Je kan beschrijven welke drie politieke problemen de Republiek van Weimar had na de Eerste Wereldoorlog.
Begrippen:
interbellum
Republiek van Weimar
parlementaire democratie
B
De bezetting van het Ruhrgebied
Leerdoel:
Je kan een oorzaak en drie gevolgen noemen van de bezetting van het Ruhrgebied in 1923.
Begrippen:
inflatie
Dawesplan
C
Economische crisis vanaf 1929
Leerdoel:
Je kan uitleggen hoe de beurskrach leidde tot een wereldwijde economische crisis.
Begrippen:
economische crisis
beurskrach
dolkstootlegende
Vrede van Versailles
Slide 3 - Tekstslide
Het interbellum is de periode tussen de twee wereldoorlogen in.
Leerdoel:
Je kan beschrijven welke drie politieke problemen de Republiek van Weimar had na de Eerste Wereldoorlog.
Begrippen:
interbellum
Republiek van Weimar
parlementaire democratie
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
A
DeBoze burgers
De Republiek van Weimar
dolkstootlegende
Vrede van Versailles
Slide 4 - Tekstslide
Vanaf 1918 was het erg onrustig in Duitsland: WO1 had voor grote armoede en veel verdriet gezorgd.
De Duitse keizer was gevlucht (naar Nederland) en communisten en extreem rechtse partijen probeerden de macht te grijpen.
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
A
DeBoze burgers
De Republiek van Weimar
Slide 5 - Tekstslide
In 1918 werd de Republiek van Weimar uitgeroepen.
Zo werd Duitsland een parlementaire democratie
De Republiek van Weimar was een republiek met een democratische grondwet.
De Duitse socialistische partij (SPD) kreeg de meeste stemmen en vormde een regering.
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
A
DeBoze burgers
De Republiek van Weimar
Slide 6 - Tekstslide
De nieuwe (socialistische) regering van de Republiek van Weimar, zette zijn handtekening onder het Verdrag van Versailles.
Ze moesten wel: Duitsland zou anders de oorlog voort moeten zetten.
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
A
DeBoze burgers
De Republiek van Weimar
Veel Duitsers waren boos om het Verdrag van Versailles. Die Duitsers voelden zich in de steek gelaten door de regering.
Slide 7 - Tekstslide
Veel Duitsers geloofden in de dolkstootlegende.
Het was eigenlijk een complottheorie:
Ze geloofden dat de regering opdracht had gegeven om te stoppen met vechten. Met die opdracht stak de regering 'een dolk in de rug' van trouwe Duitse soldaten die door wilden vechten.
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
A
DeBoze burgers
De Republiek van Weimar
Slide 8 - Tekstslide
Herhaling: examenopdracht
Stap 1: Zelfstandig in stilte oplossen
Stap 2: In duo's bespreken en tot een conclusie komen
Stap 3: Klassikaal bespreken
Slide 9 - Tekstslide
Herhaling: examenopdracht
Stap 1: Zelfstandig in stilte oplossen
Stap 2: In duo's bespreken en tot een conclusie komen
Stap 3: Klassikaal bespreken
Slide 10 - Tekstslide
Maken deze les
3.1(A) Grote problemen voor Duitsland
opdracht 1 t/m 6
blz. 80-81
Slide 11 - Tekstslide
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
B
DeBoze burgers
De bezetting van het Ruhrgebied
Leerdoel:
Je kan een oorzaak en drie gevolgen noemen van de bezetting van het Ruhrgebied in 1923.
Begrippen:
inflatie
Dawesplan
De herstelbetalingen uit het Verdrag van Versailles waren veel te hoog: de economie in Duitsland kon niet opgebouwd worden.
Slide 12 - Tekstslide
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
B
DeBoze burgers
De bezetting van het Ruhrgebied
Toen Duitsland in 1923 besloot om niet te betalen, bezetten Franse soldaten het Ruhrgebied (industriegebied).
Ze namen grondstoffen in beslag.
Duitse arbeiders wilden niet voor de Fransen werken en gingen staken.
Slide 13 - Tekstslide
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
B
DeBoze burgers
De bezetting van het Ruhrgebied
De Weimer-regering besloot de stakers te steunen en hun lonen door te betalen.
Daarom gingen ze geld bijdrukken.
Hierdoor ontstond enorme inflatie: het geld werd snel minder waard.
