Je kunt van enkele blessures beschrijven wat er aan de hand is
Je kunt beschrijven hoe je blessures kunt voorkomen
Slide 4 - Tekstslide
Spierpijn, spierscheuring, spierkramp
Als je een spier meer dan normaal belast, kun je last krijgen van spierpijn.
Als je een hele sterke inspanning levert of je maakt een plotselinge onverwachte beweging dan kan de spier scheuren.
Als er te weinig bloed naar de spieren stroomt waardoor een spier te weinig zuurstof krijgt ontstaat er kramp. De spier ‘verzuurt’. Spiervezels trekken dan allemaal tegelijk samen.
Slide 5 - Tekstslide
RSI
RSI = ontsteking van de aanhechtingsplaats waar spieren aan botten vast zitten (pezen)
Oorzaak: te vaak dezelfde beweging maken
Voorbeeld is een tennisarm, de aanhechtingsplaats van de elleboogspier is dan ontstoken.
Slide 6 - Tekstslide
Blessures aan botten
Botbreuken
Te zien op een röntgenfoto
Belangrijk dat twee botten op de juiste plek weer aan elkaar groeien
Slide 7 - Tekstslide
Voetbalknie
Slide 8 - Tekstslide
Overig
Kneuzing: beschadiging aan weefsel zonder dat er iets gescheurd of gebroken is
Verzwikking: kneuzing van een gewricht (kapselbanden rekken uit)
Ontwrichting: de gewrichtskogel is uit de gewrichtskom geschoten
Slide 9 - Tekstslide
Voorkomen
Warming-up: spieren krijgen meer bloed en zuurstof + worden warmer. Dit voorkomt blessures.
Cooling-down: na sporten hopen afvalstoffen op. Met cooling-down worden deze afgevoerd en heb je minder spierpijn
Slide 10 - Tekstslide
Opdrachten maken
BS 5.6: opdrachten 1 t/m 7
Slide 11 - Tekstslide
Wat hebben we geleerd?
Wat is spierpijn, spierscheuring en spierkramp?
Wat is RSI?
Waar moet op gelet worden bij het genezen van een botbreuk?