2VWO H5 herh. bvnw + trappen van vergelijking

Hoofdstuk 5: Amitié de Martinique
  • herh. l'Adjectif: bijvoeglijk naamwoord
  • trappen van vergelijking

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 5: Amitié de Martinique
  • herh. l'Adjectif: bijvoeglijk naamwoord
  • trappen van vergelijking

Slide 1 - Tekstslide

Let op:
voor deze les ook online boeken open staan ivm voorlezen van Tekst A

Leerlingen boeken in de buurt hebben

L'Adjectif: het bijvoeglijk naamwoord

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samengevat: bijvoeglijk naamwoord

Plaats:
  • Standaard na het ZNW
Rij van 12? 
  •  ja : VOOR het ZNW
  • nee: ACHTER het ZNW


Vorm
  1. Wat is het bijvoeglijk naamwoord
  2. Waar zegt het wat van?
  3. Schema: 



  • geen extra 's' als er al een staat
  • geen extra 'e' als er al een staat

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rij van 12:  De bijzondere vormen staan voor het ZNW

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijvoeglijk naamwoord: Leren als regel!

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijvoeglijk naamwoord: Leren als regel!
Uitdaging.... 
  • bladzijde 64 heel goed leren, inclusief vertalingen: schema en bijzondere vormen!
  • Dan pas je opdrachten maken.... 
  • Woorden in de opdrachten ook leren

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geef de goede vorm van het bijvoeglijk naamwoord:
la premier fille

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef de goede vorm van het bijvoeglijk naamwoord:
les nouveau garçons

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef de goede vorm van het bijvoeglijk naamwoord:
la beau maison

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef de goede vorm van het bijvoeglijk naamwoord:
les filles sportif

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef de goede vorm van het bijvoeglijk naamwoord:
les garçons amoureux

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef de goede vorm van het bijvoeglijk naamwoord:
les filles amoureux

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vergelijkingen
  • minder dan --> MOINS  ..bvnw.. QUE/ QU'
  • even als       --> AUSSI  .. bvnw.. QUE/ QU'
  • ... dan           --> PLUS  ..bvnw.. QUE/QU'

  • Op de puntjes komt een bvnw. Het vergelijkt met het onderwerp --> vorm aanpassen!
  • qu' + klinker/ stomme 'h'   

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden: 
  • Marie is minder groot dan haar broer.
  • Marie (v/enk) est moins grandque son frère. 

  • De leerlingen zijn even groot als mijn broer. 
  • Les élèves (m/mv) sont aussi grands que mon frère. 

  • Zij zijn kleiner dan ik. 
  • Elles (v/mv) sont plus petites que moi. 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat kies je?
Ik ben liever dan Piet!
A
plus... que
B
aussi... que
C
moins... que

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kies je?
Dit boek is even zwaar als dat boek.
A
plus... que
B
aussi... que
C
moins... que

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kies je?
Zij is kleiner dan mijn zusjes
A
plus... que
B
aussi... que
C
moins... que

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kies je?
Die broek is minder mooi dan deze broek.
A
plus... que
B
aussi... que
C
moins... que

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kies je?
De auto is minder oud dat mijn auto.
A
plus... que
B
aussi... que
C
moins... que

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies