Groei, crisis en NewDeal in de VS

GROEI, CRISIS EN NEWDEAL 
IN DE VS
1 / 76
volgende
Slide 1: Tekstslide
geschiedenisSecundair onderwijs

In deze les zitten 76 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

Onderdelen in deze les

GROEI, CRISIS EN NEWDEAL 
IN DE VS

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoel
Je beschrijft het Amerikaanse politieke systeem met daarin de twee grootste politieke partijen.

Je geeft 3 oorzaken van urbanisatie in de VS tijdens het interbellum
Je analyseert hoe 'de Amerikaanse droom' leidde tot een consumptiemaatschappij en welke rol reclame hierin speelde
Je geeft 2 negatieve gevolgen van de roaring 20s
Je geeft aan wat de 'red scare' was en hoe dit de Amerikaanse samenleving beïnvloedde.
Je beargumenteert dat de roaring 20s zowel progressieve als conservatieve ideeën inhoudt
Je beschrijft de maatschappelijk-economische ontwikkelingen die bijdroegen aan het ontstaan van de crisis van de jaren 30
Je analyseert de oorzaken en gevolgen van de Beurskrach
Je beschrijft hoe de Amerikaanse crisis een wereldcrisis werd
Je analyseert de kenmerken van 'the Great Depression' en de wisselwerking tussen de domeinen
Je analyseert de oplossingen voor de crisis bij de republikeinen (Hoover) en democraten (Roosevelt) en bespreekt dit binnen de ideologie van de partij.

Je analyseert de gevolgen van de depressie (korte, middellange en lange termijn).













Slide 4 - Tekstslide

Leerdoel
Je analyseert de New Deal (ideologie, maatregelen, kritiek, verspreiding) en kan dit toepassen op bronnen
Je geeft de gevolgen van de New Deal voor de domeinen in de VS en kan evalueren of de New Deal een succes was
Je beschrijft hoe Amerika van isolationisme in een wereldoorlog verzeild raakte en welk effect dit had op de Amerikaanse economie
Je analyseert de gevolgen van de depressie (korte, middellange en lange termijn)
Je vergelijkt een vrije markteconomie, gemengde economie en planeconomie en geeft relevante voorbeelden

Je plaatst volgende historische begrippen in tijd, ruimte en verklaart de betekenis in context van de crisis van de jaren 30: isolationisme,  vrije markteconomie, planeconomie, gemengde economie, roaring 20s, drooglegging, Dawesplan, red scare, seggregatie, Beurskrach, Grote Depressie, New Deal, Hoovervilles
Je plaatst volgende personen in tijd en ruimte en bespreekt hun belang in de context van crisis in de jaren ’30: Keynes, Hoover, Roosevelt


Slide 5 - Tekstslide

 Hoe zag de Amerikaanse economie en samenleving eruit in de jaren twintig van de twintigste eeuw?

Slide 6 - Tekstslide

Het Federaal Bestel 
De deelstaten:
  • Zijn vrij in de organisatie van hun eigen onderwijsstelsels, politie en rechtspraak
  • Ze hebben hun eigen grondwetten, die niet in strijd mogen zijn met de federale grondwet. 
  • Bij wijzigen of aanvullen van de grondwet (amendementen), moet driekwart van de parlementen van de deelstaten goedkeuring geven --> veel amendementen hebben tot verlies van autonomie gezorgd, maar met hun eigen wetgeving, kunnen deelstaten de reikwijdte van amendementen en federale wetten inperken. 

Gevolgen: veel diversiteit op terreinen waar de grondwet onduidelijk is. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Isolationisme
Vanaf het begin werd de Amerikaanse buitenlandse politiek gekenmerkt door het streven naar afzijdigheid in Europese aangelegenheden. 

Dit beleid werd in 1823 in de Monroedoctrine uitgewerkt

Na WOI trok de VS zich terug in deze politiek.

Wat was het gevolg voor de Volkenbond?
Door afwezigheid van de VS mislukte dit (toetssteen)

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Migratie naar de VS
Ontstaan van enclaves in stedelijke gebieden
Immigration Act 1924
Verschillende politieke groepen en lobby's oefenden druk uit op de regering om immigratie te beperken. Deze druk resulteerde uiteindelijk in de goedkeuring van de Immigration Act van 1924, die strenge quota instelde op basis van nationaliteit en herkomstland.
Als gevolg van de Immigration Act van 1924 daalde het aantal immigranten dat de Verenigde Staten binnenkwam aanzienlijk, met name uit Zuid- en Oost-Europa en Azië.

