde niet bezuinigen op het leger en de vloot. Waarom?
A
Oorlog was goed voor de handel. De stadhouder ging over buitenlandse zaken.
B
Het leger gaf de stadhouder macht. Dit zou hij verliezen als het leger zou krimpen.
C
De stadhouder hield van schepen. Hij liet er graag een paar bij maken.

Slide 21 - Quizvraag

De Republiek had een andere manier van besturen dan andere landen. Leg dit uit...

Slide 22 - Open vraag

Huiswerk
Memo, blz. 78-84
Opdracht 2 + 3 + 4 + 5 

Slide 23 - Tekstslide