Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Les 9 : voca + bijvoeglijk nw (2C, 10 oktober)
timer
2:00
1 / 34
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1,2
In deze les zitten
34 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
60 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
timer
2:00
Slide 1 - Tekstslide
> Je weet wat een bijvoeglijk naamwoord is
> Je begrijpt hoe het bijvoeglijk naamwoord in het Frans wordt gevormd.
> Je kent de woordjes Unité 4
Slide 2 - Tekstslide
> Apprendre 1, 2, 4
ZS
> Grammaire - uitleg
> Travaillez
> Menu au choix
Slide 3 - Tekstslide
Apprendre 4+6
ZS : 10 min
of : puzzle
timer
10:00
Slide 4 - Tekstslide
1.
A: loopt heen en weer naar de woordenlijst en vertelt het woord aan B (niet roepen)
B: schrijft de Franse woorden goed op. A mag ze spellen.
2.
Je schrijft samen de vertaling achter de woorden. Klaar? Vraag de docent om te checken.
Dictée 2.0
Slide 5 - Tekstslide
Faire:
exercice 16 A (ensemble)
exercice 16 B (seul)
(page 25)
timer
5:00
Slide 6 - Tekstslide
thiememeulenhoff.bbvms.com
Slide 7 - Link
Een bijvoeglijk naamwoord....
A
zegt iets over een zelfstandig naamwoord
B
zegt iets over een werkwoord
Slide 8 - Quizvraag
VORM
mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
grand
grand
e
meervoud
grand
s
grand
es
Slide 9 - Tekstslide
Het bijvoeglijk naamwoord
UITZONDERING:
-e
(V)
Als het
BN
eindigt op -e, geen extra e
bv: une chose roug
e
-s,
(M)
en
MV
Als het
BN
eindigt op -s,
geen extra s
bv: un livre françai
s
/ deux livres françai
s
Slide 10 - Tekstslide
Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?
A
les chats sont gris
B
les chats sont grises
Slide 11 - Quizvraag
Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?
A
Le lit est grand.
B
Le lit est grande.
Slide 12 - Quizvraag
Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?
A
Les filles sont petit.
B
Les filles sont petite.
C
Les filles sont petits.
D
Les filles sont petites.
Slide 13 - Quizvraag
Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?
A
La fleur est vert.
B
La fleur est verte.
Slide 14 - Quizvraag
Wat is de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord: rouge?
A
Il porte une jupe rougee.
B
Il porte une jupe rouge.
C
Il porte une jupe rouges.
D
Il porte une jupe roug.
Slide 15 - Quizvraag
Wat is de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord: grand?
A
Elle est une grand fille
B
Il a une grandes voiture
C
Elle a une grande chambre
Slide 16 - Quizvraag
Faire:
exercice 16 C + D (page 26/27)
Fini ? Klaar?
choix 1: verdieping: 16 E
choix 2: apprendre 1,2,4 leren
timer
15:00
Slide 17 - Tekstslide
> Je weet wat een bijvoeglijk naamwoord is
> Je begrijpt hoe het bijvoeglijk naamwoord in het Frans wordt gevormd.
> Je kent de woordjes Unité 4
Slide 18 - Tekstslide
Les devoirs
Apprendre (leren):
apprendre 1, 2, 4 (=voca)
apprendre 3 (aller) en 5 (bijv. naamwoord)
Faire (maken):
* afmaken 16 C + D
Tu joues d’un instrument de musique?
Slide 19 - Tekstslide
Menu au choix
Choix 1: vocabulaire L, M, N
Choix 2: Cours 5 afmaken
timer
15:00
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Cours 3 - 16 september
Staat klaar in Teams.
Nodig:
1. cahier (schrift)
2. oortjes
3. laptop
Fini ? (klaar ?)
Ga leren Vocabulaire de base A t/m D
ZS
Slide 22 - Tekstslide
Quoi?
faites exercice 1 et 2 page 11
Comment?
tout seul
Aide?: boek, woordenboek
Durée?
10 minuten
Pourquoi?
om kennis te maken met de Franse cultuur, landen en producten.
Fini?
leer je nieuwe Franse zinnen
Slide 23 - Tekstslide
> Je leert en maakt kennis met de Franse cultuur en gebruiken.
> Je leert welke landen/werelddelen Frans zijn en welke producten afkomstig zijn uit Frankrijk
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Tekstslide
Slide 32 - Tekstslide
Slide 33 - Tekstslide
Slide 34 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Les 9 : dagopening, bijvoeglijk nw (2A, 7 oktober)
1 maand geleden
- Les met
26 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t, vwo
Leerjaar 1,2
Les 10 : diagnostische toets (2C, 11 oktober)
26 dagen geleden
- Les met
21 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Les 4 : Lire Unité 4 (2A + 2C, 19 september)
September 2024
- Les met
30 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1,2
Les 9 : herhaling lidwoorden Unité 1 + voca (4 oktober, 1BCD)
Oktober 2024
- Les met
39 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Les 4 : Écouter + dictée + voca (19 september)
September 2024
- Les met
24 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Les 7/8 : Écouter Unité 4 (2A+ 2C, 3 oktober)
Oktober 2024
- Les met
26 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1,2
Les 3 : Lire Unité 4 (2A, 16 september)
September 2024
- Les met
27 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1,2
Les 5 : Parler + dictée + écouter + voca (23 september)
September 2024
- Les met
25 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3