In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Welkom
Telefoon weg?Pak je spullen!
Wat heb je nodig?
Lesboek
Schrift
Pen, potlood mag ook
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we vandaag doen?
Herhaling hoofdletters en leestekens
Nakijken van het huiswerk
Oefenen met werkwoorden
De persoonsvorm
Slide 2 - Tekstslide
Weet je 't nog?
hallo allemaal vandaag is het maandag en ik geef jullie les ik ga iets vertellen over hoofdletters en leestekens deze tekst is helemaal zonder leestekens begrijp je dan goed wat ik bedoel
Slide 3 - Tekstslide
Hoofdletters - Hoe zit het?
Wanneer een hoofdletter?
Hoe zit het met dagen? maanden? windstreken?
Slide 4 - Tekstslide
Hoofdletters
Aan het begin van een zin: Het is vandaag maandag.
Bij namen: het Huygens College, Heerhugowaard, McDonald's.
Slide 5 - Tekstslide
Leestekens - Hoe zit het?
Ik heb een fiets
Heb jij een fiets
Wat een mooie fiets
Slide 6 - Tekstslide
Leestekens
Een punt bij gewone zinnen: Morgen is het dinsdag.
Na een vraag een vraagteken: Heb je trek in pizza?
Extra nadruk geef je door een uitroepteken: Wat een mooie schoenen!
Slide 7 - Tekstslide
Huiswerk bespreken
Open je boek en pak je schrift:
Opdracht 1 - 3
P. 32 - 33
Slide 8 - Tekstslide
Opdracht 1
Acht woorden met een hoofdletter:
Alkmaar
Atlascollege
Erasmusbrug
Griekenland
Kastanjelaan
Madurodam
Walibi
Yvonne
Slide 9 - Tekstslide
Opdracht 2
Juiste leesteken aan het eind van de zin:
1. Zullen we morgen naar de bioscoop gaan?
2. Dat was een fantastisch doelpunt!
3. Eerste kerstdag valt dit jaar op een maandag.
Slide 10 - Tekstslide
4. Met onze kat in de fietsbak fietsen we naar de dierenarts.
5. Vind je deze opdracht lastig?
6. Doe die deur nou eens achter je kont dicht!
Slide 11 - Tekstslide
Opdracht 3
1. Meneer Jongsma is zo sterk, hij tilt met gemak dertig kilo aardappels op!
2. Heb je op internet voldoende informatie gevonden over Barcelona?
3. Op 11 november word ik alweer 13 jaar, joepie!
Slide 12 - Tekstslide
4. Mijn kleine zusje Jente speelt nog met poppen.
5. Vanuit het zuiden komt warm weer naar Europa.
6. Je zou toch maandag even langskomen?
Slide 13 - Tekstslide
Brug
In elke zin staan werkwoorden
Zaterdag heb ik mijn schoen gezet
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
Hoofdstuk 2
Taalverzorging, grammatica
Wat gaan we doen?
We leren over de persoonsvorm
Hoe vind ik de persoonsvorm in een zin?
Slide 16 - Tekstslide
Persoonsvorm
Eén werkwoord in de zin is de persoonsvorm.
Hieraan kun je zien:
Hoeveel personen iets doen: één of meerdere.
Ik heb mijn schoen gezet.
Wij hebben onze schoen gezet.
Slide 17 - Tekstslide
Persoonsvorm
Wanneer iets gebeurt: nu of eerder.
Sinterklaas komt weer in het land.
Sinterklaas kwam gisteren weer in het land.
Slide 18 - Tekstslide
Je kunt de persoonsvorm dus vinden door:
De vraagproef Ik mag mijn schoentje zetten.
De tijdproef De Hoofdpiet gaat fietsen
Slide 19 - Tekstslide
Aan de slag!
Wat? Startopdracht en opdracht 1-5 op p. 56-57
Hoe?Je mag zachtjes overleggen.Te luid? Dan werken we in stilte
Hulp? Vraag je buurman of buurvrouw. Lukt het niet, steek je hand op, dan kom ik bij je
Tijd? 10 minuten
Wat heb je geleerd? Je leert de pv beter onder de knie te krijgen!
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.