Ordening 3.5 en 3.6 1HV

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

3.5 en 3.6 
Boek, planner, laptop en etui op tafel. 
Leerdoel voor deze les noteren
  • Je kunt kenmerken noemen van schimmels.
  • Je kunt uitleggen dat schimmels zowel nuttig als schadelijk kunnen zijn, en hiervan voorbeelden noemen.
Je kunt kenmerken noemen van bacteriën.
Je kunt uitleggen dat bacteriën zowel nuttig als schadelijk kunnen zijn, en hiervan voorbeelden noemen.

Aan de slag -> STIL WERKEN
Instructie
Aan de slag -> fluisterend overleg
Afsluiten van de les
timer
20:00

Slide 2 - Tekstslide

deze les
terugblik
doelen
uitleg
aan de slag
afsluiten

Slide 3 - Tekstslide

leerdoelen
  • Je kunt kenmerken noemen van schimmels.
  • Je kunt uitleggen dat schimmels zowel nuttig als schadelijk kunnen zijn, en hiervan voorbeelden noemen.

  • Je kunt kenmerken noemen van bacteriën.
  • Je kunt uitleggen dat bacteriën zowel nuttig als schadelijk kunnen zijn, en hiervan voorbeelden noemen.

Slide 4 - Tekstslide

wat weet je nog van de vorige les?

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Een eencellig organisme is maar 1 cel groot
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Is de paddenstoel een eencellige, een meercellige of helemaal geen schimmel?
A
Ééncellige schimmel
B
Meercellige schimmel
C
Geen schimmel

Slide 14 - Quizvraag

Een gist is een meercellige schimmel
A
Waar
B
Gist is geen schimmel
C
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Bacteriën zijn prokaryoten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Bacteriën zorgen er voor dat brood lekker luchtig wordt bij het rijzen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quizvraag

Schimmels en bacteriën zorgen er voor dat eten bederft als je het te lang bewaard
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Alle schimmels en bacteriën zijn slecht voor mensen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quizvraag

Aan de slag Normtempo 3.5 en 3.6
Lees en maak 3.5 en 3.6
of ga aan het werk met de opdracht van cel tot organisme

Slide 26 - Tekstslide