KERN 17_tekstdoel activeren

1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

KERN 12: vraag 1 t/m 4 en 10.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

  1. Gemiddelde cijfer SO: 5,7.
  2. Mensen met onvoldoendes heb ik gemaild.
  3. Inhaaldag SO: vrijdag 15 oktober voor Kadir, Roudaina en Ivaylo. 

Slide 5 - Tekstslide

Twee toetsen voor het PTO
Toets 1: KERN boek hoofdstuk 1 t/m 21. (Herkansbaar)
Toets 2: Diataal leesvaardigheid toets. (Niet herkansbaar)

Slide 6 - Tekstslide

Wat moet je leren voor PTO?

1. KERN boek: hoofdstuk 1 t/m 21.
2. Woordjes leren van hoofdstuk 1 t/m 7. 
3. Leesboek lezen. 
4. LessonUp presentaties. 

>>> Oefen veel met NUMO! 
Herhaling van de theorie uit het KERN boek + oefenen met leesvaardigheid. 

Let op: iedere week opnieuw werk je 45 minuten aan NUMO! 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Wat is het onderwerp van de zin:
De kleinere stenen van de Stonehenge blijken afkomstig uit steengroeves in Wales.

Slide 10 - Open vraag

Uitleg
Onderwerp = De kleinere stenen van de Stonehenge.

1. Verdeel de zin eerst in zinsdelen: je begint met de persoonsvorm.
2. Voor en achter de PV zet je een streep. 

De kleinere stenen van de Stonehenge/ blijken/ afkomstig uit de steengroeves in Wales. 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Hoofdstuk 21: vraag 3. 

Slide 13 - Tekstslide

Ik ga altijd lopend naar de bushalte.
Wat is 'lopend'?
A
Voltooid deelwoord
B
Persoonsvorm
C
Onvoltooid deelwoord
D
Infinitief

Slide 14 - Quizvraag

Dat is zeker geen gelopen race.
Wat is gelopen?
A
Bijvoeglijk naamwoord
B
Onderdeel van een uitdrukking
C
Voltooid deelwoord
D
Onvoltooid deelwoord.

Slide 15 - Quizvraag

Uitleg
'Een gelopen race' is een vaste uitdrukking. Daarom is het geen werkwoordsvorm.
Het betekent: iets waarvan de uitkomst al duidelijk is. (Woorden les 19)

Slide 16 - Tekstslide

Lopen is vermoeiender dan fietsen.
Wat is 'lopen'?
A
Onvoltooid deelwoord
B
Voltooid deelwoord
C
Infinitief
D
Zelfstandig naamwoord

Slide 17 - Quizvraag

Type de zin over met hoofdletters:

's avonds laat het internetgebruik een piek zien.

Slide 18 - Open vraag

Uitleg
Als een zin met een apostrof (') begint, krijgt de eerste letter van het woord daarna de hoofdletter.

>>> 's Avonds piekt het internetgebruik.

Slide 19 - Tekstslide

Welk meervoud is fout geschreven?
A
Melodieën
B
Cadeaus
C
Technichis
D
Catalogi/ catalogussen

Slide 20 - Quizvraag

Welk meervoud is fout geschreven?
A
Bangeriken
B
Sponsoren
C
Injecties
D
Filosofieës

Slide 21 - Quizvraag

Hoofdstuk 17: Tekstdoel - Activeren.

Slide 22 - Tekstslide

Wat leer je vandaag?
Je leert wat een activerende tekst is en welk doel een schrijver hiermee heeft. 

Slide 23 - Tekstslide

Wat is het doel van de volgende video?

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Wat is het doel van deze video?

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Samenvatting
Informerende tekst (KERN 15)
Je moet iets leren. Tekst bestaat uit feiten (=objectief). Je kunt de informatie dus controleren.

Overtuigende tekst (KERN 16)
Schrijver wilt jou overtuigen van zijn mening.

Activerende tekst (KERN 17)
Schrijver wilt jou overtuigen én je moet iets gaan doen. 
Bijvoorbeeld: die Netflix serie is super goed én je moet hem gaan kijken. 

Slide 36 - Tekstslide

Wat?
KERN 17: vraag 1 t/m 5. 
Klaar?
Verder met NUMO, woorden leren van hoofdstuk 1 t/m 7. 
Duur
tot einde van de les

Slide 37 - Tekstslide