2.1 & 2.2

Voeding en vertering

BK - KGT: 
basisstof  2 
voedingsstoffen
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Voeding en vertering

BK - KGT: 
basisstof  2 
voedingsstoffen

Slide 1 - Tekstslide

Dit thema
  • Toets thema 2 - na de herfstvakantie

  • verslag zetmeel - voor de herfstvakantie


Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt de functies van voedingsstoffen noemen.
  •  Je kunt zes groepen voedingsstoffen noemen met hun functies.

Slide 3 - Tekstslide

Voorbeelden voedingsmiddelen

Slide 4 - Woordweb





Basisstof 1: Voedingsmiddelen

Slide 5 - Tekstslide

Voedingsmiddelen
Dingen die je eet en drinkt noem je voedingsmiddelen. 
Er zijn plantaardige en dierlijke voedingsmiddelen.

Slide 6 - Tekstslide

Plantaardige voedingsmiddelen

Plantaardige voedingsmiddelen zijn dingen die je eet of drinkt die van planten komen.

Slide 7 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van een plantaardig voedingsmiddel

Slide 8 - Open vraag

Dierlijke voedingsmiddelen
Dierlijke voedingsmiddelen zijn dingen die je eet of drinkt die van een dier komen. 

Slide 9 - Tekstslide

melk is een voorbeeld van een ... voedingsmiddel
A
Plantaardig
B
Dierlijk

Slide 10 - Quizvraag

Voedingsstoffen
In voedingsmiddelen zitten voedingsstoffen. Deze heeft je lichaam nodig om te kunnen werken.
  • Voor energie
  • Voor nieuwe cellen
  • Om later te gebruiken (reserve)
  • Om gezond te blijven

Slide 11 - Tekstslide

Verschillende soorten voedingsstoffen

In elke cel vindt verbranding plaats, hiervoor heb je een brandstof nodig. Brandstoffen zijn stoffen die energie leveren.

Slide 12 - Tekstslide

Verschillende soorten voedingsstoffen

Veel cellen leven maart kort, ze gaan dood of kapot. Deze cellen worden vervangen door nieuwe cellen. Ook als je groeit maak je nieuwe cellen. Voor nieuwe cellen heb je bouwstoffen nodig.

Slide 13 - Tekstslide

Verschillende soorten voedingsstoffen

Soms heb je voedingsstoffen niet meteen nodig, deze slaat je lichaam dan op als vet, dit noem je reservestoffen.

Om gezond te blijven heb je beschermende stoffen nodig.

Slide 14 - Tekstslide





Basisstof 2: Voedingsstoffen

Slide 15 - Tekstslide

Om nieuwe cellen te maken heb je ... nodig
A
Brandstoffen
B
Bouwstoffen
C
Reservestoffen
D
Beschermende stoffen

Slide 16 - Quizvraag

Groepen
Voedingsstoffen kun je in 6 groepen plaatsen, namelijk:
  • Koolhydraten
  • Eiwitten
  •  Vetten
  • Water
  • Mineralen
  • Vitaminen

Slide 17 - Tekstslide

Eiwitten

zijn bouwstoffen, je lichaam kan ze ook verbranden dan is het een brandstof.

Slide 18 - Tekstslide

Koolhydraten

Zijn brandstoffen, ze leveren energie op. Koolhydraten worden ook gebruikt als bouwstoffen.
Suikers zijn koolhydraten.

Slide 19 - Tekstslide

Vetten

Zijn vooral brandstoffen en leveren dus energie op. Vetten kunnen ook als bouwstof en reservestof gebruikt worden. 

Slide 20 - Tekstslide

Water

is een belangrijke bouwstof, je lichaam bestaat uit 60% water.
 

Slide 21 - Tekstslide

Mineralen
zijn bouwstoffen en beschermende stoffen
Voorbeelden van mineralen zijn kalk, ijzer en zout. 

Slide 22 - Tekstslide

Vitaminen

zijn bouwstoffen en beschermende stoffen. Vitaminen beschermen je tegen ziekte. 

Slide 23 - Tekstslide


Eiwitten zijn ..
A
Bouw -en brandstoffen
B
Brand- en beschermende stoffen
C
Reserve- en bouwstoffen
D
Bouwstoffen

Slide 24 - Quizvraag

Vetten zijn brandstoffen, bouwstoffen en ...
A
Beschermende stoffen
B
Reserve stoffen
C
Beide
D
Geen enkele

Slide 25 - Quizvraag

Huiswerk
basisstof 2 
bk: 2, 3, 4, 5 en 7
kgt: 1, 2, 3, 4 en 9
                                     meenemen:  
         4 voedingsmiddelen voor een practicum

Slide 26 - Tekstslide