Glad IJs

GLAD IJS
Regie: Joosje Duk / Productie: Tebber Nekkel / Omroep: VPRO.
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Culturele en kunstzinnige vormingMens & Maatschappij+6Middelbare schoolMBOvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 3-6Studiejaar 1,2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Introductie

In deze les bekijk je met je leerlingen de korte Nederlandse film 'Glad ijs' in de klas. Aan de hand van kijkvragen en fragmenten ga je met je leerlingen in gesprek over de thema's van de film en de manier waarop deze verbeeld worden, waaronder: angst voor aanslagen, vooroordelen, stereotypen, beeldvorming in de media en de impact van angst en wantrouwen op ons dagelijks leven. Deze les richt zich op leerlingen in het voortgezet onderwijs van klas 3 tot en met 6. De film 'Glad ijs' en de te bespreken fragmenten zijn in deze les geïntegreerd, je hoeft dus niet ergens anders in te loggen. Meer Film in de Klas? Kijk dan hier: https://schooltv.nl/film-in-de-klas/ Film in de Klas is altijd benieuwd naar de manier waarop het lesmateriaal in de klas is behandeld. Heb je tips en/of aanvullingen voor ons of voor andere docenten? Laat het ons weten via: netwerkfilmeducatie@eyefilm.nl Bedankt!

Instructies

Deze les van ongeveer 50 minuten wordt klassikaal gegeven en is geschikt voor leerjaar 3 tot en met 6 van het voortgezet onderwijs.
Toelichting en tips voor vragen zijn in de slides toegevoegd onder 'notities'.
De les en de toelichtingen per slide kunnen geprint worden door middel van de knop 'Printen' onder de rode knop 'Geef les'.
Leerlingen bekijken de korte film en gaan aan de hand van kijkvragen in gesprek over belangrijke thema's in de film en de keuzes van de filmmaker. 
Door middel van kijkvragen leren leerlingen:
-(klassikaal of in groepjes) te verwoorden welke gevoelens en gedachten de film bij hen oproept;
- te onderzoeken welke boodschap de filmmaker wil overbrengen en hierop te reflecteren;
- te onderzoeken, middels kijkvragen en een doe-opdracht, welke middelen (in beeld en geluid) de filmmaker heeft gebruikt om deze boodschap over te brengen, waarbij voornamelijk gefocust wordt op 'montage';
-te reflecteren op de (maatschappelijke) verantwoordelijkheid van een filmmaker ten opzichte van thema's als angst en vooroordelen;
-te reflecteren op hun eigen ervaringen en gedachtes omtrent het thema van de film.

De lesdoelen sluiten aan op de vaardigheden uit de doorlopende leerlijn film van het Netwerk Filmeducatie: beleven, verwoorden, onderzoeken, reflecteren en creëren.


NB: Deze les bevat een (of meerdere) slide(s) met (een deel/delen van) de film Glad ijs (2018).
Regie: Joosje Duk / Productie: Tebber Nekkel / Omroep: VPRO.

Het is niet toegestaan om de film of delen daarvan buiten de context van de les te vervaardigen of te distribueren.

Onderdelen in deze les

GLAD IJS
Regie: Joosje Duk / Productie: Tebber Nekkel / Omroep: VPRO.

Slide 1 - Tekstslide

Start van de les

Vertel: In deze les gaan we de Nederlandse korte film Glad IJs (2018, 11 minuten) kijken. We gaan met elkaar in gesprek over wat wij hebben gezien en gehoord en wat wij denken dat de filmmaker ons wil laten zien en vertellen.

Vragen (optioneel):
  • Waar denk je aan bij de titel? 
  • Herkent iemand de acteur? (Achmed Akkabi) Van welke rollen ken je hem? (Bijv. Het Huis Anubis, Rabat, Mocro Maffia)
Vraag
Tip
Opdracht

Slide 2 - Tekstslide

Vragen en opdrachten
  • Er zijn geen goed-fout opdrachten, wel kijkvragen, reflectievragen en een doe-opdracht.
  • Je kunt kiezen voor verschillende werkvormen: individueel, in groepjes of klassikaal.
N.B. Ons advies is om bij deze les niet te werken met 'devices in de klas'. Je kunt dit uitzetten door het vinkje onderin het scherm van de lespresentatie te deactiveren.
Bekijk de filmposter
Wat valt je op aan deze persoon? 
Wie valt het meeste op? Waarom? 

