In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Palliatieve zorg bij diabetes Mellitus
Slide 1 - Tekstslide
Wat is insuline
Slide 2 - Woordweb
Wat is Diabetes Mellitus?
Definitie: Diabetes Mellitus is een chronische aandoening die wordt gekenmerkt door een verhoogd niveau van glucose (suiker) in het bloed.
Rol van insuline: Insuline is een hormoon geproduceerd door de alvleesklier dat de bloedsuikerspiegel reguleert door de opname van glucose in cellen te bevorderen.
Slide 3 - Tekstslide
Type 1 Diabetes:
Auto-immuunziekte: Het immuunsysteem valt de cellen aan die insuline produceren.
Onstaat: Meestal in de kindertijd of adolescentie.
Behandeling: Insuline-injecties zijn noodzakelijk
Slide 4 - Tekstslide
Type 2 Diabetes:
Insulineresistentie: Het lichaam reageert niet goed op insuline, of het produceert niet genoeg.
Onstaat: Meestal bij volwassenen, maar kan op elke leeftijd voorkomen.
HbA1c-test: Geeft het gemiddelde bloedsuikerniveau over de afgelopen 2-3 maanden weer.
Slide 10 - Tekstslide
wat is het advies betreffende levensstijl
Slide 11 - Open vraag
wat kunnen zorgvragers zelfdoen om diabetes te controleren
Slide 12 - Open vraag
Palliatieve zorg bij diabetes
Palliatieve zorg bij diabetes richt zich op het verbeteren van de kwaliteit van leven voor mensen met gevorderde diabetes, waarbij de nadruk ligt op het verlichten van symptomen, het bieden van comfort en het ondersteunen van zowel de patiënt als hun familie. Hier zijn enkele aspecten van palliatieve zorg bij diabetes:
Slide 13 - Tekstslide
Symptoombeheersing:
Pijnbestrijding: Palliatieve zorg richt zich op het beheren van pijn die vaak geassocieerd wordt met gevorderde stadia van diabetes, met aandacht voor zenuwpijn (neuropathie) en andere pijnlijke complicaties.
Glycemische controle: Hoewel het streven naar normale bloedsuikerwaarden niet altijd mogelijk is, wordt gestreefd naar een acceptabel niveau om symptomen zoals vermoeidheid, dorst en frequent urineren te verminderen
Slide 14 - Tekstslide
Psychosociale ondersteuning:
Emotionele ondersteuning: Aandacht voor de emotionele en psychologische aspecten van de ziekte, inclusief het omgaan met angst, depressie en mogelijke rouwprocessen.
Communicatie: Open communicatie over de prognose, doelen van zorg en behandelingsopties.
Slide 15 - Tekstslide
Voedingszorg:
Aanpassing van het dieet: Aangepaste voeding kan nodig zijn om symptomen zoals misselijkheid, braken of smaakveranderingen aan te pakken.
Ondersteuning bij voedingskeuzes: Ondersteuning bieden bij het maken van voedingskeuzes die passen bij de individuele voorkeuren en behoeften van de patiënt.
Slide 16 - Tekstslide
Comfortzorg:
Huidverzorging: Aandacht voor huidproblemen die vaak voorkomen bij diabetes, zoals droge huid, wonden of infecties.
Mondzorg: Preventie en behandeling van mondproblemen, zoals droge mond of infecties.
Slide 17 - Tekstslide
zorgplanning:
Bespreken van wensen: Het faciliteren van gesprekken over geavanceerde zorgplanning, inclusief het vastleggen van wensen met betrekking tot levenseindezorg, zoals de keuze voor reanimatie, palliatieve sedatie, enz.
Slide 18 - Tekstslide
Familieondersteuning:
Betrokkenheid van familie: Ondersteuning bieden aan familieleden bij het omgaan met de impact van de ziekte op hun geliefde.
Rouwondersteuning: Begeleiding bieden aan familieleden bij het voorbereiden op en omgaan met verlies
Slide 19 - Tekstslide
Wat is de taak van de verzorgende bij het geven van palliatieve zorg bij diabetes