Cellen en virussen kunnen herkend worden door antigenen -> eiwit aan buitenkant cel. Witte bloedcellen herkennen lichaamsvreemde stoffen-> leert de antigenen kennen -> maken voor dat antigen een antistof.
Een antistof is specifiek voor één antigen. > sleutel en slot
Slide 9 - Tekstslide
Immuniteit
Vaak word je maar één keer ziek van een ziekteverwekker. Je witte bloedcellen kunnen onthouden welke antistoffen ze moeten maken, je wordt zo immuun (kunt niet meer ziek worden).
Natuurlijkeimmuniteit > ontstaat doordat je de ziekte zelf een keer doormaakt (bijv. waterpokken)
Slide 10 - Tekstslide
Vaccinaties (kunstmatige immuniteit)
Een injectie dat bestaat het uit delen van een virusofbacterie of een verzwakte versie. Je lichaam wordt er niet of nauwelijks ziek door, maar je witte bloedcellen leren ze zo wel herkennen en onthouden!
Slide 11 - Tekstslide
Maar waarom heb je toch steeds een verkoudheid of een griepje?
Lang antwoord: Nee, ze zijn zorgvuldig getest en onderzocht. Maar net als heel veel andere stoffen kun je er bijvoorbeeld een allergische reactie op krijgen.
Nog langere antwoord: Nee, want: (4:00 t/m het einde):
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Allergie
Ook een allergie is een foutje in je immuunsysteem. Je immuunsysteem reageert dan heftig op bepaalde stoffen die eigenlijk niet gevaarlijk zijn (allergische reactie).
Anafylactische shock
Slide 16 - Tekstslide
wat
Aan de slag met Thema 3 , Basisstof 5
maken: HAVO opdr. 1 tm 3, 8 en 9 / VWO 1 tm 3, 7, 8 en 9
Hoe
lees de tekst van basisstof 5 door
Hulp
1) boek 3) docent
Tijd
tot 5 minuten voor het einde van de les.
Klaar?
Kijk het filmpje van Arjan Lubach over vaccineren (zie teams).
Maak zelf een samenvatting van BS 5 óf gebruik opdr. 4 hiervoor.
Slide 17 - Tekstslide
Op welke twee manieren kun je immuniteit krijgen? Leg beide manieren uit.