Slide 3 - Tekstslide

Verwachting vooraf

Opdracht: 
Vraag de leerlingen de filmposter te bekijken. 

Vragen: 
1. Welk figuur valt het meeste op? Waarom? 
(De persoon op het bankje valt het meeste op. Alle personen zijn onscherp afgebeeld, behalve hij. Ook is deze jongen in het midden van het beeld te zien, waardoor je oog direct op hem valt). 

2. Wat valt je op aan deze persoon? Denk bijvoorbeeld aan uiterlijk en houding.  (Vraag leerlingen deze figuur te beschrijven. Wat denken zij al over deze persoon te weten op basis van de filmposter? Onthoud de antwoorden. Na het zien van de film wordt hier verder op ingegaan)

3. Waar denk je dat deze film over gaat? 

Je gaat nu kijken
naar de korte film
Glad IJs (11 minuten) ►

Slide 4 - Tekstslide

Glad IJs (Joosje Duk, 2018)

Doe: Bekijk de film in zijn geheel, zonder verdere introductie van het thema of het verhaal.

Slide 5 - Video

Glad IJs (Joosje Duk, 2018)
Duur: 11 minuten

Zet de video aan met de play-knop. De videoplayer stopt automatisch.
Welk gevoel overheerst na het zien van de film? Waarom?

Slide 6 - Tekstslide

Filmervaring (eerste gevoel) verwoorden

Focus: Wat voor gevoel (eerste reactie) overheerst na het zien van de film? 

1. Vraag de leerlingen wat voor gevoel zij hebben na het zien van de film en waarom. Wat zag en hoorde je waardoor je dat gevoel kreeg? Laat leerlingen kort met elkaar in gesprek gaan over verschillen in filmbeleving.

N.B. "Gevoel" is natuurlijk een groot begrip. Je kunt de leerlingen vragen om hun ervaring te specificeren. Waarom vind je dit, waarom voelde je dat? Probeer ze steeds van een beoordeling ("stom", "raar", "onzin", "spannend") weg te halen en meer door te vragen. "Omschrijf eens een scène die dat gevoel, of jouw mening onderschrijft."
Ook kun je voordoen wat je zelf hebt ervaren bij de film: "Ik vond het begin van de film wel spannend, maar nadat hij iedereen opriep om te ijsbaan te verlaten, begreep ik er niets meer van. Ik werd toen een beetje geïrriteerd, ik vond het verwarrend." Of "Ik dacht eerst dat het om dat meisje ging, dat zij hem probeerde te versieren of zo, en toen het ineens anders werd, vond ik dat heel tof, ik hou van series als Black Mirror en zo, en dit deed me daar een beetje aan denken."
Wat gebeurt er in de film? 
Wat uit het verhaal heb je niet goed begrepen of vond je verwarrend? Welke vraag zou je de regisseur van de film hierover willen stellen?
Wat in het verhaal heeft zich echt afgespeeld op de ijsbaan? Wat niet? 
Waar speelt dit zich wel af? 

Slide 7 - Tekstslide

Verhaal verwoorden en onderzoeken

Focus: Wat is het verhaal van de film? 

Vragen (links): 
1. Laat de leerlingen de gebeurtenissen in de film beschrijven en vat gezamenlijk het verhaal van de film samen. Wat heeft de klas uit het verhaal gehaald en wat is nog onduidelijk? Denk aan: wie, wat, waar, wanneer & waarom. (Als leerlingen delen van de film verwarrend vinden, vraag hen dan te vertellen welke gebeurtenissen zij niet hebben begrepen. Wat zagen zij gebeuren? Wat begrepen zij hier niet aan?)

2 en 3. Vraag de leerlingen wat zich niet echt op de ijsbaan heeft afgespeeld, maar wat zij wel hebben gezien in de film. (Het omroepen, de knal...)  
Hoe weet je dat dit niet echt is gebeurd? (Na het omroepen en de knal schaatsen nog steeds alle mensen op het ijs en lijkt er niets te zijn gebeurd)
Waar spelen deze gebeurtenissen zich dan wel af? (In het hoofd van Rink, de loketmedewerker. Hij is degene die je in paniek ziet raken en die als enige reageert op de - in zijn ogen - gevaarlijke situatie en hierna de knal) 
Waarom heeft de filmmaker dit wel in beeld laten zien als het niet echt gebeurde?
(De film verbeeldt de gedachtes en angsten van Rink. Als zijn hoofd op hol slaat, zie je als kijker zijn angstbeeld. Op het moment dat hij weer terug in het 'nu' is, zie je dat alle schaatsers nog op de ijsbaan bewegen en dat het meisje nog steeds tegen hem praat. De paniek bij Rink was echt, maar de gebeurtenissen heeft hij zich verbeeld. Als kijker wordt je dus meegenomen in het hoofd van Rink)
NB: In het volgende fragment licht de regisseur toe wat zich in het hoofd van Rink heeft afgespeeld en wat niet. Als leerlingen moeite hebben met vraag 2 en 3, ga dan alvast door met de opdracht (rechts op de slide) en ga hierna naar de volgende slide om van de maker zelf te horen wat zij de kijker wilde laten zien.

