Les 11 informerende en uitleggende teksten

Wat zijn verwijswoorden?
A
Maar, omdat, hierom
B
Hij, zij, die
C
Zijn, worden, hebben
D
De, het, een
1 / 15
volgende
Slide 1: Quizvraag
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Wat zijn verwijswoorden?
A
Maar, omdat, hierom
B
Hij, zij, die
C
Zijn, worden, hebben
D
De, het, een

Slide 1 - Quizvraag

Wat is geen verwijswoord?
A
ze
B
deze
C
zeker
D
zij

Slide 2 - Quizvraag

Heeft dit woord een achtervoegsel?

Deurbel
A
ja
B
nee

Slide 3 - Quizvraag

wat betekent het achtervoegsel 'baar'-?
A
slecht
B
je kan het
C
nog een keer
D
niet

Slide 4 - Quizvraag

Welke van deze is een achtervoegsel?
A
Aardig
B
Ondiep

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

Tekstdoelen
  • Informeren
  • Amuseren
  • Overhalen
  • Uitleggen

Slide 7 - Tekstslide

Informeren
A
column
B
ingezonden brief
C
artikel
D
advertentie

Slide 8 - Quizvraag

Recept
A
Uitleggen
B
Informeren
C
Overhalen
D
Amuseren

Slide 9 - Quizvraag

Wat is een uitleggende tekst?
A
een nieuwsbericht
B
een tijdschrift
C
een werkstuk
D
een gebruiksaanwijzing

Slide 10 - Quizvraag

Uitleggende teksten
Informerende teksten en uitleggende teksten lijken op elkaar, maar zijn toch anders.


tekstdoel
tekstsoort
tekstvorm
informeren: de lezer iets nieuws vertellen
informerende tekst
nieuwsbericht, tijdschriftartikel, verslag, werkstuk, folder
uitleggen: de lezer uitleggen hoe iets zit of hoe je iets doet
uitleggende tekst
schoolboektekst, recept, handleiding, gebruiksaanwijzing

Slide 11 - Tekstslide

het doel van een uitleggende tekst =
A
de lezer laten lezen voor zijn plezier
B
een mening geven / uitleggen waarom die mening waar is
C
de lezer uitleggen hoe iets in elkaar zit
D
de lezer overhalen iets te gaan doen

Slide 12 - Quizvraag

Instructie schrijven
Wat is een instructie?
Wat valt je op aan deze instructie?

Slide 13 - Tekstslide

Tekstvorm: instructie
- Handleiding
- Zinnen kort en duidelijk
- Begin iedere zin met met een werkwoord
- Vaak afbeeldingen

Slide 14 - Tekstslide

Bekijk de vier voorbeelden van instructieve teksten hiernaast. 
Voorbeelden van instructieve teksten

Slide 15 - Tekstslide