Ridders en kastelen
1 / 14
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat weet je al ?
Ridders en kastelen
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Wie weet wat een ridder aan had ?
Wat had een ridder bij zich ?
Wat had een ridder bij zich ?
Slide 5 - Open vraag
Kijk naar de foto van de ridder. Wat is het? Zet in elk vakje het woord.
wambuis
maliënkolder
helm
Slide 6 - Sleepvraag
Slide 7 - Tekstslide
Wat is een ridder?
A
Een boer
B
Een rijke soldaat in dienst van de koning of heer.
C
Een koopman
D
Een postbode
Slide 8 - Quizvraag
Waar is een ridderharnas van gemaakt?
A
Goud
B
Hout
C
Zilver
D
IJzer
Slide 9 - Quizvraag
Wat deed een ridder?
A
Vechten
B
Oorlog voeren
C
Kasteel beschermen
D
Luieren
Slide 10 - Quizvraag
Wat was een belangrijke ruimte in het kasteel?
A
De wc
B
De kelder
C
Ridderzaal
D
De keuken
Slide 11 - Quizvraag
Wat had een kasteel niet?
A
Ophaalbrug
B
Slotgracht
C
Ramen
D
Dikke muren
Slide 12 - Quizvraag
Wie woonden er in het kasteel?
A
ridders
B
kasteelheer
C
koks
D
boeren
Slide 13 - Quizvraag
zou jij vroeger liever in een kasteel wonen of ridder zijn ?
Waarom ?
Waarom ?