Slide 12 - Tekstslide

Urbanisatie
plattelandsvlucht
velen verhuisden naar de steden in de hoop hun kansen te verbeteren
hygiëne en medische ontwikkelingen
droegen bij aan een lager sterftecijfer
Afro-Amerikanen
• Tussen 1919 en 1930 verlieten anderhalf miljoen Afro-Amerikanen het zuiden van de Verenigde Staten, op zoek naar werk in de industrie en om te ontsnappen aan het racisme in het zuiden.

Slide 13 - Tekstslide

De Great migration
Veel Mensen trekken van het zuidelijke platteland naar de noordelijke steden. Dit zorgt voor de goei van de noordelijke steden.

Slide 14 - Tekstslide

van kleinschalige handmatige productie in de huisnijverheid...
... naar grootschalige machinale productie in fabrieken

Slide 15 - Tekstslide

Massaproductie
Dankzij uitvindingen als de lopende band produceren fabrieken steeds sneller en goedkoper op grote schaal producten: massaproductie 

Slide 16 - Tekstslide

Alles ging sneller: mensen konden zich sneller verplaatsen net zoals informatie. Producten werden goedkoper door de lopende band. 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Roaring twenties

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

De "Roaring 20s"
Grote economische groei, meer welvaart
Massaproductie en massaconsumptie

Luxegoederen (auto, radio, stofzuiger, ijskast,...) voor gewone mensen

Cultuur:                            en Age of Jazz

Maar...voorspoed was (deels) schijn: overproductie en overconsumptie door
 'live now, pay later'
the charleston is een dans die ontstond in de VS na WOI
Flapper girls
Meer info vind je hier

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

'Any customer can have a car painted any color that he wants so long as it is black.'
Door vooruitgang in de industrie en het gebruik van de lopendeband werd het fabriceren van producten makkelijker en daarmee goedkoper. Hierdoor konden meer mensen hetzelfde product krijgen. Dit leefde erg in de VS en daarom noemen we het een consumptiemaatschappij

Slide 23 - Tekstslide


Christelijke normen 
en waarden



  • Christelijke geloof van grote invloed op de samenleving
  • Wetgeving op basis van christelijke normen en waarden
  • Evolutieleer van Darwin soms in het onderwijs verboden
  • In 1925 werd een leraar hiervoor aangeklaagd

Slide 24 - Tekstslide

1920: DROOGLEGGING
Polarisatie conservatief vs liberale ideeën

Slide 25 - Tekstslide

Al Capone

Slide 26 - Tekstslide

Vrijemarkteconomie
  • Ondernemers mogen zelf bepalen wat en hoe ze hun geld willen verdienen. 
  • Wet van vraag en aanbod bepaalde wat er geproduceerd werd.
  • Er zijn weinig overheidsregels (zeker in de VS).
  • Consumptiemaatschappij

Wereldkapitalisme

Slide 27 - Tekstslide

Werkenden armen
Industriële rijken
Welvaart voor iedereen?

Slide 28 - Tekstslide


Segregatie en racisme


  • Zwarte bevolking gezien als tweederangs burgers, vaak zelfs bij wet.
  • Segregatie (scheiding) was wettelijke toegestaan
  • Xenofobie bij blanken: sluiten zich aan Ku Klux Klan (KKK)
  • Organisatie groeide sterk: in 1935 rond de 5 miljoen leden

Slide 29 - Tekstslide


Red Scare


  • Grote angst voor het communisme
  • Met name angst voor de aanhangers ervan in Amerika
  • Geheime diensten houden organisaties goed in de gaten
  • Heksenjacht op communistische leden en -leiders

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Hulp voor Duitsland

het Dawesplan


  • Door Dawesplan ging het weer beter met Duitsland.

  • Door opbloeiende welvaart weer politiek vertrouwen tot 1929.



Slide 32 - Tekstslide

Hoe kon de crisis uit 1929 ontstaan en hoe reageerde de Amerikaanse overheid op deze crisis?

