T4 Heelal - woordenschat
1 / 22
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat doet een astroloog?
A
Houd zich veel bezig met verbanden van sterren etc.
B
Houd zich veel bezig met schepen
C
gaat veel naar school
Slide 2 - Quizvraag
Waar gaat een astronaut heen
A
naar de sterren
B
naar het buitenland
C
naar Amerika
D
naar de ruimte
Slide 3 - Quizvraag
wat is een atmosfeer?
A
de grens van de aarde
B
een dunne deken van lucht om de aarde
C
de lijn in het midden van de wereldbol
D
de ruimte
Slide 4 - Quizvraag
Wat is een capsule?
A
Een cabine voor de bemanning
B
een medicijn
C
het ruimteschip
Slide 5 - Quizvraag
Wat is buitenaards?
A
Iets wat binnen de aarde is
B
Iets wat buiten de aarde is
Slide 6 - Quizvraag
Wat is de Grote Beer?
A
naam van groep sterren in de vorm van een beer
B
naam van groep manen
C
naam van de zon
D
naam van een maan
Slide 7 - Quizvraag
Wat is het hemellichaam?
A
iets wat buiten de aarde is
B
iets wat een baan in de ruimte aflegt
C
iemand die naar de ruimte gaat
D
een lichaam van een dier
Slide 8 - Quizvraag
Wat is een horoscoop?
A
beschrijving manen bij de geboorte
B
een naam van een ster
C
beschrijving sterren bij de geboorte
D
waar je mee naar de maan kan kijken
Slide 9 - Quizvraag
Wat is de kosmos?
A
Het universum
B
de maan
C
de zon
D
de sterren
Slide 10 - Quizvraag
Wat is de melkweg?
A
Verschillende sterren bij elkaar
B
weg van de sterren
C
de weg die de melk aflegt
Slide 11 - Quizvraag
Wat is een meteoor?
A
een vallende ster die brandend uit de lucht valt
B
een vallende ster
C
een vlam die naar beneden komt
D
verschillende sterren bij elkaar
Slide 12 - Quizvraag
Wat is de NASA?
A
organisatie voor de het heelal
B
organisatie voor de sterren
C
nationale organisatie voor ruimtevaart
D
organisatie voor de zon
Slide 13 - Quizvraag
wat is de ozon?
A
soort lucht
B
soort koolstofdioxide
C
soort stof
D
soort zuurstof
Slide 14 - Quizvraag
wat is een satelliet?
A
geeft info aan het heelal
B
geeft info aan de aarde
Slide 15 - Quizvraag
wat is een simulator?
A
een toestel wat de zon namaakt
B
een toestel wat een raceauto nadoet
C
een toestel wat de ruimte namaakt
D
een toestel wat de ster namaakt
Slide 16 - Quizvraag
wat is een spaceshuttle?
A
ruimtevaartuig
B
een auto
C
een schip
Slide 17 - Quizvraag
wat is een telescoop?
A
een fototoestel voor sterren
B
een boek over sterren
C
een verrekijker om sterren te bekijken
Slide 18 - Quizvraag
wat is een vliegende schotel?
A
een schotel van buiten de aarde
B
een schotel van binnen de aarde
Slide 19 - Quizvraag
Wat is het zonnestelsel?
A
een extra grote zon
B
een zon met alle hemellichamen
C
een maan
D
een ster met alle hemellichamen
Slide 20 - Quizvraag
wat is zwaartekracht
A
aantrekkingskracht van de aarde
B
aantrekkingskracht van de zon
C
aantrekkingskracht van de maan
Slide 21 - Quizvraag
wat is het universum?
A
zon
B
maan
C
sterren
D
heelal