Slide 14 - Tekstslide
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
B
DeBoze burgers
De bezetting van het Ruhrgebied
Prijzen stegen dagelijks: veel mensen kwamen in de problemen.
Miljonairs gingen failliet, spaargeld was niks meer waard en arbeiders moesten met kruiwagens hun salaris ophalen.
Slide 15 - Tekstslide
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
B
DeBoze burgers
De bezetting van het Ruhrgebied
Duitsland stond er alleen voor: ze konden niet klagen over de Franse bezetting bij de Volkenbond omdat ze geen lid mochten worden.
De Volkenbond had sowieso weinig macht:
De VS was niet lid
De SU mocht niet lid worden (want communistisch)
De Volkenbond had geen leger dat kon optreden
Slide 16 - Tekstslide
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
B
DeBoze burgers
De bezetting van het Ruhrgebied
In 1924 kreeg Duitsland toch hulp van de geallieerden.
Duitsland kreeg goedkope leningen van de VS via het Dawesplan.
Zo kon Duitsland zijn economie opbouwen en de herstelbetalingen aan Engeland en Frankrijk weer hervatten.
In het Dawesplan (vernoemd naar de econoom Dawes) leende de VS geld aan Duitsland. Duitsland kon de herstelbetalingen weer betalen. Engeland en Frankrijk konden daardoor hun schulden aan de VS aflossen die ze in de oorlog hadden gemaakt. Het geld werd 'rondgepompt'.
Slide 17 - Tekstslide
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
B
DeBoze burgers
De bezetting van het Ruhrgebied
Er kwam wat rust in Duitsland:
Het Dawesplan werkte goed; de economie werd opgebouwd
Duitsland mocht in 1926 toch lid worden van de Volkenbond
Mensen kregen weer hoop op de toekomst
Slide 18 - Tekstslide
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
C
DeBoze burgers
Economische crisis vanaf 1929
Leerdoel:
Je kan uitleggen hoe de beurskrach leidde tot een wereldwijde economische crisis.
Begrippen:
economische crisis
beurskrach
In 1929 kwam er in één klap een einde aan die hoop.
Er brak in 1929 een economische crisis uit.
Een krantenkop:
'Grote verliezen op Wall Street breken alle records'
Slide 19 - Tekstslide
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
C
DeBoze burgers
Economische crisis vanaf 1929
De crisis begon in de VS.
De oorzaak was dat lenen erg gemakkelijk was geworden in de VS. Iedereen leende geld:
Boeren en bedrijven om hun productie te verhogen.
Consumenten om producten te kopen.
Aandeelhouders om aandelen te kopen.
De mensen waren optimistisch!
Een reclame om op afbetaling een moderne typemachine te kopen
Slide 20 - Tekstslide
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
C
DeBoze burgers
Economische crisis vanaf 1929
In 1929 kwam de beurskrach: een enorme, plotselinge daling van de aandelenkoersen.
Bedrijven en consumenten kregen veel minder geld voor hun aandelen. Daardoor konden ze hun leningen niet terugbetalen.
Het gevolg was dat ook veel banken en bedrijven failliet gingen.
Slide 21 - Tekstslide
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
C
DeBoze burgers
Economische crisis vanaf 1929
Doordat bedrijven en banken failliet gingen, raakten veel mensen hun baan kwijt: de armoede steeg enorm.
De crisis verspreidde zich over de hele wereld omdat de VS een belangrijk handelsland was.
Mensen zonder werk kopen minder: daardoor gingen weer meer bedrijven failliet en verloren nog meer mensen hun baan.
Mensen staan in de rij voor gratis voedsel.
Slide 22 - Tekstslide
§3.1
Grote problemen voor Duitsland
C
DeBoze burgers
Economische crisis vanaf 1929
In Duitsland kwam de klap extra hard aan:
Duitsland was nog herstellende van de inflatie
De Amerikaanse leningen werden in 1929 direct stopgezet.
Vanaf 1929 raakte in Duitsland 1/3 van de bevolking werkloos.
Mensen stonden uren in de rij voor een baan
Slide 23 - Tekstslide
Maken deze les
3.1
opdracht 7 t/m 16
blz. 82-85
Klaar? Leerdoelen beantwoorden (Dossier H3)
Slide 24 - Tekstslide
DDU
Stap 1: Zelfstandig in stilte oplossen
Stap 2: In duo's bespreken en tot een conclusie komen