Opdracht (rechts): 
Laat leerlingen de vragen noteren. Bespreek er een paar. (Onthoud ze, misschien worden ze straks bij het terugkijken van fragmenten uit de film beantwoord)

Begrip regisseur: 
"Als regisseur vertel je verhalen met behulp van beeld. Dit kunnen zowel fictieve als waarheidsgetrouwe verhalen zijn. Jij geeft, als regisseur, ieder cast- en crewlid aanwijzingen over hoe hij het verhaal in beeld moet brengen; je hebt het overzicht en weet als geen ander wat en hoe je iets wilt vertellen. Bij film- en televisieproducties ben jij de artistiek eindverantwoordelijke."

Vertel: 
In het volgende fragment vertelt regisseur Joosje Duk over het verhaal van de film.

Slide 8 - Video

Bekijk de videoboodschap van regisseur Joosje Duk

Zet de video aan met de play-knop. De videoplayer stopt automatisch.
Wat is montage?
Bekijk het volgende fragment en let extra op de montage.

Slide 9 - Tekstslide

Filmische vormgeving - montage

Vraag: Wat is montage? 
"Montage is kort gezegd het knippen en plakken van shots (een shot is een onafgebroken korte of lange filmopname). Door shots achter elkaar te plakken ontstaat er een verband en een verhaal. Montage is een van de belangrijkste middelen die een filmmaker heeft om een verhaal te vertellen."

Vertel: We kijken een fragment uit de film. Let hierbij extra op de montage.

Slide 10 - Video

Bekijk een fragment uit de film

Vraag de leerlingen of zij extra willen letten op de montage in dit fragment.

Zet de video aan met de play-knop. De videoplayer stopt automatisch.
Wat viel je op?
Welke twee shots komen telkens terug? 
Hoe stuurt de filmmaker jouw interpretatie door deze beelden achter elkaar te monteren? 

Slide 11 - Tekstslide

Filmische vormgeving - montage

Focus: Hoe kun je door middel van montage laten zien wat er zich in het hoofd van de hoofdpersoon afspeelt? 

Vragen:
1 en 2. Wat is je opgevallen aan montage? Welke twee shots komen telkens terug? (Je ziet beelden van het gezicht van Rink afgewisseld met beelden van de jongen op het bankje)

3. Hoe krijgen de twee beelden samen een nieuwe betekenis? Oftewel: Hoe stuurt de filmmaker jouw interpretatie van het verhaal? (Onbewust zie je de beelden niet los van elkaar, maar koppel je ze aan elkaar. Je ziet niet Rink en een jongen op het bankje. Je ziet Rink die - denk jij - kijkt en reageert op de jongen op het bankje. Je legt een verband tussen de angstige blik van Rink en de jongen. Hierdoor kom je iets te weten over Rink (zijn angst) en krijg je als het ware een inkijkje in zijn gedachtes. Het op een bepaalde manier monteren van beelden om de ervaring van de kijker te beïnvloeden wordt ook wel het Kuleshov effect (koelesjov-effect) genoemd. 

Vertel: 
Hoe het koelesjov-effect werkt gaan we nu samen bekijken. (Zie de klassikale opdracht op de volgende slide)

Slide 12 - Sleepvraag

Filmische vormgeving - montage

Doe-opdracht: koelesjov-effect
Bekijk klassikaal hoe de keuze voor het tweede beeld (in dit geval de 2e afbeelding op de bovenste rij) ook invloed heeft op hoe je de beelden van Rink (afbeelding 1 en 3) interpreteert. 

Aan de slag:
Het eerste en derde beeld van Rink in het loket staan vast. Verander nu het tweede beeld. Sleep één van de afbeeldingen uit de onderste rij naar het rode vak om drie afbeeldingen naast elkaar te zien. Probeer de verschillende combinaties uit. 

