- Een opsomming herken je aan signaalwoorden zoals: ten eerste, ten tweede, om te beginnen, ook (nog), verder, bovendien, tevens, daarnaast, ten slotte, en.
- Je kunt een opsomming ook herkennen aan opsommingstekens zoals:
Een dubbele punt (:), Liggende streepjes (-), getallen (1,2,3) of ‘dots’ (o)