2.2 Luchtdruk

2.2 Luchtdruk
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

2.2 Luchtdruk

Slide 1 - Tekstslide

leerdoelen 2.2 
  • Je kunt uitleggen hoe de luchtdruk op het aardoppervlak en op jezelf ontstaat.
  • Je kunt beschrijven op welke manier je de grootte van de luchtdruk kunt meten.
  • Je kunt de kenmerken van lagedrukgebieden en hogedrukgebieden benoemen.
  • Je kunt het verband beschrijven tussen de luchtdruk en de hoogte in de atmosfeer.
  • Je kunt uitleggen wat wordt bedoeld met de gasdruk in een afgesloten ruimte.
  • Je kunt beschrijven op welke manier je de grootte van de gasdruk kunt meten.
  • Je kunt de absolute druk berekenen als je de overdruk kent, en omgekeerd.

Slide 2 - Tekstslide

Wat geeft de lijnen op de weerkaart aan?

Slide 3 - Open vraag

Luchtdruk
Luchtdruk is het gewicht (kracht) die de lucht uitoefent op 1 m2 aardoppervlak. 

De gemiddelde luchtdruk op aarde is 100 000 N/m2

Slide 4 - Tekstslide

de barometer

Slide 5 - Tekstslide

Eenheden luchtdruk (rekenen)

  • de eenheid van luchtdruk is N/m2 
  • 1 N/m2 = 1 Pascal (Pa)
  • Per definitie geldt: 1 bar = 1000 mbar = 100 000 Pa.
  • Daaruit volgt dat 1 mbar gelijk is aan 100 Pa.

Slide 6 - Tekstslide

Begrippen
Luchtdruk: Druk die de lucht op het aardoppervlak en op je lichaam uitoefent.
Barometer: Instrument om de luchtdruk te meten.
Metaalbarometer: Barometer met een metalen doosje dat reageert op veranderingen in de luchtdruk. Het doosje wordt ingedrukt als de luchtdruk stijgt, en veert terug als de luchtdruk daalt.

Slide 7 - Tekstslide

De gemiddelde luchtdruk op aarde is
100 000 N/m2 .

Hoeveel bar dit is?
A
10 000
B
100
C
10
D
1

Slide 8 - Quizvraag

hoge druk en lage druk

Slide 9 - Tekstslide

Hoge druk en Lage druk
Op zeeniveau ligt de luchtdruk meestal tussen
970 en 1040 mbar.

Slide 10 - Tekstslide

Welk luchtdrukgebied zorgt voor mooi weer.
A
Lagedrukgebied
B
Hogedrukgebied

Slide 11 - Quizvraag

Luchtdruk en weer

Slide 12 - Tekstslide

Lagedrukgebied (L)

  • ontstaat door opstijgende warme lucht. lucht wordt aangevuld met lucht van een gebied met hogedruk. 
  • lucht stroom van hoge luchtdruk naar lage luchtdruk er ontstaat wind
  • Lagedrukgebied gaat vaak samen met weersverslechtering. 
Hogedrukgebied (H) 

  • Zware koele en droge lucht daalt de aardoppervlak
  • Weinig wolken. 
  • Hogedrukgebied gaat vaak samen met weersverbetering 
Hoge en lagedrukgebied 

Slide 13 - Tekstslide

Lijnen op een weerkaart geven gebieden aan met gelijke luchtdruk

lijnen noemen we isobaren. 

Waar de isobaren dicht bij elkaar lopen zal het waaien en stormen. 

Luchtdruk gebieden verplaatsen zich door de draaiing van de aarde 
Weerkaart / isobaren

Slide 14 - Tekstslide

Aan de slag
Wat: 
Hoe:
Hulp: 
Tijd: 
Resultaat: 
klaar: 

Aan de slag: 
Wat: maken § 6.2 2,5,6,7,8,9,12,15,17,19,20
 
Hoe: alleen of samen met buurman of buurvrouw

Hulp:  boek, docent

Tijd: 25 min

Resultaat: beheersing leerdoelen §6.2

klaar: nakijken §6.2 + uitwerken leerdoelen. 

Slide 15 - Tekstslide