Slide 33 - Tekstslide

The Roaring Twenties
Amerika leek het land der dromen.... 
grote welvaart.... consumptiemaatschappij

Maar in werkelijkheid: 
* zeepbel die op barsten stond
* grote ongelijkheid
* polarisatie conservatief vs progressief

Slide 34 - Tekstslide

Oorzaken economische crisis VS
1. Boeren, bedrijven en burgers kopen alles op afbetaling
  1. Boeren lenen om hun productie te verhogen (mechanisatie)
  2. Bedrijven lenen om te kunnen uitbreiden (schaalvergroting) 
  3. Consumenten lenen om (luxe)producten te kopen
  4. Aandeelhouders lenen om (meer) aandelen te kopen
    bv: 'Voor elke $ die is verdiend, geven Amerikanen 5$ uit'
 


Slide 35 - Tekstslide

2. Overproductie in de landbouwsector
- mechanisatie (machines kopen met geleend geld) 
- ontstaan van overschotten (hervatting landbouw in EU)

3. Financiële risico's banken
Banken gaan akkoord met speculeren met aandelen / geleend geld. Geloven dat de economie alleen maar kan groeien.

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Wat weet jij eigenlijk
van de crash van Wallstreet?

Slide 42 - Woordweb

Op 24 oktober 1929 bestormden massa's beleggers de beurs van New York (Crash van Wallstreet) en eisten contant geld in ruil voor de aangekochte aandelen.

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Video

DE BEURSCRASH: 24 oktober 1929 of zwarte donderdag
Economische crisis in Amerika:

- Veel bedrijven gaan failliet of moeten mensen ontslaan.
- Landbouwcrisis: overproductie
- Bankwezen stortte in
- Werkloosheid in Amerika is enorm 

-> Grote depressie

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Tekstslide

GROTE DEPRESSIE
- Amerika kan niets meer kopen uit Europa. 
- Europese bedrijven gaan ook failliet. 
- Werkloosheid België: 
(werkloosheidsgraad  = procentueel  aantal volledig  
werkloze  industriearbeiders  t.o.v.  de  totale  arbeidskracht  in  die  groep)
1929: 1 ,7%                                            1934: 20,5 %                                  
1930: 4,3 %                                           1935: 18,8%
1931: 12,4 %                                          1936: 12,9 %
1932: 20,2 %
1933: 18,8%       

Bron cijfers: https://www.journalbelgianhistory.be/en/system/files/article_pdf/BTNG-RBHC%2C%2020%2C%201989%2C%201-2%2C%20pp%20001-106.pdf

          


Slide 48 - Tekstslide

Armoede door crisis
1932:   
  • Het inkomen van de Amerikanen
     50% lager dan in 1929.
  • Waarde aandelen gedaald met
     88%!
  • 15.000.000 Amerikanen werkloos

In Europa: Vooral Engeland en Duitsland getroffen door de crisis.

Slide 49 - Tekstslide

Slide 50 - Tekstslide

Slide 51 - Tekstslide

Slide 52 - Tekstslide

Vanaf 1929 raakten de Verenigde Staten in een zware depressie (Great Depression), waardoor veel mensen werkloos werden. In sommige staten was er tussen 1934 en 1936 ook nog een extreem droge periode. Hierdoor ontstonden enorme stofstormen waardoor de oogsten van de boeren mislukten. Om verder te kunnen leven, vetrokken duizenden mensen uit deze Dust Bowl naar andere staten, zoals Californië, waar ze hoopten werk te vinden.
De vrouw in de foto is Florence Owens Thompson. Zij was met haar kinderen gevlucht uit Oklahoma, omdat zij daar vanwege de grote droogte niet meer voor voldoende eten kon zorgen. Op de foto is zij 32 jaar en moeder van 7 kinderen. Later zou ze nog 3 kinderen krijgen.
Na de Tweede Wereldoorlog ging het een stuk beter met haar: ze trouwde opnieuw, waardoor het financieel ook beter ging. Ze stierf in 1983 op 80-jarige leeftijd.
De officiële titel van de foto is: "Destitute pea pickers in California. Mother of seven children. Age thirty-two. Nipomo, California.". Pea-pickers ('Erwtenplukkers'), is de bijnaam voor de migranten die in Californië ongeschoold werk, zoals oogsten, deden.
Volgens Florence had de fotografe beloofd de foto's niet publiceren. Dat gebeurde echter wel: de foto's werden al snel gebruikt bij een artikel dat ging over de hongersnood van de duizenden vluchtelingen.
Hoewel de foto wereldberoemd werd met de titel Migrant Mother, was de identiteit van Florence bijna 40 jaar onbekend. Pas in de jaren 70 werd duidelijk wie de vrouw in de foto was. Florence heeft overigens, behalve bekendheid, niets aan de foto overgehouden.
Om een herhaling van de Dust Bowl te voorkomen, liet de Amerikaanse president Roosevelt honderdduizenden bomen planten, zodat de erosie van de bodem kon worden tegengegaan.

