§7.1 Wat is de overheid?

2 TL
Wat is de overheid
Hoofdstuk 6/7
6/7.1 Wat is de overheid?
Keuze:
1. Meedoen met uitleg in LessonUp.
2. In stilte aan de slag met de paragraaf.
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

2 TL
Wat is de overheid
Hoofdstuk 6/7
6/7.1 Wat is de overheid?
Keuze:
1. Meedoen met uitleg in LessonUp.
2. In stilte aan de slag met de paragraaf.

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je al over de overheid?

Slide 2 - Woordweb

Leerdoelen

  1. Aan het einde weet ik met welke overheid je te maken hebt.
  2. Aan het einde kan ik uitleggen waarom de overheid veel zaken regelt.
  3. Aan het einde weet ik hoe de overheid je (koop)gedrag kan beïnvloeden.

Slide 3 - Tekstslide

Lagen binnen de overheid
De overheid in Nederland bestaat uit drie lagen, namelijk:

1. Het Rijk/centrale overheid

2. De provincies

3. De gemeente

Slide 4 - Tekstslide

De overheid
De rijksoverheid neemt beslissingen die belangrijk zijn voor het hele land. 

De ministers bedenken maatregelen om ons
land goed te besturen. De Eerste en de Tweede Kamer moeten de plannen van de ministers controleren en goedkeuren.

De tweede kamer wordt door de bevolking gekozen. Één keer in de vier jaar mag je als je boven de 18 bent stemmen voor de tweede kamer.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een ander woord voor rijksoverheid?
A
De provincies
B
De gemeenten
C
De centrale overheid

Slide 6 - Quizvraag

Vanaf welke leeftijd mag je stemmen?
A
16
B
18
C
21
D
20

Slide 7 - Quizvraag

De provincies
Nederland is verdeeld in provincies.

Verantwoordelijk indeling grondgebied van de provincie. 

Zij bepalen waar dorpen en steden mogen 
uitbreiden. 

Slide 8 - Tekstslide

De waterschappen
Ook waterschappen behoren tot de overheid. Waterschappen beheren het water in hun gebied. 

Verantwoordelijk voor: beveiliging tegen overstromingen en zuiveren van het afvalwater.

Slide 9 - Tekstslide

Wat is een taak van de provincie?
A
Planning van een woonwijk
B
Zuiveren van afvalwater
C
Leveren van goederen
D
Aansturen van ministers

Slide 10 - Quizvraag

Wat is een taak van de waterschappen?
A
Planning van een woonwijk
B
Zuiveren van afvalwater
C
Leveren van goederen
D
Aansturen van ministers

Slide 11 - Quizvraag

De gemeente
De gemeente regelt alles in je woonplaats. Denk hierbij aan de ouderenzorg en jeugdzorg. Ook moet je bij de gemeente zijn voor een rijbewijs en paspoort. 


De burgemeester en de wethouders besturen de gemeente. De gemeenteraad goedkeuren en controleren of de plannen goed zijn..

De gemeenteraad wordt gekozen door de bevolking van de gemeente.


Slide 12 - Tekstslide

De lagere overheden
De lagere overheden zijn:
  • gemeenten
  • provincies
  • waterschappen

Zij nemen beslissingen over bepaalde gebieden van het land.


Slide 13 - Tekstslide

Wie besturen de gemeente?
A
De gemeenteraad
B
De provincies
C
Wethouders en burgemeester

Slide 14 - Quizvraag

Wat regelt de gemeente?
A
Planning van woonwijken
B
De ouderen- en jeugdzorg
C
De landelijke wetten

Slide 15 - Quizvraag

De particuliere sector
De particuliere sector wordt gevormd door bedrijven en organisaties die niet tot de overheid behoren en die streven naar winst.

Dit zijn bijvoorbeeld winkels. 
 

Slide 16 - Tekstslide

De collectieve sector
De overheid en instellingen die zorgen voor de sociale zekerheid (bijvoorbeeld werknemersuitkeringen) noem je de collectieve sector

Zij zorgen voor voorzieningen waar iedereen gebruik van mag maken, en leveren goederen en diensten zonder winst te maken.

Slide 17 - Tekstslide

Particulaire sector

Collectieve sector
Ziekenhuizen
De Action
Scholen
UWV
De Jumbo

Slide 18 - Sleepvraag

Collectieve goederen en diensten
Collectieve goederen (en diensten) zijn goederen en diensten waarvan alle burgers gebruik kunnen maken. Ze worden door de overheid betaald en geleverd.

Slide 19 - Tekstslide

Collectieve goederen/diensten

Slide 20 - Woordweb

Collectieve goederen en diensten
De overheid zorgt voor collectieve goederen, omdat:


  1. Je voor sommige van deze voorzieningen niet iedereen apart kunt laten betalen.
  2. De overheid de kwaliteit ervan zelf wil regelen.
  3. De overheid wil dat ze betaalbaar blijven voor iedereen.

Slide 21 - Tekstslide

Is onderwijs een collectieve dienst?
A
Ja
B
Nee

Slide 22 - Quizvraag

Subsidie en accijns
Een subsidie is een financiële bijdrage van de overheid om burgers en bedrijven te steunen.
Bijvoorbeeld de huurtoeslag voor mensen die anders niet fatsoenlijk kunnen wonen.

Slide 23 - Tekstslide

Subsidie en accijns
De overheid kan producten ook extra belasten. Accijns is een extra belasting op bepaalde producten met als doel het gebruik te verminderen. Accijns zit op onder andere benzine, alcohol en tabak.

Slide 24 - Tekstslide

Wat wordt er bovenop sigaretten gerekend?
A
Accijns
B
Subsidie

Slide 25 - Quizvraag

Huiswerk: maken 6.1/7.1
OPDRACHTEN:

Basis:  2,3,4,5,6,8,10,11,12
Kader: 2,3,4,5,7,9,10

Klaar? Maken 6.2/7.2

Slide 26 - Tekstslide

Leerdoelen

  1. Aan het einde weet ik met welke overheid je te maken hebt.
  2. Aan het einde kan ik uitleggen waarom de overheid veel zaken regelt.
  3. Aan het einde weet ik hoe de overheid je (koop)gedrag kan beïnvloeden.

Slide 27 - Tekstslide