Werkwoordspelling - 3h(v) - p1 - les 2

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?
Lesdoel: aan het einde van deze les weet ik hoe ik werkwoorden in de voltooide en verleden tijd spel en heb ik daarmee geoefend om het goed te snappen en onthouden




  1. Uitleg werkwoordspelling / zelfstandig werken                         15 min.    
  2. Extra uitleg / aan de slag                                                                  25 min. 
  3. Afsluiter

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik

Slide 3 - Tekstslide

Wat is de regel voor de tegenwoordige tijd?

Slide 4 - Open vraag

Hoe weet je nou hoe je een werkwoord spelt?

Slide 5 - Tekstslide

Hoe weet je nou hoe je een werkwoord spelt?

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Stap 1
Noteer de ik-vorm 

Slide 8 - Tekstslide

Stap 2
Gebruik 't ex-kofschip/'t sexy fokschaap

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Verleden tijd + voltooide tijd
Regel:   'T SeXy FoKSCHaa
Stap 1: noteer de ik-vorm        
Stap 2. Bedenk in gedachten wat de laatste letter van de stam is (hele ww - en) 
Stap 3. Laatste letter in 'T SeXy FoKSCHaaP? +t(e)(n)
              Laatste letter NIET in 'T SeXy FoKSCHaaP? +d(e)(n)  

Ik verhuisde                           Hij is verhuisd                ik overnachtte 
wij overnachtten                   Hij heeft overnacht
                               


Voor de spelling van sterke werkwoorden gebruiken we geen regels, hier moet je mee oefenen.

Slide 11 - Tekstslide

Hij heeft jou nooit echt (geloven).

Slide 12 - Open vraag

Wij (overnachten) daar vorige week nog.

Slide 13 - Open vraag

Wij hebben daar vorige week nog (overnachten).

Slide 14 - Open vraag

(worden) jij niet gek van je broer?

Slide 15 - Open vraag

Hij (verhuizen) vandaag nog

Slide 16 - Open vraag

extra uitleg / aan de slag
Ik snap het
  • Begin aan taak 2   
Ik heb hulp nodig
  • We beginnen samen aan taak 2
Regel verleden tijd + voltooide tijd
Gebruik 't ex-kofschip. Ja? t(e)(n). Nee? d(e)(n)

Slide 17 - Tekstslide

Ik ga dit kunnen!
A
JA
B
NEE
C
Ik twijfel...

Slide 18 - Quizvraag

Agenda
  • di 24 september: taak 2 af
  • di 03 oktober: taak 3 af 

Slide 19 - Tekstslide