Slide 53 - Tekstslide

Mensen verloren hun werk, hun huis en al hun geld. Ze kwamen terecht in Hoovervilles, vernoemd naar de president Herbert Hoover (Seattle, 1934)

Slide 54 - Tekstslide

0

Slide 55 - Video

0

Slide 56 - Video

Hoe reageerde de overheid eerst op de crisis?
Niet ingrijpen
Welk nieuw communicatiemiddel werd door Roosevelt ingezet om het vertrouwen terug te winnen?
Radio
Welke maatregelen werden genomen voor de landbouw
Prijzen van de landbouwproducten waren te laag.
Landbouwers subsidiëren om minder te produceren
Doel: prijs landbouwproducten te laten stijgen
Welke maatregelen werden er genomen om de werkloosheid terug te dringen?
Grote openbare werken creëren 8 miljoen arbeidsplaatsen

Welke maatregelen werden genomen om de infrastructuur te verbeteren
Stuwdammen aanleggen, bomen aanplanten, wegen en bruggen aanleggen (voordeel: goedkopere elektriciteit, ecologisch evenwicht)
De New Deal was gebaseerd op de ideeën van Keynes. Wat hielden deze in?
De staat investeert om de koopkracht van de bevolking te verhogen in tijden van crisis. Koopkracht stijgt waardoor er meer geconsumeerd wordt er komt economische groei waardoor er minder werkloosheid is waardoor er meer inkomsten zijn voor de staat (belastingen)
Verklaar: de welvaartstaat werd geboren uit de crisis
Door de Grote Depressie groeide het besef dat in het consumptie kapitalisme de staat meer moet investeren in de welvaart van de hele bevolking zodat iedereen kan blijven consumeren
Is de New Deal gebaseerd op het liberalisme zoals we dat kennen uit de lessen van vorig jaar (bv Adam Smith)
Neen, het liberalisme vindt net dat de staat zo weinig mogelijk moet tussenkomen opdat de onzichtbare hand haar werk kan blijven doen.
Woe was er tegen de maatregelen van Roosevelt en waarom?
- socialisten: Roosevelt doet te weinig voor de arbeiders
- rijken: hoge taksen, staat bemoeit zich teveel met de economie (Roosevelt is volgens hen een socialist)

Slide 57 - Tekstslide

Hoover (Republikein)
  • Veel mensen zijn dakloos, geen 
     werkloosheidsuitkering
  • Ontstaan sloppenwijken, deze worden 
      spottend 'hoovervilles' genoemd

  • Opvatting Republikeinse president Hoover:   optimistisch, wachten tot de economie zich
     vanzelf hersteld, geen overheidsingrijpen.
  • Ondanks de crisis: optimistisch!
  • 1932: niet herkozen, de Democraat
      Franklin D. Roosevelt wordt gekozen

Slide 58 - Tekstslide

Roosevelt (democraat): Keynes in de praktijk
Keynes
Nieuwe economische theorie:
Heropleving door inmengingspolitiek staat
Doel: 
koopkracht bevolking verzekeren
Meer consumptie waardoor economie beter zou draaien
Hoe?
Werkloosheid terugdringen
Sociale zekerheid met uitkeringen

