P3W2 Vitale functies: saturatie

P3W2 Vitale functies: saturatie
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

P3W2 Vitale functies: saturatie

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud
  • Terugblik vorige les m.b.v. presentaties
  • Doelstellingen
  • Theorie saturatie meten (in sub groepje of klassikaal)  
  • Opdracht
  • Evaluatie
  • Volgende les: voorbereiding

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik m.b.v. presentaties
  • Presentatie max. 3 min
  • Feedback vanuit de klas m.b.v. formulier

Slide 3 - Tekstslide

Doelstelling
  • Na deze les en het maken van de opdracht  benoemt de student in eigen woorden wat saturatie betekent en wat de functie ervan is
  • Na deze les en het maken van de opdracht interpreteert de student de waarde en onderneemt actie indien deze afwijkend is.

Slide 4 - Tekstslide

Wat weet je al van de saturatie?

Slide 5 - Woordweb

Theorie 
  • Groep zelfstandig
       Zelf theorie van de LessonUp doornemen en de opdracht in sub groepje (max 4) maken
  • Groep begeleid 
       Klassikaal theorie van de LessonUp doorlopen en opdracht in subgroepje maken (max 4) 

Slide 6 - Tekstslide

Saturatie meten
Saturatie = mate van zuurstofvoorziening in de aderen en slagaderen van het lichaam.
Ook de uitkomst vermelden in het zorgdossier!

Slide 7 - Tekstslide

Saturatie wordt uitgedrukt als een percentage 
  • Gezond persoon > 96 %-100%
       < 95 % i.o.m. arts zuurstof toedienen
  • Acceptabel bij COPD en hartfalen > 92%
       < 90 % i.o.m. arts zuurstof toedienen

Bij afwijking overmeten, na 10 minaan een andere vinger
Afwijkingen altijd direct doorgeven aan je werkbegeleider!


Slide 8 - Tekstslide

Verstoringen tijdens de meting
  • Koude handen;
  • Nagellak en kunstnagels;
  • Bewegen van de hand tijdens het meten
  • Medische problemen zoals bloedarmoede of een onregelmatig hartritme kunnen de saturatie meting verstoren. Hier kun je zelf niet zoveel aan doen. 

Slide 9 - Tekstslide

Waar koppelt zuurstof zich aan?
A
Witte bloedlichaampjes (leucocyten)
B
Rode bloedlichaampjes (hemoglobine)
C
Bloedserum
D
Bloedplaatjes

Slide 10 - Quizvraag

Wat meet de saturatiemeter?
A
de hoeveelheid zuurstof die aanwezig is in de bloedsomloop
B
de temperatuur van het bloed
C
de hoeveelheid CO2 die aanwezig is in de bloedsomloop

Slide 11 - Quizvraag

Op welke verstoringen heb je invloed?
A
Nagellak en kunstnagels; Bewegen van de hand Bloedarmoede
B
Koude handen Bewegen van de hand Onregelmatig hartritme
C
Koude handen Bloedarmoede Bewegen van de hand
D
Koude handen Nagellak en kunstnagels Bewegen van de hand

Slide 12 - Quizvraag

Wat doe je bij een afwijkende waarde?

Slide 13 - Woordweb

Opdracht
Werk in je sub groepje onderstaande vragen uit:
  • Wat is een lage saturatie?
  • Wie lopen er een risico op een lage saturatie?
  • Waar merk je aan dat iemand een lage saturatie heeft?
  • Waarom meet je de saturatie?
  • Wanneer meet je de saturatie?
  • Hoe meet je nauwkeurig de saturatie?
Tips: kijk bij bronnen voor een aantal sites
Volgende les bespreken we de uitkomsten klassikaal

Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk
  • Maak de opdracht (af)
  • Lees in TM PBZ 8 vitale functies en slaap-waakritme:
       - Hoofdstuk 1 Bloedsomloop, hartslag en bloeddruk
       - Hoofdstuk 2 Observatie van de lichaamstemperatuur

Slide 15 - Tekstslide

Evaluatie 
  • Leerdoelen behaald?
    Na deze les benoem je in eigen woorden wat saturatie betekent en wat de functie ervan is
    - Na deze les kun je de waarde interpreteren en actie ondernemen indien deze afwijkend is
  • Tops en tips 

Slide 16 - Tekstslide