- En we gaan bekijken wat reliëf ook alweer betekent
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2
In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Herhalingslessen voor de toets
- Vandaag gaan we alvast herhalen voor de toets
- We gaan oefenen met het verval en verhang
- En we gaan bekijken wat reliëf ook alweer betekent
Slide 1 - Tekstslide
B95: verval en verhang
Twee plaatsen aan een rivier liggen nooit op dezelfde hoogte ten opzichte van zeeniveau (0 meter hoogte)
Het hoogteverschil tussen twee plaatsen aan een rivier noem je het verval
Slide 2 - Tekstslide
B95: verval en verhang
Je kunt ook het verval per kilometer uitrekenen = verhang
Dit kun je doen voor de hele rivier of voor een deel ervan.
Slide 3 - Tekstslide
Wat is een ander woord voor hoogteverschil tussen twee plaatsen aan rivier?
Slide 4 - Open vraag
Let op!
Schrijf de berekeningen op in je schrift.
Slide 5 - Tekstslide
Rekensom
De rivier Waddenrivier begint in de Belgische Ardennen (op 650 m hoogte) en stroomt tot aan Harlingen, waar het in de Waddenzee uitmondt. Bij Maastricht komt de Waddenrivier ons land binnen. De totale lengte van de rivier is 740 km. De lengte van de rivier in Nederland is 300 km. Harlingen ligt op -3 meter en Maastricht ligt op 447 meter.
A. Wat is het verval van de gehele Waddenrivier?
B. Wat is het verval van de Waddenrivier in Nederland?
Slide 6 - Tekstslide
Rekensom
De rivier Waddenrivier begint in de Belgische Ardennen en stroomt tot aan Harlingen, waar het in de Waddenzee uitmondt. Bij Maastricht komt de Waddenrivier ons land binnen. De totale lengte van de rivier is 740 km. De lengte van de rivier in Nederland is 300 km. Harlingen ligt op -3 meter en Maastricht ligt op 447 meter.
C. Wat is het verhang van de gehele Waddenrivier?
D. Wat is het verhang van de Waddenrivier in Nederland?
Slide 7 - Tekstslide
Vul de antwoorden in van de som die je net in je schrift hebt opgeschreven.
Slide 8 - Open vraag
Antwoord
A. Het verval van de gehele rivier is 650-0 = 650 meter.
B. Tussen Maastricht en Harlingen is 450 meter hoogteverschil. Dat is het verval.
C. Het verhang van de gehele rivier is 650 : 740 = 0,88 meter per kilometer.
D. Het verhang van de rivier in NL is 450 : 300 = 1,5 meter per kilometer.
Slide 9 - Tekstslide
Welke drie delen van een rivier zie je terug in het lengteprofiel van een rivier?
Slide 10 - Open vraag
B96 debiet en regiem
Het debiet is de hoeveelheid water die op een bepaald punt door een rivier stroomt.
Het debiet wordt uitgedrukt in m3 per seconde (kubieke meter per seconde)
Slide 11 - Tekstslide
B96 Debiet en regiem
In de zomer is de waterstand vaak lager dan in de winter
In de zomer is meer verdamping, dus is het waterpeil in de rivier dan lager.
De schommelingen in der waterafvoer van een rivier noem je het regiem
Slide 12 - Tekstslide
Vertragingstijd
De tijd die verstrijkt tussen het moment dat ergens in het stroomgebied neerslag valt en het moment dat het waterpeil ergens anders stijgt, heet de vertragingstijd.
In de winter is de vertragingstijd korter omdat er dan minder vegetatie is.
Slide 13 - Tekstslide
Opdrachtje
A. Lees het debiet af van de Rijn in februari
B. Lees het debiet af van de Maas in juli
Slide 14 - Tekstslide
Debietverloop Rijn en Maas
Slide 15 - Tekstslide
Wat is het debiet van de Rijn in februari en van de Maas in juli?
Slide 16 - Open vraag
In de winter is de vertragingstijd ...
A
Korter
B
Langer
Slide 17 - Quizvraag
Hooggebergte
Middelgebergte
Heuvelland
Laagland
500-1500 m
Lager dan 200 m
200-500 m
Hoger dan 1500
Slide 18 - Sleepvraag
Een vlakte ligt altijd in het laagland
A
Juist
B
Onjuist
Slide 19 - Quizvraag
Zelfstandig leren voor de toets
Doe oortjes in
Overleg niet met elkaar: leren doe je voor jezelf
Kom met onderwerpen die je nog lastig vindt en wilt bespreken
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.