v1c vervolg

De Grieken
3.2
Het bestuur van de stadstaat
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

De Grieken
3.2
Het bestuur van de stadstaat

Slide 1 - Tekstslide

Kenmerken Atheense samenleving
Vrije volwassen mannen die in Athene geboren zijn (burgers)
Migranten (of kinderen van migranten)
Vrouwen
Slaven
Hadden invloed
(1 meer dan de ander, ligt aan bezit etc.)
Mogen geen grond bezitten/ geen invloed op bestuur / meestal in handel en nijverheid
Mogen geen grond of huis bezitten / zorgen voor kinderen en huishouden
Geen rechten / wel van groot belang >> deden groot deel van het werk

Slide 2 - Tekstslide

Kenmerken Spartaanse samenleving
Spartanen 
(Mannen en vrouwen) 
Overwonnenen
Omwonenden
Mannen: militaire zaken (vanaf 7 jr. opgeleid)
Vrouwen: geschoold in muziek en poëzie. 
Overwonnenen = nakomelingen van de mensen die in het gebied woonden vóór de Spartanen kwamen >> zij onderwierpen dit gebied. 
>> onderworpen boeren = soort slaven die voedsel produceren. 
Omwonenden = bewoners van onderworpen stadstaten die verder van Sparta aflagen
>> leefden van nijverheid en handel
>> eigen bestuur, maar Sparta heeft macht
>> betalen belasting + leveren soldaten 

Slide 3 - Tekstslide

Bestuurders en onderdanen
De Griekse stadstaten waren onafhankelijk, de Grieken bestuurden en beslisten over zichzelf

De meeste stadstaten waren tot de 8e eeuw v.chr (-800/-700) een monarchie: een staat met een vorst (koning) met erfopvolging. De koningen regeerden alleen (de meeste onderdanen vonden dit prima). 

Slide 4 - Tekstslide

Bestuurders en onderdanen
Groot grondbezitters (rijke onderdanen) met aanzien namen de macht over in de 8e eeuw v.Chr. Er was verzet tegen de heerschappij -> macht (gezag)

Dit waren edelen die het niet eens waren met de monarchie. Aristocratie: een regering met een groep aanzienlijke mensen.

Slide 5 - Tekstslide

Goede en slechte tirannen
Soms slaagde één van de edelen er in door middel van geweld alle macht naar zich toe te trekken. 

Zo iemand, die alleen het gebied bestuurt en vaak door geweld aan de macht gekomen is noemen we een tiran (tirannie).  Zowel goede als slechte

VB:
  • Pisistratus: greep met soldaten de macht
  •  Nijverheid bevorderen en mooie gebouwen, rechtspraak: rechters aanstellen die beslissen over de toepassing van wetten 
  • Steunde kleine boeren

Slide 6 - Tekstslide

Pisistratus 
Door de onrust die er al was door de wetgeving van Draco en daarna die van Solon, kwam Pisistratus. 

Hij was voor een hele lange tijd een alleenheerser oftewel een Tiran. Hij maakte een einde aan de politieke ruzies tussen adellijke families.


Slide 7 - Tekstslide

De Griekse stadstaten waren onafhankelijk

Monarchie: een staat met één vorst 
Aristocratie: een regering met een groep aanzienlijke mensen
Tiran: alleenheerser die onwettig de macht heeft gegrepen
Rechtspraak: beslissen over toepassen van wetten.

In het Oude Griekenland kwamen er goede en slechte tirannen voor. Een voorbeeld van een goede is Pisistratus (546 v. Chr.)

Slide 8 - Tekstslide

Democratie
Ontstond in de stadstaat Athene in 507 v. Chr.

Het volk verdreef een tiran en daarna werd een nieuwe bestuursvorm ingevoerd > Democratie: bestuur waarbij het volk beslist (volksregering)

Dingen die te maken hebben met het bestuur noemen we politiek (afgeleid van ... ?)

Einde: 338 v. Chr. toen Griekenland onder heerschappij van Macedonië

Slide 9 - Tekstslide

Democratie?!
  • Niet helemaal...
  • ...alleen mannelijke burgers (ongeveer 10% van de bevolking) 
  • Vrouwen, slaven en vreemdelingen mochten niet meepraten.

Niet iedereen was het eens met de democratie > vele discussies onder geleerden. 
VB: Plato en Socrates > gewone volk kon geen beslissingen nemen voor de stadstaat. 



Slide 10 - Tekstslide

Stembiljetten. 
Schervengericht: wegstemmen van ongewenste politici.

Slide 11 - Tekstslide

Democratie in stadstaat Athene

Democratie in Nederland
Iedereen mag stemmen (meebeslissen), behalve...

- vrouwen
- kinderen
- slaven
- vreemdelingen uit andere stadstaten

Kortom, alleen vrije volwassen mannen waarvan beide ouders uit Athene kwamen mochten stemmen en bezaten dus het burgerschap (± 10% van de mensen was burger)

Iedereen mag stemmen (meebelissen), behalve...

- Jongeren onder de 18 jaar. 
- Mensen zonder Nederlands paspoort
Democratie in de stadstaat Athene en in Nederland:

Slide 12 - Tekstslide

Vanaf 507 v. Chr. was Athene een democratie waarin burgers in de volksvergadering beslissingen namen over de stadstaat. 

Democratie: (volksregering), bestuur waarbij het volk beslist.
Burgers: volwassen mannen met bepaalde rechten (landbezit, spreken en stemmen in volksvergadering).
Politiek: heeft te maken met bestuur.

De democratie eindigde in 338 v. Chr. omdat de stadstaten onder de heerschappij van Macedonië kwamen (verlies onafhankelijkheid).

Slide 13 - Tekstslide

Verschillende soorten democratie
Directe democratie: burgers stemmen zelf over politieke voorstellen (in een volksvergadering).
Indirecte democratie: burgers stemmen op vertegenwoordigers die namens de burgers stemmen over politieke voorstellen.

Slide 14 - Tekstslide

Monarchie 


  • \

  • Alleenheerschappij
  • Koning en erfopvolging
Tirannie




  • Alle macht bij een persoon
  • Verkregen door anderen uit te schakelen (staatsgreep)
  • Zijn wil is wet, harde hand.

Slide 15 - Tekstslide

Democratie



                    Aristocratie




  • Kleine groep machthebbers
  • Bevoorrecht door afkomst en aanzien
  • Uit adelijke families
  • Het volk regeert
  • Burgers in volksvergadering
  • Vrije mannen, ouders geboren in stadstaat

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video