BOL 3.3.4 Verpleegkunde - Gegevens verzamelen

Gegevens verzamelen
Verpleegkunde  
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Gegevens verzamelen
Verpleegkunde  

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zit je erbij? Ben je er klaar voor om online je les te volgen?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je nog van de vorige les?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het nut van het verzamelen van gegegens?

Slide 6 - Tekstslide

We willen kennis vergaren over de zorgvrager zodat we de zo goed mogelijke zorg kunnen verlenen. Gegevens zijn nodig om een vpk diagnose te kunnen stellen​

Welke soorten gegevens zijn er?

Slide 7 - Woordweb

We willen kennis vergaren over de zorgvrager zodat we de zo goed mogelijke zorg kunnen verlenen. Gegevens zijn nodig om een vpk diagnose te kunnen stellen​
Subjectief en objectief, persoonsgegevens, medische gegevens, levensverhaal
Een voorbeeld van subjectieve gegevens is:
A
Zorgvrager geeft aan angstig te zijn.
B
De bloeddruk die je hebt gemeten bij de zorgvrager
C
De bleke gelaatskleur van de zorgvrager
D
Je ziet dat de zorgvrager zijn medicatie niet inneemt

Slide 8 - Quizvraag

Subjectieve gegevens zijn niet meetbaar of zichtbaar. De zorgvrager geeft deze aan. Voorbeelden zijn gevoelens en ervaringen​
Geef een voorbeeld van objectieve gegevens.
A
De zorgvrager geeft aan hoofdpijn te hebben.
B
De zorgvrager heeft een verhoogde glucosewaarde
C
De zorgvrager heeft slecht geslapen
D
De zorgvrager voelt zich misselijk

Slide 9 - Quizvraag

Parameters, zoals pols, bloeddruk, gelaatskleur. Je kan het zien (waarneembaar)

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Primaire informatiebron
Secundaire informatiebron
Je gegevens komen van de zorgvrager
Je gegevens heb je niet van de zorgvrager verkregen

Slide 11 - Sleepvraag

Familie, vrienden of andere zorgprofessionals. Of overdracht vanuit andere instelling of ziekenhuis? Gebruik maken van de betrouwbaarste bron. 

Slide 12 - Tekstslide

Rechtmatigheid: zorgvrager heeft toestemming gegeven -> zorg overeenkomst​
Juistheid: gegevens zijn correct​
Transpiratie: duidelijk welke gegevens er worden bewaard en wie dit kan inzien​
Doelbinding: persoonsgegevens mogen alleen worden gebruikt voor primaire doel. 

Slide 13 - Tekstslide

Basis anamnese: eerste kennismaking. Overzicht van de situatie te krijgen​
Probleem: diagnose te stellen. Uitgebreide info te krijgen over een specifiek probleem, vragen over een onderwerp. Mbv observatielijsten om te objectiveren​
Periodiek: Evaluatie van de situatie bijv. Zorgvrager is gevallen, na de acute fase ga je na 3 maanden kijken hoe het nu gaat. Of evaluatie van het zorgplan waarbij je de anamnese nog even doorneemt. In zkhs denken aan bijv. Client met diabetes op de poli of chemo die voor nieuwe therapie weer in zkh komt.​
Crisis: snel handelen vb spoedeisende hulp. Hoogstnoodzakelijke informatie. ​
Soorten vragen: open of gesloten vragen? ​
Valkuil open vragen: veel tijd kosten en veel irrelevante gegevens​
Objectief: gegevens die je kunt zien of meten.​
Subjectief: wat de zorgvrager zelf zegt en voelt. Dingen die je niet kunt zien. Hierin ook symtomen en eigen beleving hiervan. 

Slide 14 - Tekstslide

Observatie zonder hulpmiddel, je gebruikt je zintuigen. Of een observatie met hulpmiddel, een meetinstrument bijv. Bloeddrukmeter. Dan noemen we de observatie een meting.​
Als je observaties objectiveert door er een cijfer aan te hangen, bijv. VSS. Dan hebben we het over signalering.​
Signalen zijn zichtbaar: rr, hartslag, gelaatskleur​
Symptomen zijn subjectief: de zorgvrager geeft het aan.
Welke gespreks technieken gebruik je bij het afnemen van een anamnese?

Slide 15 - Woordweb

*Open vragen stellen​
*Doorvragen​
*Vervolgvragen​
*Open houding (non verbale uitstraling)​
*Nivea en OMA bekend?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Voorbeeld is Gordon of NANDA

Slide 18 - Tekstslide

Actueel: Zorgvrager heeft daar NU last van. Probleem moet meteen worden behandeld. Voorbeeld?​
Potentieel: Problemen die nu nog niet spelen, maar kans is aanwezig dat het probleem wordt. Voorbeeld?​
Multidisciplinair: Problemen die niet door één zorgprofessional kan worden behandeld. Voorbeeld? Client met wanen die begeleiding krijgt hiervoor door psychiatrisch vpk en ondersteuning bij zelfzorg.​
Welzijnsdiagnose: Deze wordt gesteld om de mantelzorg voor een zorgvrager te verbeteren of om ervoor te zorgen dat de zorgvrager beter voor zichzelf kan zorgen. Voorbeeld zorgvrager die slecht kan slapen of een slecht beeld van zichzelf hebben.​

Slide 19 - Tekstslide

Achterhalen of het probleem grote gevolgen heeft voor de zorgvrager. Kijken of het zo snel mogelijk moet worden opgelost. ​
Het probleem heeft hoge prioriteit als het belangrijk is voor de zorgvrager. Jij als zorgprofessional bepaalt hierin ook prioriteit als het minder belangrijk is voor de zorgvrager, maar wel nodig is om het probleem op te lossen.​

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

ESAS = een gestandaardiseerde vragenlijst waarbij een aantal veel voorkomende symptomen gegradeerd met behulp van een NRS, gelijkend op USD = meetschaal voor voorkomende symptomen. (pallialine)
GFI = meetinstrument voor kwetsbaarheid
Mantelscan = inzichtelijk maken van 
 mantelzorg netwerk
Niet Pluis Index =.meetinstrument om psychische problemen bij zorgvrager inzichtelijk/meetbaar te maken
Zelfredzaamheidsradar = op 15 domeinen zelfredzaamheid inzichtelijk maken + zelfredzaamheid versterken
KATZ = meetinstrument om zorgbehoefte/zelfredzaamheid in ADL te meten
Rodevlaggen tool = Een gestandaardiseerde observatielijst voor het vroegtijdig opsporen en voorkomen van medicatieproblemen
Zorgleefscan = Verhelderingstool om inzicht in de zorg en welzijnsbehoefte van de cliënt te krijgen. 


Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies