Herhalingsles 1

Herhalingsles 1 
5.1 De roaring twenties
5.2 De grote depressie
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Herhalingsles 1 
5.1 De roaring twenties
5.2 De grote depressie

Slide 1 - Tekstslide

5.1 Roaring twenties

Slide 2 - Tekstslide

Geef de omschrijving van het begrip 'oorlogseconomie'

Slide 3 - Open vraag

Leg uit hoe je in deze bron isolationisme terugziet. bijschrift:
Europa: 'tenzij iemand ons veel geld geeft, zal ik waarschijnlijk de trekker overhalen.
VS: 'Ga aan het werk.'

Slide 4 - Open vraag

Past deze afbeelding bij de consumptiemaatschappij? Leg je antwoord uit.

Slide 5 - Open vraag

Welk terrein past bij de verandering op de afbeelding?
A
Economisch
B
Sociaal
C
Cultureel
D
Politiek

Slide 6 - Quizvraag

De roaring twenties kenden 3 schaduwzijden, leg alle drie uit: Drooglegging, verschillen arm en rijk, discriminatie en racisme

Slide 7 - Open vraag

5.2 De grote depressie

Slide 8 - Tekstslide

Geef een omschrijving van het begrip 'kapitalisme'.

Slide 9 - Open vraag

Wat was geen zwakke plek van de Amerikaanse economie?
A
Overproductie in de landbouwsector
B
Amerikanen raakten in financiële problemen
C
Overheid bemoeide zich te veel met de economie
D
Handel in aandelen

Slide 10 - Quizvraag

Zwakke plekken Amerikaanse economie
  • Zorg dat je uit kunt leggen wat overproductie in de landbouw betekent en welke gevolgen dat had.
  • Zorg dat je uit kunt leggen hoe de financiële problemen van veel Amerikanen veroorzaakt werden en wat de gevolgen er van waren.
  • Zorg dat je uit kunt leggen waarom de aandelenbeurs een risico was. 
  • Dit is allemaal te vinden op blz. 84. 

Slide 11 - Tekstslide

Verkoop consumptiegoederen daalt
De vraag naar nieuwe huizen daalde
Beurshandelaren werden ongerust
Aandelen werden verkocht, uit paniek
Paniekreactie op de beurs, beurs stort in

Slide 12 - Sleepvraag

Beurskrach
  • Mensen hadden alle producten al, dus de verkoop van goederen daalde. 
  • Amerikanen zaten daarnaast ook in de schulden door het kopen van nieuwe auto's, koelkasten en radio's. Ze konden door die schulden ook niets meer kopen. 
  • De vraag naar nieuwe huizen daalde. 
  • Beurshandelaren werden ongerust en begonnen massaal hun aandelen te verkopen. 
  • 24 oktober 1929: paniekreactie op de beurs.  

Slide 13 - Tekstslide

Door de beurskrach:
  • Kwamen Amerikanen die met geleend geld aandelen hadden gekocht in grote financiële problemen; zij konden hun lening niet terugbetalen.  
  •  Hierdoor gingen veel banken failliet of gingen minder geld uitlenen aan bedrijven. 
  • Bedrijven gingen bezuinigen en moesten veel personeel ontslaan. Veel Amerikanen werden werkloos. 

Slide 14 - Tekstslide

Stelling: In Europa konden dictators, tegenstanders van de democratie, opkomen doordat mensen vertrouwen in de politici kwijtraakten. Leg deze stelling uit met behulp van de economische situatie in Europa.

Slide 15 - Open vraag

Welk gevolg van de beurskrach hoort hierbij?
A
Amerikanen kunnen schulden niet terugbetalen aan de bank
B
Banken gingen failliet
C
Banken lenen minder geld uit aan bedrijven
D
Amerikaanse bedrijven besloten te bezuinigen

Slide 16 - Quizvraag

Was de crisis alleen te merken in Amerika? Leg je antwoord uit met behulp van de bron.

Slide 17 - Open vraag

De jaren '20 worden roaring twenties genoemd. Een boek over de Amerikaanse economische geschiedenis noemde deze tijd ook wel de Great Illusion. Leg uit waarom dit beeld klopt.

Slide 18 - Open vraag

Succes met leren voor de toets!
  • Neem de presentaties door die op Teams staan
  • Neem de gedeelde linkjes van LessonUp door
  • Neem de antwoorden door die op Teams staan. De vragen op de toets worden op dezelfde manier gesteld als in het werkboek.  

Slide 19 - Tekstslide