do 14-1-21 Brandaan thema 3 les 4-quiz

Brandaan 
Thema 3
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisBasisschoolGroep 7

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Brandaan 
Thema 3

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Waar woonden de monniken
en de nonnen?
A
klooster
B
paleis
C
gemeentehuis
D
huis

Slide 3 - Quizvraag

Wat betekent bekeren?
A
Een ander overhalen om jouw geloof over te nemen.
B
Een ander overhalen om jouw geloof niet over te nemen.
C
Een ander overhalen om jou van jouw geloof af te halen.
D
Een ander overhalen om een nieuw geloof te beginnen.

Slide 4 - Quizvraag

Paus
Priesters
Bisschoppen
monniken/nonnen

Slide 5 - Sleepvraag

Bij wie hoort de volgende taak?

Slide 6 - Tekstslide

De mensen in de kerk vertellen
hoe ze moeten leven.
A
Paus
B
Priester
C
Bisschop
D
Monniken/Nonnen

Slide 7 - Quizvraag

Zieken verzorgen.
A
Paus
B
Priester
C
Bisschop
D
Monniken/Nonnen

Slide 8 - Quizvraag

De baas van alle bisschoppen.
A
Paus
B
Priester
C
Bisschop
D
Monniken/Nonnen

Slide 9 - Quizvraag

Waar of niet waar?

Slide 10 - Tekstslide

De boeken in de kloosters
werden geschreven in Latijn.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

In het klooster woonden
monniken en nonnen samen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

De zin 'Hebban olla vogala'
is rond 1100 geschreven.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

De zin 'Hebban olla vogala'
is de eerste zin ooit geschreven.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Bonifatius en Karel de Grote probeerde allebei heidenen te bekeren. Hoe deden ze dat? Kies de juiste persoon.
Bonifatius en Karel de Grote probeerde allebei heidenen te bekeren. Hoe deden ze dat? Kies de juiste persoon.

Slide 15 - Tekstslide

Met geweld en oorlog.
A
Bonifatius
B
Karel de Grote

Slide 16 - Quizvraag

door
heilige bomen te hakken.
A
Bonifatius
B
Karel de Grote

Slide 17 - Quizvraag

door kerken te bouwen.
A
Bonifatius
B
Karel de Grote

Slide 18 - Quizvraag

door te preken.
A
Bonifatius
B
Karel de Grote

Slide 19 - Quizvraag

door veroveringen.
A
Bonifatius
B
Karel de Grote

Slide 20 - Quizvraag

Tegen welke volken vocht
Karel de Grote?
A
franken, longobarden, moren
B
franken, moren, saksen
C
longobarden, moren en saksen
D
franken longobarden en saksen

Slide 21 - Quizvraag

Hoe kun je laten zien hoe groot
het rijk van Karel de Grote was?
A
door een kaart te gebruiken
B
door voor-en nadelen op te noemen
C
door een schema in de vorm van een driehoek te gebruiken.

Slide 22 - Quizvraag

Willibrord
Bonifatius
Engels
Bisschop Utrecht
vermoord in Dokkum
overleed in 754

Slide 23 - Sleepvraag

Wat moet jij nog leren?
Let op: De begrippen moet je zelf nog goed leren! (Die kwamen niet veel voor in de quiz.)

Slide 24 - Open vraag