Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
2.2 kwis
2.2 kwis
1 / 11
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
In deze les zitten
11 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslide
.
Lesduur is:
10 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
2.2 kwis
Slide 1 - Tekstslide
Wat is een veelvoorkomend leenmotief?
A
Het sparen voor een vakantie
B
Het investeren in aandelen
C
Het kopen van een huis
D
Het starten van een eigen bedrijf
Slide 2 - Quizvraag
Welk leenmotief is minder gebruikelijk?
A
Het renoveren van een huis
B
Het betalen van studiekosten
C
Aflossen van andere schulden
D
Het betalen van een wereldreis
Slide 3 - Quizvraag
Wat is een verantwoord leenmotief?
A
Het aflossen van een bestaande lening
B
Het betalen van een opleiding
C
Het kopen van luxe goederen
D
Het lenen voor gokken
Slide 4 - Quizvraag
Wat gebeurt er als je bij huurkoop de terugbetalingen niet meer doet?
A
Bij huurkoop moet je het product teruggeven.
B
Bij huurkoop wordt het product jouw eigendom.
C
Bij huurkoop hoef je geen rente te betalen.
D
Je bent niet verplicht het product terug te geven.
Slide 5 - Quizvraag
Wat is het verschil tussen kopen op afbetaling en huurkoop?
A
Kopen op afbetaling heeft hogere maandelijkse betalingen.
B
Bij kopen op afbetaling wordt het product direct jouw eigendom.
C
Bij huurkoop ben je niet verplicht het product te kopen.
D
Bij huurkoop betaal je het product in één keer.
Slide 6 - Quizvraag
Wat is een kenmerk van een persoonlijke lening?
A
Onbeperkte opnames
B
Vaste maandelijkse aflossingstermijnen
C
Geen aflossingsverplichting
D
Variabele rentevoet
Slide 7 - Quizvraag
Wat is een kenmerk van een doorlopend krediet?
A
Vaste looptijd
B
Eenmalige opname
C
Flexibele opnames en aflossingen
D
Vaste maandelijkse aflossing
Slide 8 - Quizvraag
Wat is het verschil tussen een lineaire hypotheek en annuïteitenhypotheek?
A
Bij een lineaire hypotheek blijft het totaalbedrag aan rente en aflossing per maand gelijk.
B
Bij een annuïteitenhypotheek stijgt het totaalbedrag dat je per maand moet betalen
C
Bij een lineaire hypotheek neemt de aflossing per maand af.
D
Bij een annuïteitenhypotheek neemt het aflossingsbedrag per maand toe.
Slide 9 - Quizvraag
Hoe kunnen de kredietkosten worden berekend?
A
termijnbedrag / (aantal termijnen - lening)
B
lening / (aantal termijnen x termijnbedrag)
C
(aantal termijnen x termijnbedrag) - lening
D
aantal termijnen x lening - termijnbedrag
Slide 10 - Quizvraag
Wat voor informatie bevat het BKR-register?
A
Informatie over leningen, kredietlimieten en betalingsachterstanden.
B
Informatie over medische dossiers.
C
Informatie over belastingaanslagen.
D
Informatie over reisdocumenten en paspoorten.
Slide 11 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
Lenen
Januari 2019
- Les met
23 slides
door
economie voor vmbo
Economie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3,4
economie voor vmbo
2020 3VM H3.3 Geld lenen kost geld
Januari 2021
- Les met
47 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
2.3 Lenen is betalen!
Augustus 2018
- Les met
35 slides
door
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
Eieren voor je geld
vervolg_lenen_hv3a
Februari 2024
- Les met
12 slides
Economie
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
3e jaar h/v - 2.2 Heb je geld genoeg?
Oktober 2023
- Les met
25 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
2.2 Heb je geld genoeg?
Oktober 2022
- Les met
37 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Paragraaf 2.2 Heb je geld genoeg?
Januari 2024
- Les met
12 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
2.2_ Heb je geld genoeg?
Oktober 2021
- Les met
39 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3