2KGT Irregular Verbs (A-C)

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Wat zijn onregelmatige werkwoorden?

1. Werkwoorden die in de verleden tijd veranderen, zoals: breken - brak
2. verleden tijd waar je -ed achter kunt zetten in het Engels, zoals: want - wanted
3. Werkwoorden die in de verleden tijd niet veranderen, zoals: lachen - lachte
4. verleden tijd waar je GEEN 'ed' achter kunt zetten in het Engels, zoals: fight - fought

In bijna alle talen heb je onregelmatige werkwoorden

Ja

Nee

Zwemmen is een onregelmatig werkwoord (in zowel Nederlands als Engels)

1. Klopt, want de verleden tijd van het Nederlands wordt 'zwom'
2. Niet waar, want de verleden tijd van het Nederlands wordt 'zwemde'
3. Niet waar, want in het Engels wordt het 'swimmed'
4. Klopt, want in het Engels wordt het 'swam'

In het Nederlands is 'lachen' onregelmatig

1. Ja, want in de verleden tijd verandert het.
2. Nee, want in de verleden tijd verandert het niet

Noem een aantal Nederlandse werkwoorden die onregelmatig zijn (met andere woorden, die niet veranderen in de verleden tijd)

Breken

1. Break - broke - broken
2. Break - broked - broked
3. Break - breaked - breaked

Knippen

1. Cut - cutted - cutted
2. Cut - cat - cut
3. Cut - cut - cut

Brengen

1. Bring - brang - brung
2. Bring - bringed - bringed
3. Bring - brought - brought
4. Bring - braught - braught

Kopen

1. Buy - buyed - buyed
2. Buy - bought - bought
3. buy - baught - baught

Bouwen

1. Build - built - built
2. Build - build - build
3. Build - builded -builded

Bloeden

1. Bleed - bleed - bleed
2. Bleed - bled - bled
3. Bleeded - bleeded - bleeded

Kiezen

1. Choose - chosen - chosen
2. Choose - choosed - choosed
3. Choose - chose - chosen

Beginnen

1. Begin - begun - begun
2. Begin - began -begun
3. Begin - beginned - beginned

Komen

1. Come - comed - comed
2. Come - camed - camed
3. Come - came - come

zijn (bijv: ik ben, hij is, wij zijn)

1. Be - was/were - been
2. Be - beed - beed
3. Be - were - wered