Maatwerk Havo2/3 (s04)

Bonjour & bienvenue!
Bonjour & bienvenue!
vendredi 27 janvier 2023

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Bonjour & bienvenue!
Bonjour & bienvenue!
vendredi 27 janvier 2023

Slide 1 - Tekstslide

Les objectifs
Aan het einde van de les...
  • H2: wederkerend werkwoord
  • H3: bijwoord

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Wat is de passé composé?
A
toekomende tijd
B
tegenwoordige tijd
C
verleden tijd
D
verleden tijd

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de juiste vertaling van:
ik ben gevallen (vallen = tomber)?
A
J'ai tombé
B
Je suis tombé

Slide 5 - Quizvraag

Als het onderwerp van een zin vrouwelijk enkelvoud is komt er ... achter de passé composé met être.
A
niks
B
-es
C
-s
D
-e

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de passé composé?
A
o.t.t ( bijv. ik eet)
B
v.t.t ( bijv. ik heb gegeten)
C
o.v.t ( bijv. ik at)
D
o.t.t.t ( ik zal eten)

Slide 7 - Quizvraag

Wat verandert er aan de vorm van het voltooid deelwoord bij passé composé met être?
A
niets
B
de uitgang: +e, +s, +es
C
de uitgang: +é, +és
D
het accent op é vervalt

Slide 8 - Quizvraag

ik ben geweest (passé composé)
A
je suis été
B
j'ai été
C
j'ai êtré
D
je suis êtré

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Het wederkerend werkwoord herken je aan
A
-er
B
se
C
-oyer
D
leur

Slide 11 - Quizvraag

wederkerend werkwoord

vertaal: zij douchen zich
A
il se douche
B
ils se douchent

Slide 12 - Quizvraag

Wederkerende werkwoorden.

Je ___ leve à 8h00.
A
te
B
me
C
se

Slide 13 - Quizvraag

Wederkerende werkwoorden:
hij staat op (opstaan = se lever)
A
il te lève
B
il se lève
C
il te lèves
D
il se lèves

Slide 14 - Quizvraag

wederkerend werkwoord

vertaal: je m'habille
A
ik kleed me aan
B
jij kleedt je aan
C
ik kleedde me aan
D
jij kleedde je aan

Slide 15 - Quizvraag

wederkerend werkwoord

vertaal: ik was me
A
je lave
B
je me lave

Slide 16 - Quizvraag

Kies de juiste optie:
Het wederkerend werkwoord vervoeg je altijd met het hulpwerkwoord ............ in de passé composé
A
avoir
B
être

Slide 17 - Quizvraag

Au travail!
  • Ga naar Verbuga.eu en oefen met de onderstaande ww: 
  • au présent dan p. composé
  • zoek de volgende werkwoorden in kolom 3:
  • s'appeler - se coucher - se laver - se promener - 
timer
5:00

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Wat is het bijwoord van "direct"
A
directement
B
directment

Slide 20 - Quizvraag

Wat is de eerste stap voor het maken van een bijwoord?
A
het woord vrouwelijk maken
B
de uitgang -ment achter het woord plakken
C
de stam vinden
D
het woord vrouwelijk maken

Slide 21 - Quizvraag

Wat is het bijwoord van 'calme'?
A
calmement
B
calment

Slide 22 - Quizvraag

Wat is het bijwoord van "sportif"
A
sportifment
B
sportifement
C
sportivement
D
sportivment

Slide 23 - Quizvraag

bijwoord van premier is?
A
premierment
B
premièrement

Slide 24 - Quizvraag

Wat is het bijwoord?
A
bien
B
bon

Slide 25 - Quizvraag

Wat is het bijwoord?
A
mieux
B
meilleur

Slide 26 - Quizvraag

Wat is de uitgang van een bijwoord?
A
-ment
B
-mant
C
-ent
D
-ant

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Tekstslide

Merci et bon week-end!
 Dank voor je aandacht en fijn weekend!

Slide 29 - Tekstslide