Imparfait

In welke tijd staat de zin?
Tu écoutais la radio?
A
présent (tt)
B
imparfait (ovt)
C
passé composé (vtt)
1 / 25
volgende
Slide 1: Quizvraag
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

In welke tijd staat de zin?
Tu écoutais la radio?
A
présent (tt)
B
imparfait (ovt)
C
passé composé (vtt)

Slide 1 - Quizvraag

In welke tijd staat de zin?
J'aime le français
A
présent (tt)
B
imparfait (ovt)
C
passé composé (vtt)

Slide 2 - Quizvraag

In welke tijd staat de zin?
J'ai été en Espagne
A
présent (tt)
B
imparfait (ovt)
C
passé composé (vtt)

Slide 3 - Quizvraag

In welke tijd staat de zin?
C'était super!
A
présent (tt)
B
imparfait (ovt)
C
passé composé (vtt)

Slide 4 - Quizvraag

In welke tijd staat de zin?
Je m'appelle Annabelle
A
présent (tt)
B
imparfait (ovt)
C
passé composé (vtt)

Slide 5 - Quizvraag

In welke tijd staat de zin?
J'ai regardé la télévision
A
présent (tt)
B
imparfait (ovt)
C
passé composé (vtt)

Slide 6 - Quizvraag

In welke tijd staat de zin?
Tu habitais où?
A
présent (tt)
B
imparfait (ovt)
C
passé composé (vtt)

Slide 7 - Quizvraag

In welke tijd staat de zin?
Mon école est à Gouda
A
présent (tt)
B
imparfait (ovt)
C
passé composé (vtt)

Slide 8 - Quizvraag

In welke tijd staat de zin?
J'avais 12 ans
A
présent (tt)
B
imparfait (ovt)
C
passé composé (vtt)

Slide 9 - Quizvraag

In welke tijd staat de zin?
Nous avons visité Paris
A
présent (tt)
B
imparfait (ovt)
C
passé composé (vtt)

Slide 10 - Quizvraag

je / écouter

Slide 11 - Open vraag

nous / aller

Slide 12 - Open vraag

Marco / être

Slide 13 - Open vraag

Elles / danser

Slide 14 - Open vraag

tu / adorer

Slide 15 - Open vraag

on / aimer

Slide 16 - Open vraag

elle / détester

Slide 17 - Open vraag

vous / avoir

Slide 18 - Open vraag

vertaal:
il avait

Slide 19 - Open vraag

vertaal:
nous étions

Slide 20 - Open vraag

vertaal:
tu adorais

Slide 21 - Open vraag

vertaal:
j'écoutais

Slide 22 - Open vraag

vertaal:
on allait

Slide 23 - Open vraag

vertaal:
vous dansiez (mv)

Slide 24 - Open vraag

vertaal:
elles chantaient

Slide 25 - Open vraag