A2D P4 les 5 - CBZ (15-06-2021)

Mevrouw de Cuba
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Mevrouw de Cuba

Slide 1 - Tekstslide

5 min

Programa de hoy
  • Ser - estar - hay
  • Presente 
  • Estudiar

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

herhalen hay, ser estar

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SER = zijn

1.beschrijving
2.beroep
3.relatie
4.tijdsaanduiding
5.definitie
6.afkomst



1.La chica es inteligente.
2.Maria es profesora.
3.Luis es mi hermano.
4.¿Cuándo es la fiesta?
5.Madrid es capital de España.
6.Soy de Holanda./Soy holandés.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Ser/Estar: zijn
Hay: er is, er zijn

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ESTAR = zijn, zich bevinden
plaatsaanduiding -> ¿Dónde está los perros?
tijdelijke situatie -> Yo estoy cansado.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

HAY = er is, er zijn
Hay un gato en la casa.
Hay dos libros en la mochila. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hay, ser of estar?
Jorge Y Pilar ............. de Barcelona.
A
hay
B
son
C
están

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hay, ser of estar
¿Dónde .................. las llaves?
A
hay
B
son
C
están

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hay ser of estar?
Mi padre y yo ................. altos y morenos.
A
estamos
B
hay
C
somos

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hay, ser of estar?
En la cocina ............. dos armarios y una nevera
A
hay
B
está
C
es

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

 Los verbos regulares 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. ¿Álvaro, (cantar)__________ mucho?
2. No, pero mis hermanas (cantar)_________ mucho.
3. ¿Álvaro,(escuchar)____________ la canción de mis hermanas?
4. Susana y Merche (vivir)___________ cerca del supermercado.
5. ¿Vosotros (comer) _____________ tomates?
6. Sí, mi hermano y yo (comer) ______________ muchos tomates.
7. Yo, no (comer)______________ mucho.
8. Señor Martínez, ¿ústed (vender)___________ café?
9. No, yo (vender) ____________ té.
10. Pero, el Alcampo sí (vender)____________ café.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 GJ 1 unidad 6. Estudiar
Vocabulario
6.1 t/m 6.5; 
Frase clave unidad 6

Grammatica: 
nr. 11 betrekkelijk vnw; 
nr. 15ab trappen van vergelijking; 
nr. 30-31 ser-estar-hay; 
nr. 35 presente; 
nr. 36-37 presente perfecto, ook onregelmatig; 
nr. 38 futuro inmediato ir a + inf;  getallen TB p.97 (1-100 in beide richtingen,

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

¿Cómo has trabajado hoy en clase?
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Poll

Deze slide heeft geen instructies