thuis opdracht genetica

vervolgopdracht 1 



1 monohybride kruising:

Bekijk chromosomenpaar 1 bij de man en de vrouw. Hierop ligt de eigenschap teenlengte. R is lange tenen en r staat voor korte tenen.
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

vervolgopdracht 1 



1 monohybride kruising:

Bekijk chromosomenpaar 1 bij de man en de vrouw. Hierop ligt de eigenschap teenlengte. R is lange tenen en r staat voor korte tenen.

Slide 1 - Tekstslide

1 Wat is het fenotype van de man en de vrouw?

Slide 2 - Open vraag

2 Wat is het genotype van “jouw”kind?

Slide 3 - Open vraag

3 Wat is het fenotype van “jouw” kind?

Slide 4 - Open vraag

4 Hoeveel procent kans hebben deze ouders op een kind met lange tenen?

Slide 5 - Open vraag

5 Hoeveel procent kans hebben deze ouders op een kind met een heterozygoot genotype?

Slide 6 - Open vraag

4 X chomosomale overerving  

Bekijk de geslachtschromosomen dit is het 23ste paar. Een man heeft altijd xy een vrouw xx. Op het y chromosoom liggen geen genen, het is leeg. Daarom erven sommige eigenschappen alleen over via het x chromosoom. Zoals kleurenblindheid, dit wordt veroorzaakt door een recessief allel k. Mannen zijn vaker kleurenblind dan vrouwen. 

Slide 7 - Tekstslide

1 Schrijf alle genotypen op die een vrouw kan hebben voor kleurenzien/kleurenblindheid.

Slide 8 - Open vraag

2 Schrijf alle genotypen op die een man kan hebben voor kleurenzien/kleurenblindheid.

Slide 9 - Open vraag

3 Wat is het fenotype van de man en de vrouw?

Slide 10 - Open vraag

4Wat is het genotype van “jouw”kind?

Slide 11 - Open vraag

5 Wat is het fenotype van “jouw” kind?

Slide 12 - Open vraag


Slide 13 - Open vraag

6 hoe groot is de kans bij deze ouders dat zij een kleurenblind kind krijgen? Schrijf het kruisingsschema op.

Slide 14 - Open vraag

vervolgopdracht  3 Bloedgroepen

  Bekijk chromosomenpaar 9. Hierop ligt de eigenschap welke bloedgroep iemand heeft. Bij bloedgroepen heb je 3 verschillende allelen. Maar let op ieder mens heeft zelf maar 2 allelen. Hierdoor heb je veel verschillende genotypen en fenotypen.




Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

1 Welk allel is recessief?
A
Ia
B
Ib
C
i

Slide 17 - Quizvraag

2 Wat is het fenotype van de man en de vrouw?

Slide 18 - Open vraag

3 Wat is het genotype van “jouw”kind?

Slide 19 - Open vraag

4 Wat is het fenotype van “jouw” kind?

Slide 20 - Open vraag

5 Hoe groot is de kans op een kind met bloedgroep 0 bij deze ouders?

Slide 21 - Open vraag