In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Paragraaf 13.2 Ademhalen
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp:
JA!
Slide 1 - Tekstslide
Programma
Welkom
Nieuwe stof uitleg :
'13.2 Ademhalen'
Aan de slag/huiswerk
- Maak deze LessonUp
- Maak de werkboekopdrachten
Klassikale afsluiting
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
1. Je kunt beschrijven hoe insecten ademhalen.
2. Je kunt beschrijven hoe vissen ademhalen.
3. Je kunt uitleggen hoe planten zuurstof maken.
Slide 3 - Tekstslide
Ademhaling bij insecten
zuurstofrijke lucht -> stigma ->
tracheeën -> langs cellen ->
gaswisseling d.m.v. difussie
1. zuurstof naar de cellen
2. koolstofdioxide naar de tracheeën -> stigma-> buiten
Slide 4 - Tekstslide
Ademhaling bij insecten
Insecten hebben zuurstof nodig verbranding
Ademhalingsorganen: geen longen maar tracheeën
gaswisseling dmv difussie
Slide 5 - Tekstslide
Diffusie
Stoffen verplaatsen zich van een hoge naar een lage concentratie. (passief)
Slide 6 - Tekstslide
Ademhaling bij insecten
Het bloed vervoert geen zuurstof
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Insecten ademen va buizen: tracheeën
Insecten ademen door hun achterlijf korter en langer te maken.
Koolstofdioxide en zuurstof worden met de omgeving uitgewisseld door diffusie:
de stof gaat van een hoge naar een lage concentratie.
Demonstratie diffusie
testje deodorant
badparel
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Slide 11 - Tekstslide
Ademhaling bij vissen
Geen longen maar kieuwen
In de kieuwplaatsjes gaat door
diffusie zuurstof naar het bloed en
koolstofdioxide naar het water.
bron 3, blz 165
Slide 12 - Tekstslide
Vissen halen met hun kieuwen zuurstof uit het water en geven er koolstofdioxide aan af.
In de kieuwplaatsjes gaat door diffusie zuurstof naar het bloed en koolstofdioxide naar het water.
Gaswisseling door tegenstroomprincipe
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Tegenstroomprincipe
Slide 15 - Tekstslide
Ademhaling bij planten
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
Planten maken bij de fotosynthese zelf zuurstof en gebruiken daarbij koolstofdioxide.
Een klein deel van de zuurstof gebruiken de planten voor de verbranding. De rest gaat via de huidmondjes naar buiten.
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Waar vindt de verbranding bij mensen plaats?
A
cellen van darmen
B
cellen van longen
C
cellen van hart
D
in alle cellen van je lichaam
Slide 20 - Quizvraag
Insecten zijn koudbloedig. Dit houdt in dat hun lichaamstemperatuur sterk afhankelijk is van de omgevingstemperatuur. Leg uit, met betrekking tot het ademhalingssysteem van insecten, waardoor zij in de winter niet erg actief zijn.
Slide 21 - Open vraag
Wat is de reactie van fotosynthese van planten (beginstoffen --> eindproducten)
Slide 22 - Open vraag
Hoe heten onderdeel 1 en 2?
A
1 - kieuwplaatje
2 - kieuwboog
B
1 - kieuwboog
2 - kieuwplaatje
Slide 23 - Quizvraag
Aan de slag
1. Maak deze LessonUp van 13.2 in de klas LessonUp.
2. Maak de werkboekvragen 13.2
opdr. 3 t/m 11,14,15
Kijk het na! Zie studiewijzer voor het nakijkmodel. Dan word je echt beter!