Leesvaardigheid online les 2: alinea’s en functiewoorden

Leesvaardigheid online les 2
Doel:
Je leert wat alinea’s en functiewoorden zijn en hoe ze je helpen de structuur van een tekst te herkennen. 
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Leesvaardigheid online les 2
Doel:
Je leert wat alinea’s en functiewoorden zijn en hoe ze je helpen de structuur van een tekst te herkennen. 

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud van de les:
*Check in-vraag
* Korte herhaling van vorige les
* Instructie alinea’s en functiewoorden
* Huiswerk
* Check out-vraag

Slide 2 - Tekstslide

Check in -vraag:

Ik weet wat alinea’s en functiewoorden zijn en ik kan ze herkennen in een tekst.
A
B
C

Slide 3 - Quizvraag

De tekstopbouw bestaat uit een:

Slide 4 - Woordweb

In de inleiding staat meestal:
A
achtergrondinformatie over het onderwerp
B
een inleiding op het onderwerp
C
de conclusie van een onderwerp

Slide 5 - Quizvraag

In de kern van een tekst staat meestal:
A
de inleiding op een onderwerp
B
een samenvatting
C
argumenten om de mening te onderbouwen

Slide 6 - Quizvraag

In het slot van een tekst staat meestal:
A
achtergrondinformatie
B
de conclusie van een tekst
C
uitwerking van een onderzoek

Slide 7 - Quizvraag

Alinea's
* Zinnen die bij elkaar horen, staan samen in 1 alinea.
* Elke alinea bevat een kernzin die de belangrijkste boodschap bevat.
* Alinea’s volgen elkaar in een logische volgorde op en iedere alinea heeft zijn eigen functie in de tekst bijvoorbeeld:
een alinea geeft alleen de voordelen en een andere de nadelen van een bepaald project.

Slide 8 - Tekstslide

Functiewoorden
Een functiewoord kondigt de functie aan van een tekstdeel of alinea aan. De schrijver vertelt je dus al wat je kunt verwachten in een alinea.
Een functiewoord staat meestal in de eerste zin van een alinea
Zodra je een functiewoord herkent en begrijpt wat de functie van het tekstgedeelte is, snap je de tekst beter. 

Let op: er hoeft geen functiewoord in de alinea te staan. Dan moet je zelf gaan kijken wat de functie is van de alinea.

Slide 9 - Tekstslide

Voorbeelden van functiewoorden:
Voorbeelden van functiewoorden zijn:

aanleiding, voorbeeld, uitleg, anekdote, argument, afweging, constatering, analyse, definitie, gevolg, oplossing, advies en verklaring. 


Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Video

Huiswerk 18 januari 2021
Lezen: theorie blz. 64 
Online: kijken filmpjes in Lesson Up + uitleg video in Kern.
Maken: opdrachten 1 - 8
Nakijken en inleveren: op 17 januari 2021 koen de antwoorden in teams, kijk de antwoorden na en lever de antwoorden in, in de inlever opdracht in Teams. 

Slide 13 - Tekstslide

Check out -vraag:

Ik weet wat alinea’s en functiewoorden zijn en ik denk dat ik ze kan herkennen in een tekst
A
B
C

Slide 14 - Quizvraag