Herhaling hoofdstuk 3 3 havo maart 2024

• Economie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Welkom 

Herhaling hoofdstuk 3 - 3 havo 

Programma

- Leerdoelen

- Bespreken toetsstof

- Herhaling hoofdstuk afwisselend met quizvragen

- Schrijven samenvatting of herhalingsopdrachten maken

- Lesafsluiting

Leerdoelen

- Je kunt uitleggen welke onderwerpen nog extra aandacht verdienen voor de toetsweek. 

Leerstof toetsweek 3 (zie ook SOM)

Hoofdstuk 3:

Paragraaf 3.1: Vraag op de markt. Je hoeft de vraaglijn niet te kunnen tekenen. Wel berekenen van de vraag, aflezen van de vraag/prijs, verschuivingen, vraaglijn herkennen etc. 

Paragraaf 3.2: Aanbod op de markt. Je hoeft de aanbodlijn niet te kunnen tekenen. Wel berekenen van het aanbod, aflezen van het aanbod/prijs, verschuivingen, lijn herkenen etc. Prijselasticiteit hoeft niet. Marktevenwicht wel. 

Paragraaf 3.3: Marktvormen hele paragraaf

Paragraaf 3.4: Arbeidsmarkt hele paragraaf

Ga naar lessonup.app

Zet je wifi (griftland) aan, bluthooth 

Herhaling h3 

quizvraag + uitleg onderwerp 

Leg je rekenmachine vast op tafel

Piet gaat naar de Mediamarkt en koopt een nieuwe sonos box.
Dit is een voorbeeld van...

1. Abstracte markt
2. Concrete markt

Leg in eigen woorden
uit wat de vraaglijn
weergeeft.

Prijzen dalen

Prijzen stijgen

vraag stijgt 

Vraag daalt

De volgende vraagfunctie is gegeven:
QV = -O,2P + 75

Hoeveel is de gevraagde hoeveelheid bij een prijs van €200?

1. 35 stuks
2. 45 stuks
3. 55 stuks
4. 65 stuks

Wat gebeurd er als de prijs veranderd?

1. Dit zorgt voor een verschuiving op de vraaglijn
2. Dit zorgt voor een verschuiving van de vraaglijn

Stel dat het inkomen van consumenten toeneemt. Wat betekent dit voor de vraaglijn.

1. De vraaglijn verschuift naar links
2. De vraaglijn verschuift naar rechts

Koffie en koffiemelk zijn voorbeelden van ...

1. Substitutiegoederen
2. Complementaire goederen

Wat is het aanbod op de markt?

1. De hoeveelheid die alle producenten samen willen verkopen
2. De hoeveelheid die alle consumenten samen willen kopen.

Maak de zin af.
Als de prijzen stijgen dan...

1. Stijgt het aanbod
2. Daalt het aanbod

Stel dat de arbeidskosten toenemen. Wat betekent dit voor het aanbod?

1. De aanbodlijn verschuift naar recht.
2. De aanbodlijn verschuift naar links

Hoe noemen we het punt waar vraag en aanbod aan elkaar gelijk zijn?

Bij welke marktvorm spreken we van een perfect werkende markt?

1. Oligopolie
2. Monopolie
3. Monopolistiche concurrentie
4. Volkomen concurrentie

Wat is GEEN kenmerk van een perfect werkende markt?

1. Homogene producten
2. Toetreden tot de markt is mogelijk wanneer de aanbieders willen
3. Weinig aanbieder en weinig vrager
4. Markt is transparant

Wie is het aanbod op de arbeidmarkt?

1. Werknemers
2. Werkgevers/bedrijven

Maak de zin af. Door het verplaatsen van productie naar het buitenland ontstaat er ...

1. Conjuncturele werkloosheid
2. Structurele werkloosheid

Aan de slag

Je mag een keuze maken uit:

- Schrijf of leer een samenvatting over h3 

of

- Maken herhalingsopdrachten

Instructie:

De eerste 5 minuten werk je in stilte. Daarna mag je samenwerken op fluiter-niveau en mag je vragen stellen. 

Klaar? Kies dan de andere optie tot het einde van de les. 

Succes met de toetsweek!!