Unit 4: Werkwoord HAVE TO

• Engels
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

werkwoord: HAVE TO

In deze les leer je:

1. Wat is de vertaling van het werkwoord 'have to'? 

(Als je nu denkt 'makkelijk, dat is gewoon 'hebben', dan heb je het mis ;p). So, let's find out.

2. Hoe maak je positieve, ontkennende en vragende zinnen met het werkwoord 'have to'?

3. Hoe zet je de woorden in de juiste volgorde in een Engelse zin. Become an English expert :). 

Hoe?

1. Luister naar 'Magic' van Olivia Newton John en maak er een Nederlands Power liedje van.

1. Luister aandachtig naar het filmpje met uitleg. Leer de samenvatting en regels.

2. Maak alle vragen van  deze les. 

Maak een Nederlands tekst voor 'a short power song'
Vertaal daarvoor de volgende 3 zinnen in een mooie Nederlandse song tekst:

1. You have to believe we are magic.
2. . Nothing can stand in our way.
3. . Don't let your aim ever stray.

samenvatting: werkwoord  'have to' 

VOORBEELDEN: 

You have to brush your teeth.

She has to brush her teeth.

You don't have to brush your teeth.

She doesn't have to brush her teeth.

Do  you have to brush your teeth?

Does  she have to brush her teeth?

REGELS VOOR +, - en ? ZINNEN: 

 +   have to / has to + hele ww.

 (= nodig zijn / moeten). 

 -   don't / doesn't have to + hele ww.

 (= niet hoeven) 

 ?   Do / Does [onderw.] have to + hele ww

 (= nodig zijn / moeten)

I _____ leave at half past three.

1. have to
2. has to

My mum ____ work any more. She’s retired (=met pensioen).

1. hasn't to
2. doesn't have to
3. not have to

Alan ______ work on Sundays.

1. not have to
2. doesn't have to
3. hasn't to

_____ to go to the meeting?

1. Does Laura has
2. Has Laura
3. Does Laura have

Which sentence uses have to incorrectly?

1. My uncle is so rich that he doesn’t have to work.
2. You don’t have to leave yet, it’s only three thirty.
3. Visitors doesn’t have to feed the tigers, it’s dangerous.

I have to wash the dishes

She has to walk the dog

We have to set the table

My parents have to clean the bathroom.

The robot has to vacuum the room

Katie has to make dinner. 

Welke klusjes moet jij thuis doen?
Schrijf 2 zinnen in het Engels over jouw huishoudelijke klussen:
(Gebruik in elke zin het werkwoord 'have to')
a. 1 zin over welke klus jij thuis moet doen.
b. 1 zin over welke klus jij thuis niet hoeft te doen.

Sleep de woorden naar de goede plek

Wat is de juiste woordvolgorde in een Engelse zin?

Maak de 8 sleepopdrachten hierna en oefen met woordvolgorde.

REMINDER: Regels voor juiste woordvolgorde  in Engelse zinnen:

• Wie doet wat waar wanneer.
  
• have to direct gevolgd door  hele werkwoord
• Plaats en tijd achteraan in de zin. 
  
• Plaats komt vóór tijd (PvT).

HULPMIDDEL: op de eerstvolgende slide staan de 8 zinnen in het Nederlands.

Nederlandse Vertaling van de 8 sleepopdrachten

1. Ik moet veel telefoontjes beantwoorden.

2. Een postbode moet vroeg opstaan.

3. Mijn moeder hoeft niet de vloer te vegen. 

4. Moet jij naar school gaan op een zondag?

5. Ik hoef niet naar huis te gaan na school.

6. De dokter zegt dat ze op een dieet moet. 

7. Ik moet op school zijn om negen uur.

9. Ik moet zeggen, het was mijn fout.

phone

I

answer

calls.

have

to

many

get 

has

early.

up

postman

A

to

sweep

doesn't

My

mother

have

the

to

floor.

have

Do

to

school

go

on

a

Sunday?

you

to

don't

I

to

have

school.

go

home

after

go

she

says

to

has

The

diet.

doctor

on

a

to

be

at

at

school

nine

have

o'clock.

I

have

fault.

I

was

my

to

it

say