Bijwoorden van frequentie geven aan hoe vaak iets gebeurt in een zin. Bijvoorbeeld: always, never, sometimes, usually, often.
Deze woorden staan altijd bij de werkwoorden:
Bij één werkwoord staan ze ervoor, behalve bij am/are/is/was/were want dan komen ze er achter.
I usually walk to school. I am usually late for school.
She often