Vragen: 
Welk verhaal vertellen de drie beelden samen? Op welke manier beïnvloedt het tweede beeld ook het eerste en derde beeld? 

Optioneel: maakopdracht
Een korte maakopdracht (voor in de klas of thuis) waarin je zelf aan de slag gaat met het koelesjov-effect vind je op slide 17.
Herkennen de jongens elkaar?
Hoe zou je Rink omschrijven? 
Hoe ziet Rink zijn dubbelganger? 
Waarom zou de filmmaker hiervoor gekozen hebben? 

Slide 13 - Tekstslide

Filmverhaal - dubbelrol & beeldvorming

Vragen: 
1. Hoe zou je Rink omschrijven? Denk aan uiterlijke kenmerken, karaktereigenschappen en achtergrond (bijv. werk). Hoe komt Rink op jou over? 
(Bijv. Rink is een Nederlander met een Marokkaanse achtergrond, werkt als loketmedewerker bij een ijsbaan, hij komt over als aardig/sympathiek/achterdochtig/beschermend/angstig...)

2. Hoe kijkt Rink naar zijn dubbelganger? Wat zie je, waardoor je dit denkt? (Rink bekijkt de jongen op het bankje met een argwanende blik. Wanneer je als kijker een inkijkje in het hoofd van Rink krijgt, zie je dat hij een potentieel gevaar in de jongen ziet. De jongen voldoet aan zijn beeld van een mogelijke aanslagpleger ('onbetrouwbaar' uiterlijk en een rugzak in de openbare ruimte). Herkennen leerlingen dit beeld? Was dit ook hoe zij in eerste instantie naar de jongen keken? Waar komt dit stereotype beeld vandaan? Snap je Rink of vind je hem paranoïde? Wat voor impact heeft dit op hoe wij met elkaar omgaan?) 

3. Herkennen de jongens elkaar? Laat leerlingen vergelijken hoe de personages op elkaar reageren. (Rink schrikt als hij zijn dubbelganger van dichtbij ziet en herkent zichzelf in de jongen. De jongen reageert niet op dezelfde manier op Rink. Hij schrikt niet of kijkt niet op, waardoor het lijkt alsof hij de gelijkenis tussen zichzelf en Rink niet ziet)

4. Waarom heeft de maker hiervoor gekozen? 
(Rink is bang voor een beeld waar hij zelf aan voldoet. In de film is dit extra duidelijk gemaakt doordat Achmed Akkabi niet alleen Rink speelt, maar ook de rol van het personage waar hij bang voor is. Regisseur Joosje Duk zegt hierover: "We hebben voor de dubbelrol gekozen omdat mensen met een uiterlijk zoals Achmed Akkabi door beeldvorming in de media vaak worden gezien als een potentieel gevaar (de jongen op het bankje), terwijl de kans veel groter is dat zij ook met angst voor aanslagen leven (zoals Rink). In onze maatschappij wordt iemand als Rink bang gemaakt voor iemand die er uitziet zoals hijzelf." Hiernaast willen de makers met de dubbelrol ook laten zien dat de angst een reflectie is van Rink. Het is iets dat hij in zijn eigen hoofd creëert)

Vertel: Wij gaan nu nog een keer het einde (de laatste scène) van de film bekijken. 

Slide 14 - Video

Bekijk een fragment uit de film

Zet de video aan met de play-knop. De videoplayer stopt automatisch.
Waarom denk je dat de regisseur voor dit einde heeft gekozen?
Wat gebeurt er met Rink in de laatste scène?
Wat zegt dit over Rink?
Wat vind jij van dit einde? 

Slide 15 - Tekstslide

Filmverhaal - het einde

Vragen:
1. Vraag leerlingen kort te beschrijven wat er gebeurt tijdens de laatste scène (vanaf het moment dat Rink buiten loopt). Wat zie je in beeld? Hoe reageert Rink op de jongen in het bushokje? 
(Rink loopt langs een bushokje waar mensen staan te wachten/praten/dansen. Een jongen in donkere kleding zit alleen op het bankje bij de bushalte. Bij zijn voeten ligt een rugtas. Rink kijkt naar de jongen. Je ziet dezelfde angst in zijn ogen als eerder op de ijsbaan)