Slide 59 - Tekstslide

Slide 60 - Tekstslide

NEW DEAL
Was verkiezingsbelofte van Roosevelt
National Recovery Administration
Doel: Amerikaanse economie uit het slop
Visie: overheid moet bevolking bijstaan in moeilijke tijden
Pakket van hervormingsmaatregelen
Landbouw: hypotheeklasen verlaagd + voorschotten + regulering productie
Gevolg: boeren koopkrachtiger
Banken: staatssteun + herstel vertrouwen. Maar ook strengere controle
Industrie: werkduur beperken + hoger loon
Hogere koopkracht
Lagere werkloosheid (door kortere arbeidsduur)
Industriëlen die hieraan meewerkten: label ‘Blauwe Arend’
Veel reclame
Openbare werken: zware investeringen (wegen, stuwdammen,…)
Stimulans economische ontwikkeling in achtergestelde gebeieden
Werkgelegenheid
Sociale toestand: sociale zekerheid + verbod kinderarbeid (jonger dan 16) en toestaan vakbonden

Was verkiezingsbelofte van Roosevelt
National Recovery Administration
Doel: Amerikaanse economie uit het slop
Visie: overheid moet bevolking bijstaan in moeilijke tijden
Pakket van hervormingsmaatregelen
  • Landbouw: hypotheeklasen verlaagd + voorschotten + regulering productie
     Gevolg: boeren koopkrachtiger
  • Banken: staatssteun + herstel vertrouwen. Maar ook strengere controle
  • Industrie: werkduur beperken + hoger loon
      -Hogere koopkracht
      -Lagere werkloosheid (door kortere arbeidsduur)
      -Industriëlen die hieraan meewerkten: label ‘Blauwe Arend’
      -Veel reclame
  • Openbare werken: zware investeringen (wegen, stuwdammen,…)
    -Stimulans economische ontwikkeling in achtergestelde gebieden
    -Werkgelegenheid
  • Sociale toestand: sociale zekerheid + verbod kinderarbeid (jonger dan 16) en toestaan vakbonden

De "New Deal" (1932)

Slide 61 - Tekstslide

Slide 62 - Tekstslide

Sleep de begrippen naar de juiste president!
Hoover
Roosevelt
Banken redden met staatsleningen
Bezuinigen
Steun voor werklozen
Klassiek Liberalisme
Werkloosheidsprojecten
Krottenwijken
Hulp voor huizenbezitters

Slide 63 - Sleepvraag

FDR
FDR staat voor Franklin Delano Roosevelt, de democratische Amerikaanse president.
Lekkende kraan
Deze lekkende kraan staat voor de New Deal.
Taxpayer
De man staat voor de Amerikaanse belastingbetaler, die het geld voor de New Deal moet opbrengen.
$16 bilion spent
Er is al $16 miljard besteed aan de New Deal.

Slide 64 - Tekstslide

De tekenaar is een voor/tegenstander van de New Deal, want...

Slide 65 - Open vraag

Gebruik de bron. Hoover en andere Amerikaanse conservatieven deelden de kritiek die in deze bron op de politiek van Roosevelt gegeven werd. Geef aan wat hun kritiek inhield.

Slide 66 - Open vraag

Leg uit dat de fotografe een subjectieve weergave geeft van de gebeurtenis die zij heeft gefotografeerd.

Slide 67 - Open vraag

Propaganda

Slide 68 - Tekstslide

Slide 69 - Tekstslide

Slide 70 - Tekstslide

GROTE DEPRESSIE Duitsland
- Amerika gaat de leningen aan Duitsland van het Dawesplan terug vragen. 

- Duitsland kan op dat moment helemaal nog niet zonder die leningen. 

Slide 71 - Tekstslide

GROTE DEPRESSIE Duitsland
  • Grote depressie raakt Duitsland erg hard. 
  • Door inflatie is Duits geld niet meer waard.
  • Hoge werkloosheid
  • De Duitsers zijn ontevreden over de economische crisis. 
  • Duitsers geven de Weimar republiek de schuld.
  • Roep om een sterke leider die de boel gaat redden.

Slide 72 - Tekstslide

Begrippen uit deze les
  • isolationisme
  • roaring twenties
  • drooglegging
  • beurscrash
  • grote depressie
  • Zwarte Donderdag
  • New Deal
  • Hoovervilles

Slide 73 - Tekstslide

Personen uit deze les
  • Keynes
  • Hoover
  • Roosevelt

Slide 74 - Tekstslide

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 75 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 76 - Open vraag