4.1 en 4.2 opkomst van steden

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Welkom!

• Leg je telefoon in een leeg vakje van de telefoontas​
•  Ga rustig zitten​
•  Pak je agenda: maken Blz. 36-37 vr. 6-11 

    SKN doet ondertussen de absentie

Toets bespreken

Wat ging goed?

Wat ging minder goed?

Waardoor kwam dat?

Hoe ga je het de volgende keer beter doen?

Tijdvak van steden en staten

1000-1500

Late middeleeuwen

 

Kenmerkend aspect

De opkomst van handel en ambacht die de basis legde voor het herleven van een agrarisch-urbane samenleving 

Agrarische samenleving 

(autarkische dorpsgemeenschap of hofstelsel)

Agrarisch-urbane samenleving

Oorzaken ontstaan steden

Toename voedselproductie: 

• Technische verbetering landbouw (bijv. keerploeg)
  
• Gebruik van paarden i.p.v. ossen
• Ontginningen
  
• Drieslagstelsel i.p.v. tweeslagstelsel

Veiligheid neemt toe

• Bijv. geen invallen meer door Vikingen
  

3) Groeiende bevolking platteland

-> Niet genoeg landbouwgrond + hoop op vrijheid en welvaart in de stad

Wat doen?

Wat?​

Nakijken opdrachten 3. 2, 3.3 en 3.4

Maken Blz. 36-37 vr. 6-11

Hoe?​

Je werkt zelfstandig​

​Hulp?​
Je mag zachtjes overleggen met degene die naast je zit. Verder ben je stil. ​

 Kom je er niet uit? Bewaar je vraag voor aan het eind voor SKN of als hij langsloopt​ 

 ​

Klaar?​
Doe huiswerk voor een ander vak of pak iets uit de vitrine.

Kenmerkend aspect

De opkomst van stedelijke burgerij en toenemende zelfstandigheid van steden

Arjen Erikszoon is opgepakt voor diefstal in de middeleeuwse stad Dordrecht 

Hoe gaat het nu met hem verder?

• Welke stappen volgen er?
• Met wie krijgt hij te maken?
• Wat voor soort straf kan hij verwachten denk je?

.

Mnr. Knol leeft in de late middeleeuwen 

Hij twijfelt of hij burger van de stad Dordrecht wil worden

--> overtuig hem dat het verstandig is burger te worden!

Burger

Burgers hadden meer rechten:

• Geen herendiensten
  
• Stedelijke rechtbank

•  Mochten lid van gilde worden

1. Lidmaatschap nodig om ambacht uit te mogen oefenen
   
2. Afspraken prijzen en kwaliteit
   
3. Beroepsopleiding
4. Sociale zorg eigen leden
   
5. Eigen schutterij
   

Plicht: meebetalen aan stadsrechten

Wat doen?

Wat?​
Nakijken Blz. 36-37 vr. 6-11

Maken Blz. 38-39 vr. 6-11

Hoe?​

Je werkt zelfstandig​

​Hulp?​
Je mag zachtjes overleggen met degene die naast je zit. Verder ben je stil. ​

 Kom je er niet uit? Bewaar je vraag voor aan het eind voor SKN of als hij langsloopt​ 

 ​

Klaar?​
Doe huiswerk voor een ander vak of pak iets uit de vitrine.

Kenmerkend aspect

De opkomst van stedelijke burgerij en toenemende zelfstandigheid van steden

Reflectie

    Hoe ging de les?​​

   

 Wat deed klas/docent goed?

 Wat moet anders?

Reflectie

    Hoe ging de les?​​

   

 Wat deed klas/docent goed?

 Wat moet anders?