2. Wat zegt de reactie van Rink over zijn personage? Laat de leerlingen een vergelijking maken met de gebeurtenissen op de ijsbaan. 
(Op de ijsbaan zie je Rink na alle paniek glimlachen, omdat hij zich van alles in zijn hoofd heeft gehaald en zich realiseert dat hij om niets in paniek raakte. Hij heeft van de situatie geleerd, zo lijkt het. Als hij kort hierna in een vergelijkbare situatie terechtkomt, reageert hij op exact dezelfde manier als op de ijsbaan. Ondanks dat hij van de eerdere situatie heeft geleerd, is zijn angst niet ineens verdwenen)
 
3. Waarom heeft de regisseur er denk je voor gekozen om de film op deze manier te laten eindigen? Suggesties vervolgvragen: Wat weet je nu over Rink/angst wat je zonder de laatste scène niet had geweten? 
(De laatste scène laat zien dat Rink - ondanks dat hij vlak ervoor heeft ervaren dat zijn angst onredelijk was en hij zich liet leiden door wantrouwen - de angst niet zomaar uit zijn hoofd krijgt. Regisseur Joosje Duk wil laten zien dat angst complex is en niet zomaar uit je hoofd gaat. Ook al ben je net in eenzelfde soort situatie geweest en denk je ervan te hebben geleerd, toch kun je hetzelfde reageren. Herkennen leerlingen dit?)

4. Wat vinden leerlingen van dit einde? Zouden zij het zelf net zo aanpakken of kiezen zij voor een alternatief einde? Waarom?
Wat is de boodschap van de film?
Wat vind jij hiervan?

Slide 16 - Tekstslide

Film nabespreken - boodschap 

Vraag: 
1. Wat is volgens de leerlingen de boodschap van de film? Wat heeft de filmmaker met de film willen zeggen? Waarom denken zij dat? (De filmmaker geeft in een video op de volgende slide zelf antwoord op deze vraag) 

2. Wat vinden leerlingen van deze boodschap? 
Suggesties vervolgvragen: 
Sluit de film aan bij hun opvattingen? Heeft de film hun beeld over angst (voor een aanslag) veranderd? 
Bevestigt de film een stereotype beeld over (angst voor) aanslagen of doorbreekt die deze? 

Vertel: In het volgende fragment zien en horen wij regisseur Joosje Duk over haar bedoeling met de film. Wat is de belangrijkste boodschap van Glad IJs? 

Slide 17 - Video

Bekijk de videoboodschap van regisseur Joosje Duk

Zet de video aan met de play-knop. De videoplayer stopt automatisch.
Tip: houd je mobiel horizontaal tijdens het filmen
Maak drie korte video's waarin je het koelesjov-effect laat zien

Slide 18 - Tekstslide

EXTRA MAAKOPDRACHT
Focus: Montage

Opdracht: Ga zelf aan de slag met het koelesjov-effect!
Duur: +/- 20 minuten

1. Zoek op internet voorbeelden van het koelesjov-effect. Welke video laat het koelesjov-effect volgens jou goed zien? Dit mag een fragment uit een film zijn, maar kan ook een instructievideo zijn. 

2. Opdracht: Neem met je mobiele telefoon een eigen video op, waarin je het koelesjov-effect laat zien. Bedenk  en maak drie verschillende korte voorbeelden. 

Stap 1: Film je eigen gezicht of het gezicht van een klasgenoot. Gebruik één shot als openingsshot en één shot als eindshot (de reactie op wat de persoon ervoor heeft gezien). Let op: je gebruikt deze beelden bij alle drie de video's die je gaat maken. Vergeet niet horizontaal te filmen. Bekijk slide 12 eventueel opnieuw als voorbeeld. 
Stap 2:  Welke drie verschillende beelden ga je om de beurt tussen het openingsbeeld en het eindbeeld laten zien? Kies drie hele verschillende beelden, zodat je het koelesjov-effect duidelijk kan laten zien. 
Stap 3: Heb je alles gefilmd? Monteer (plak) de beelden nu in de juiste volgorde. Je kunt drie losse video's maken of je plakt de drie video's achter elkaar. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld de programma's iMovie (Apple) of Windows Movie Maker (Windows) op de computer of Magisto, Movavi of TikTok op je mobiele telefoon.

3. Bekijk samen de filmpjes in de klas en bespreek deze. Hoe werkt het koelesjov-effect in de voorbeelden? Laat de leerlingen reflecteren op hun eigen video's en op de video's van hun klasgenoten.
Meer films in de klas?  

Slide 19 - Tekstslide

Film in de Klas
Kijk voor meer gratis films en lespakketten van Film in de Klas voor het primair- en voortgezet onderwijs op https://schooltv.nl/film-in-de-klas/